Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

SIMPLY CLE VER
ŠkodaSuperb
INSTRUCTIEBOEKJE

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Skoda Superb 2010

  • Pagina 1 SIMPLY CLE VER ŠkodaSuperb INSTRUCTIEBOEKJE...
  • Pagina 2: Inleiding

    Inleiding U hebt gekozen voor een Škoda - wij danken u hartelijk voor uw vertrouwen. Met uw nieuwe Škoda krijgt u een auto met ultramoderne techniek en talrijke opties, waarvan u vast en zeker bij dagelijks gebruik maximaal plezier zult beleven. Met het oog hierop adviseren wij u dan ook, dit instructieboekje aandachtig door te lezen, zodat u uw auto snel en grondig leert kennen.
  • Pagina 3 Inleiding Wagendocumentatie Het serviceplan In de meegeleverde documentatie van uw auto vindt u naast dit ’instructie- bevat: boekje’ ook een ’serviceplan’ en ’aanwijzingen voor hulp onderweg’.  gegevens van de auto, Bovendien kunnen al naargelang het model en de uitvoering verschillende ...
  • Pagina 4 Inhoudsopgave Inhoudsopgave Structuur van dit instructieboekje Wegrijden en rijden Alarmsysteem* ....... .
  • Pagina 5: Inhoudsopgave

    Inhoudsopgave Gebruikvoorschriften Airbagsysteem Zekeringen en gloeilampen ........... .
  • Pagina 6 Inhoudsopgave Bediening Veiligheid Aanwijzingen voor het Gebruikvoorschriften Raad en daad Technische gegevens rijden...
  • Pagina 7 Structuur van dit instructieboekje (toelichtingen) Structuur van dit instructieboekje (toelichtingen) Dit instructieboekje is systematisch opgebouwd om het vinden en opnemen van de  Het hoofdstuk gaat op de volgende bladzijde verder. benodigde informatie te vergemakkelijken. Aanwijzingen Hoofdstuk, inhoudsopgave en trefwoordenregister Alle vier de typen aanwijzingen die in de tekst worden gebruikt staan altijd aan het De tekst van dit instructieboekje is in relatief korte paragrafen ingedeeld, die in over- einde van het betreffende hoofdstuk vermeld.
  • Pagina 8 Bediening Bediening Veiligheid Aanwijzingen voor het Gebruikvoorschriften Raad en daad Technische gegevens rijden...
  • Pagina 9 Cockpit Afb. 1 Een aantal op de foto weergegeven uitrustingen gelden alleen maar voor bepaalde type-uitvoeringen of zijn als optie leverbaar.
  • Pagina 10: Overzicht

    Cockpit Cockpit Overzicht Ontgrendelingshendel voor motorkap ......Draaiknop voor dashboardverlichting en draaiknop voor lichtbundel- Door dit overzicht zult u snel vertrouwd raken met de meters/controle- hoogteverstelling * .
  • Pagina 11 De beknopte informatie De beknopte informatie Basisfuncties en belangrijke aanwijzingen Stuurwielstand instellen Inleiding Het hoofdstuk 'De beknopte informatie' dient alleen voor een snelle kennismaking met de belangrijkste bedieningselementen van de auto. Alle aanwijzingen in de volgende hoofdstukken van de handleiding moeten beslist in acht genomen worden.
  • Pagina 12: Hoogteverstelling Veiligheidsgordels

    De beknopte informatie Hoogteverstelling veiligheidsgordels Stoel in lengterichting instellen Zittinghoogte instellen Hoek van de rugleuning instellen Lendensteun instellen* Zie voor verdere aanwijzingen  bladzijde 83, ’Voorstoelen instellen’. ATTENTIE! Stel de bestuurdersstoel alleen bij stilstaande auto in - kans op ongevallen! Afb.
  • Pagina 13: Knipperlicht- En Grootlichtschakelaar

    De beknopte informatie Verlichting in- en uitschakelen Knipperlicht- en grootlichtschakelaar Afb. 8 De knipperlicht- en grootlicht- Afb. 7 Dashboard: Lichtschakelaar: schakelaar Knipperlicht rechts  Automatische regeling rijverlichting*, Aanpaspare koplamp (AFS)* Knipperlicht links Omschakelen tussen dim- en groot licht  Alle verlichting uitschakelen/dagrijverlichting* Lichtsignaal en groot licht uitschakelen ...
  • Pagina 14 De beknopte informatie Tanken Langzaam wissen Snel wissen Eénmaal wissen Wis-/wasautomaat Achterruitwisser Interval wissen - iedere 6 seconden Wis-/wasautomaat Zie voor verdere aanwijzingen  bladzijde 77, ’Ruitenwisser- en ruitensproeier’. Afb. 11 Rechterachterzijde: Tankklep openen / tankklep met losgeschroefde tankdop Elektrische ruitbediening –...
  • Pagina 15: Motoroliepeil Controleren

    De beknopte informatie Motorkap openen Afb. 13 Radiateurgrille: Vergrende- lingshendel  afb. – Trek de vergrendelingshendel 13, de motorkap wordt ontgrendeld. – Zet de motorklep vast aan het onderste gedeelte van de radiatorgril en hef deze zo ver naar boven, tot die door de gasdrukondersteuning gehouden wordt. Zie voor verdere aanwijzingen ...
  • Pagina 16: Instrumenten En Controlelampjes

    Instrumenten en controlelampjes Instrumenten en controlelampjes Overzicht instrumentenpaneel Afb. 15 Instrumentenpaneel Toerenteller  bladzijde 15  met multifunctionele -indicatie*  bladzijde 19 Snelheidsmeter  bladzijde 16  met informatiedisplay*  bladzijde 23 Toets voor aanduidings modus: Brandstofmeter  bladzijde 16 ...
  • Pagina 17: Koelvloeistoftemperatuurmeter

    Instrumenten en controlelampjes Schakel, voor het bereiken van het rode bereik van de snelheidsmeterschaal naar de Bereik bedrijfswarme motor volgend hogere gang respectievelijk kiest u de keuzehandel instelling D van de auto- De motor heeft zijn bedrijfstemperatuur bereikt als de wijzer in het middelste gedeelte matische versnellingsbak.
  • Pagina 18: Service-Interval-Indicatie

    Instrumenten en controlelampjes Voorzichtig! Aanwijzing Rijd de tank nooit helemaal leeg! Door de onregelmatige benzinetoevoer kan de Indien bij auto's die met informatiedisplay* zijn uitgerust, en de aanduiding van motor overslaan. Er kan dan onverbrande brandstof in het uitlaatsysteem terecht- tweede snelheid in mph resp.
  • Pagina 19: Digitale Klok

    Instrumenten en controlelampjes Indicatie over de nog af te leggen afstand en dagen tot aan de eerstvolgende Reset  onderhoudsbeurt U kunt de nog resterende rijafstand en dagen tot de volgende servicebeurt op eender Voorzichtig! laten aantonen  bladzijde 15. welke tijd met behulp va de toets Wij adviseren de service-interval-indicatie niet zelf te resetten omdat dit kan leiden tot ...
  • Pagina 20 Instrumenten en controlelampjes De multifunctionele -indicatie biedt een reeks nuttige informatie: ATTENTIE!  bladzijde 21 De tijd mag om veiligheidsredenen niet tijdens het rijden, maar alleen bij stil- Buitentemperatuur staande motor worden ingesteld.  bladzijde 21 Rijtijd  bladzijde 21 Actueel brandstofverbruik Schakeladvies voor verandering van versnelling* ...
  • Pagina 21 Instrumenten en controlelampjes Geheugen Het reisgeheugen wordt, in tegenstelling tot het ritgeheugen, niet na een onderbreking van meer dan 2 uur gewist. Aanwijzing Als de autoaccu wordt losgekoppeld, worden alle waarden in het geheugen gewist 1 en 2. Bediening met de toetsen aan het multifunctionele wiel* Afb.
  • Pagina 22: Huidig Verbruik

    Instrumenten en controlelampjes Functies met behulp van het multifunctioneel stuurwiel selecteren ATTENTIE! – Door het indrukken van de toets roept u het menu voor de multifunctionele Ga er niet alleen op basis van de buitentemperatuurindicatie vanuit dat er geen aanduiding op. sprake is van ijzel.
  • Pagina 23: Actieradius

    Instrumenten en controlelampjes  bladzijde 20, afb. Gemiddelde snelheid functionele stuurwiel* 19. Na het wissen verschijnen op de display gedurende de eerste 100 m streepjes. Op de display verschijnt de gemiddelde snelheid in km/u sinds het geheugen voor de Tijdens de rit wordt de weergegeven waarde elke 5 seconden geactualiseerd. laatste keer is gewist ...
  • Pagina 24: Hoofdmenu

    Instrumenten en controlelampjes display* wordt aangeduid Speed warning 50 km/h (Waarschuwing bij 50 km/u). Tsjechisch, Engels, Duits, Frans, Italiaans, Spaans, Portugees, Russisch en Chinees. Deze waarde kunt u m.b.v. de toets op de ruitenwisserhendel of door het draaien U kunt de gewenste taal in het instelmenu kiezen. van het kartelwiel op het multifunctionele stuurwiel* verhogen of verlagen.
  • Pagina 25: Portier-, Kofferklep-, Achterklep- En Motorkapwaarschuwing

    Instrumenten en controlelampjes – Via de tuimelschakelaar kunt u uit de menu's kiezen. Na het even aantippen van Aanwijzing de schakelaar wordt de gekozen informatie weergegeven.  Indien op het informatiedisplay waarschuwingen getoond worden  bladzijde 24  bladzijde 24, deze meldingen met de ...
  • Pagina 26: Instellingen

    Instrumenten en controlelampjes De rode symbolen geven een gevaar aan (prioriteit 1) terwijl de gele een waarschu- Als er een rood symbool verschijnt, weerklinken drie opeenvolgende wing aangeven (prioriteit 2). Daarnaast verschijnen als aanvulling op de symbolen waarschuwingstonen. aanwijzingen voor de bestuurder  bladzijde 28. Gele symbolen Als in het hoofdmenu het punt Vehicle status (Voertuigstatus) aangeduid wordt, is er sprake van minimaal één storingmelding.
  • Pagina 27 Instrumenten en controlelampjes  Alt. speed dis. (alternatieve afstands snelheid) Hier kunt de functie spiegelverstelling aan de voorpassa- Mirror down  Service interval (Service) gierszijde bij het inschakelen van de achteruitversnelling (spiegel in de onderste  Factory setting (Fabrieksinstell.) stand) in- of uitschakelen ...
  • Pagina 28: Onderhoud

    Instrumenten en controlelampjes Eenheden Hiermee kunt u de eenheden voor temperatuur, brandstofverbruik en afgelegde afstand instellen. Assisteren Hier kunt u de tonen van de akoestische signalen van de parkeerhulp* aanpassen. Secundaire snelheid Hier kunt u de secundaire snelheid in mph resp. in km/h inschakelen Onderhoud Hier kunt u de nog resterende kilometers en dagen tot de volgende onderhoudsbeurt laten aantonen en het onderhoudsbeurt interval terug zetten.
  • Pagina 29: Controlelampjes

    Instrumenten en controlelampjes Controlelampjes Overzicht De controlelampjes geven bepaalde functies, resp. storingen aan. Afb. 22 Instrumentenpaneel met controlelampen    bladzijde 30 Gloeilampenuitval  bladzijde 29 Knipperlichten (links)    bladzijde 30 Aanpasbare schijnwerpers*  bladzijde 29 Knipperlichten (rechts) ...
  • Pagina 30: Knipperlichtinstallatie

    Instrumenten en controlelampjes    bladzijde 32  bladzijde 37 Motoroliedruk Remsysteem: Controle van de motorelektronica (benzine-    bladzijde 37  bladzijde 33 dynamo motor)    bladzijde 32 Motoroliepeil  bladzijde 33 Voorgloeisysteem (Dieselmotor)  ...
  • Pagina 31 Instrumenten en controlelampjes  Als er een gloeilamp voor een knipperlicht uitvalt, knippert het controlelampje bijna bij het inschakelen van de defecte gloeilamp. twee keer zo snel. Op het informatiedisplay* weergegeven tekst, bijv.: Bij ingeschakelde alarmlichten knipperen alle knipperlichten alsmede de beide Check front right dipped beam! (Dimlicht, rechtsvoor controleren!) controlelampjes.
  • Pagina 32 Instrumenten en controlelampjes  Neem direct contact op met de Škoda-dealer. Het controlelampje  gaat na het inschakelen van het contact 4 seconden branden en knippert aansluitend nog 12 seconden met een interval van 2 seconden. ATTENTIE! Op het informatiedisplay* weergegeven tekst: ...
  • Pagina 33 Instrumenten en controlelampjes   Als de controlelamp oplicht, kan het zijn dat de stuurbekrachtiging en de onder- Als onder de gegeven omstandigheden het bijvullen van motorolie niet mogelijk is, steuning van de besturingskracht kleiner zijn. mag de reis niet worden vervolgd. Laat de motor uitgeschakeld en roep de hulp in ...
  • Pagina 34: Controle Van De Motorelektronica

    Instrumenten en controlelampjes  Controlelampje knippert Op het informatiedisplay* weergegeven tekst: Als er een storing aan de motoroliepeilsensor optreedt, wordt dit na het inschakelen Engine fault: Workshop! (Motorstoring: werkplaats!) van het contact bovendien door een akoestisch signaal en het meerdere malen gaan branden van het controlelampje aangegeven.
  • Pagina 35 Instrumenten en controlelampjes Aandrijfslipregeling (ASR) uitschakelen  ATTENTIE!   bladzijde 194, afb. 171 Als om technische redenen moet worden gestopt, parkeer de auto dan op Door het indrukken van de toets wordt het ASR-systeem een veilige afstand ten opzichte van het verkeer, zet de motor af en schakel de uitgeschakeld en licht de controlelamp ...
  • Pagina 36 Instrumenten en controlelampjes Blokkering keuzehendel* / Starten (KESSY-systeem)*  Aanwijzing Als de accukabels werken losgemaakt, zal na het inschakelen van het contact het gele  Als het groene controlelampje brandt, moet het rempedaal worden ingedrukt. Dit controlelampje  gaan branden. Na even te hebben gereden moet het controle- is nodig om de keuzehendel vanuit de stand P of N in een andere stand te kunnen lampje uitgaan.
  • Pagina 37: Gordelwaarschuwingslampje

    Instrumenten en controlelampjes Remblokdikte*  ATTENTIE! Vervolg  Het controlelampje gaat bij het inschakelen van het contact enkele seconden  Als het remvloeistofpeil in orde is, is de regelfunctie van het ABS-systeem branden. uitgevallen. De achterwielen kunnen dan bij het remmen zeer snel blokkeren. Dit kan onder bepaalde omstandigheden tot het uitbreken van de achterkant Als het controlelampje ...
  • Pagina 38: Vloeistofstand In Het Ruitenwissersysteem

    Instrumenten en controlelampjes Vloeistofstand in het ruitenwissersysteem  ATTENTIE!   Het controlelampje brandt bij ingeschakeld contact bij een te laag vloeistofpeil in Let bij het openen van de motorkap en het controleren van het remvloei- het ruitensproeierreservoir. Ruitensproeiervloeistof bijvullen  bladzijde 232. stofpeil op de aanwijzingen ...
  • Pagina 39 Instrumenten en controlelampjes Aanwijzing De tekst in het informatiedisplay* gaat pas uit, verdwijnt pas nadat er is getankt en er een kort stukje is gereden. Temperatuur van de koppelingen van de automatische versnellingsbak DSG*  Als de temperatuur van de koppelingen van de automatische versnellingsbak DSG te ...
  • Pagina 40: Ontgrendelen En Vergrendelen

    Ontgrendelen en vergrendelen Ontgrendelen en vergrendelen Sleutel Aanwijzing Neem bij verlies van een sleutel contact op met een erkende Škoda-dealer die zorgt voor de levering van een reservesleutel. Batterij in de radiografische afstandsbediening vervangen Afb. 23 Radiografische afstandsbedie- ning  afb. 23 Met de auto worden twee radiografische afstandsbedieningen meegele- verd.
  • Pagina 41: Elektronische Wegrijbeveiliging (Wegrijblokkering)

    Ontgrendelen en vergrendelen Kinderslot – Plaats de nieuwe batterij. Let erop dat het ’+’ teken op de batterij naar onderen moet wijzen. De juiste polariteit is op de afdekking van het batterijvak weerge- Het kinderslot voorkomt dat de achterportieren van binnenuit kunnen geven.
  • Pagina 42 Ontgrendelen en vergrendelen De centrale vergrendeling kan worden bediend: Als u wilt kunt u de functie een portier openen bij een erkende Škoda servicepartner  laten activeren of u kunt het ook zelf doen met behulp van het informatiedisplay* acti- met een afstandsbediening ...
  • Pagina 43 Ontgrendelen en vergrendelen Auto ont- en vergrendelen Aanwijzing  Bij een aanrijding waarbij de airbag(s) is (zijn) geactiveerd worden de vergrendelde portieren automatisch ontgrendeld om hulpverleners toegang tot de auto te verschaffen.  Bij een defect in de centrale vergrendeling kunt u met sleutel alleen het portier van de bestuurder ont- resp.
  • Pagina 44: Meldingen In Het Instrumentenpaneel

    Ontgrendelen en vergrendelen Kofferklep ont- en vergrendelen Meldingen in het instrumentenpaneel – Druk op de greep van de kofferklep, de klep wordt ontgrendeld. Als de wagen met Enkele waarschuwings- en informatieteksten van het KESSY-systeem in de informatie- het systeem elektrische kofferklep* is uitgerust, begint de klep na het indrukken display* resp.
  • Pagina 45: Comfortschakeling Ruiten

    Ontgrendelen en vergrendelen ontgrendeling van de auto met de toets op de radiografische afstandsbediening,  ATTENTIE! noodontgrendeling van het bestuurdersportier (zie handleiding).  Bij van buitenaf vergrendelde auto's met geactiveerde Safe-beveiliging mogen geen personen en huisdieren in de auto achterblijven omdat van binnenuit Comfortschakeling ruiten noch de portieren, noch de ruiten kunnen worden geopend.
  • Pagina 46 Ontgrendelen en vergrendelen Alle portieren en de kofferklep/achterklep ontgrendelen Noodontgrendeling en - vergrendeling van het bestuurdersportier  bladzijde 44, afb. – Druk op het bovenste gedeelte van de toets 27. In de schake- Het bestuurdersportier kan bij defect van de sleutel met de radiografi- laar gaat het symbool ...
  • Pagina 47: Kleine Bagageruimteklep Sluiten

    Ontgrendelen en vergrendelen Vergrendeling De kleine kofferklep kunt u openen, indien u voor ca. 1 seconden de toets op de radiografische afstandsbediening  bladzijde 52 drukt.  bladzijde 45, afb. – Bouw de afdekplaat uit Op de bekleding aan de binnenzijde van de kofferklep/achterklep bevindt zich een –...
  • Pagina 48: Grote Bagageruimteklep Sluiten

    Ontgrendelen en vergrendelen Twindoor - grote bagageruimteklep ATTENTIE! Vervolg  Rijd nooit met een openstaande of net niet gesloten kofferklep omdat er dan uitlaatgassen in het interieur kunnen komen - kans op vergiftiging! Aanwijzing  Na het sluiten van de grote kofferklep wordt na ca. 2 seconden overgeschakeld naar het openen van de kleine kofferklep.
  • Pagina 49: Beschrijving Van De Bediening

    Het systeem van de elektrische kofferklep kan daarbij worden beschadigd.  Als u de klep manueel sluit, let er dan op dat u bij het narukken van de klep in het slot op het midden van de kant boven het Skoda-logo drukt. Aanwijzing ...
  • Pagina 50 Ontgrendelen en vergrendelen  bladzijde 48, afb. 34 Bij de klepbediening onderscheidt het systeem 3 bereiken Bediening van de kofferklep met de greep waarin de werking van de individuele bedieningselementen verandert. Er wordt ook Bereik een onderscheid gemaakt tussen de eindposities van de klep - volledig gesloten in Gesloten Geopende Actie...
  • Pagina 51: Bovenste Positie Van De Klep Instellen

    Ontgrendelen en vergrendelen – Houd de binnenste toets ca. 3 seconden ingedrukt. Er weerklinkt een akoesti- Signalen Status sche signaal, de oorspronkelijk ingestelde hoogte wordt uit het geheugen van het regelapparaat gewist en de basispositie van de bovenst kleppositie wordt terug Onderbroken toon Openen (met de toets op de radiografi- ingesteld.
  • Pagina 52: Noodontgrendeling Van De Kofferklep/Achterklep

    Ontgrendelen en vergrendelen In geval van een storing aan de centrale vergrendeling kunt u de kofferklep/achterklep Aanwijzing als volgt openen: Neem bij een storing aan de elektrische kofferdeksel tot een atelier. – Klap de leuning van de achterste zitting naar voren  bladzijde 88. ...
  • Pagina 53: Auto Ont- En Vergrendelen

    Ontgrendelen en vergrendelen  Automatisch oplichten van de kleine bagageruimteklep  De werking van de afstandsbediening kan door beïnvloeding door zenders die zich in de buurt van de auto bevinden en op dezelfde frequentie werken (bijv. gsm's, tv-  afb. 37 –...
  • Pagina 54: Omschrijving

    Ontgrendelen en vergrendelen Alarmsysteem* ATTENTIE! Bij van buitenaf vergrendelde auto's met geactiveerde Safe-beveiliging mogen Omschrijving geen personen in de auto achterblijven omdat van binnenuit noch de portieren, noch de ruiten kunnen worden geopend. De vergrendelde portieren Het alarmsysteem verhoogt de beveiliging tegen inbraakpogingen in de auto. Het maken het hulpverleners in geval van nood moeilijk in de auto te komen - systeem activeert akoestische en optische waarschuwingssignalen bij een poging tot levensgevaar!
  • Pagina 55: Interieurbewaking En Afsleepbewaking

    Ontgrendelen en vergrendelen  Interieurbewaking en afsleepbewaking*  contactslot,  Contactdoos ingebouwd door de fabriek voor aanhangwagenuitrusting, De interieurbewaking geeft alarm, zodra er een beweging in de auto  hellingshoek van de auto*  bladzijde 54, wordt geregistreerd.  Interieur*  bladzijde 54, ...
  • Pagina 56: Elektrische Ruitbediening

    Ontgrendelen en vergrendelen Elektrische ruitbediening Schakelaars van de elektrisch bediende ruiten in de armleuning van de bestuurder schakelaar voor de elektrisch bediende ruit in het bestuurdersportier Schakelaars in bestuurdersportier schakelaar voor de elektrisch bediende ruit in het rechter voorportier Schakelaar voor de elektrisch bediende ruit in het rechter achterportier Schakelaar voor de elektrisch bediende ruit in het linker achterportier Veiligheidsschakelaar Veiligheidsschakelaar...
  • Pagina 57 Ontgrendelen en vergrendelen bestuurders- of voorpassagiersportier opent, is de elektrische ruitbediening helemaal ATTENTIE! uitgeschakeld.  Het systeem is met een krachtbegrenzing uitgerust  bladzijde 56. Als tijdens Maak voor het ventileren van het interieur tijdens het rijden bij voorkeur gebruik het sluiten weerstand wordt ondervonden, wordt het sluiten onderbroken en van het geïnstalleerde verwarmings-, airconditioning- en ventilatiesysteem.
  • Pagina 58: Ruit-Comfortbediening

    Ontgrendelen en vergrendelen Ruit-comfortbediening Functiestoringen Bij het ont- en vergrendelen van de auto kunnen de elektrisch bediende ruiten als volgt Elektrische ruitbediening uitgevallen worden geopend en gesloten (schuif-/kanteldak of panorama-schuifdak alleen Wordt bij geopende ruiten de accu af- en opnieuw aangesloten, dan is de electrische sluiten).
  • Pagina 59 Ontgrendelen en vergrendelen Elektrisch schuif-/kanteldak* Kantelen – Draai de schakelaar in stand Omschrijving Als het schuif-/kanteldak zich in de comfortpositie bevindt, vermindert de intensiteit van het windgeluid sterk. Het zonnescherm wordt bij het openschuiven van het dak automatisch meegeopend. Voorzichtig! Tijdens de winter moet u vóór het openen eventueel ijs en sneeuw in de buurt van het schuif-/kanteldak verwijderen om beschadiging van het openingsmechanisme te voorkomen.
  • Pagina 60: Noodbediening

    Ontgrendelen en vergrendelen Als de sleutel of de vergrendelingstoets wordt losgelaten, wordt het sluiten onder- – Steek een 4-mm-inbussleutel tot aan de aanslag in de opening en sluit, resp. open  afb. 42 broken. het schuif-/kanteldak - rechts. – Druk de afdekkap weer op zijn plaats door eerst de plastic nokjes op hun plaats aan ATTENTIE! te brengen en daarna de afdekkap naar boven te drukken.
  • Pagina 61: Panorama-Schuifdak Sluiten

    Ontgrendelen en vergrendelen Panorama-schuifdak openen en kantelen Panorama-schuifdak sluiten Sluiten  afb. – Draai de schakelaar in stand Krachtbegrenzing Het panorama-schuifdak is van een krachtbegrenzer voorzien. Het panorama- schuifdak en komt enkele centimeters terug als dit door een weerstand (bijv. ijs) niet kan worden gesloten.
  • Pagina 62: Panorama-Schuifdak Initialiseren

    Ontgrendelen en vergrendelen Sluiten Noodbediening  bladzijde 60, afb. 44 – Om de zonwering volledig te openen, kort op de toets drukken. – Om de zonwering in de gewenste positie te openen, op de toets drukken en deze ingedrukt houden. Als de toets wordt losgelaten, wordt het openen gestopt. Centrale bediening comfort U kunt het panorama-schuifdak en de oprolbare zonwering ook van buiten met de radiografische afstandsbediening of bij het KESSY*-systeem met behulp van de sensor...
  • Pagina 63 Ontgrendelen en vergrendelen Na het initaliseren van het panorama-schuifdak trekt u gedurende circa 10 seconden aan de uitsparing de schakelaar naar beneden en naar voren. Voor het initialiseren van de oprolbare zonwering drukt u de schakelaar  bladzijde 60, afb. 44 voor ca.
  • Pagina 64: Verlichting In- En Uitschakelen

    Verlichting en zicht Verlichting en zicht Verlichting Het dimlicht brandt alleen maar bij ingeschakeld contact. Na het uitschakelen van het contact wordt het dimlicht automatisch uitgeschakeld en brandt alleen het stadslicht.  Verlichting in- en uitschakelen Bij auto's met stuur rechts wijkt de plaatsing van de schakelaars voor een deel af van ...
  • Pagina 65: Dagrijlicht

    Verlichting en zicht Dagrijlicht Automatische regeling rijverlichting* Dagrijlicht inschakelen – Schakel het contact aan zonder de lichtschakelaar uit de positie 0 te draaien. Fuctie dagrijverlichting uitschakelen – Tot 3 seconden na het inschakelen van het contact trekt u de knipperlichthendel aan het stuurwiel en tergelijkertijd schakelt u naar onder en hou ze in deze positie gedurende tenminste 3 seconden.
  • Pagina 66: Coming-Homefunctie

    Verlichting en zicht Als de snelheid minimaal 2 minuten lager is dan 65 km/uur, wordt de verlichting weer – Contact uitschakelen. uitgeschakeld. – Na het openen van het bestuurdersportier schakelt u de functie Coming-Home in. Verlichting bij regen – Sluit alle portieren en de kofferruimteklep resp. sluit de auto af. Na een korte periode schakelen alle lichten uit.
  • Pagina 67: Leaving-Homefunctie

    Verlichting en zicht  Leaving-homefunctie U kunt de verlichtingsduur van de leaving-homefunctie met behulp van het infor- matiedisplay* veranderen. De functie maakt het mogelijk de verlichting in te schakelen bij het benaderen van de auto. Aanpaspare koplamp (AFS)* Leaving-homefunctie inschakelen Aanpasbare koplamp (AFS)* inschakelen –...
  • Pagina 68: Verlichting En Zicht

    Verlichting en zicht kruisingen, voetgangers oversteekpaden enz. te verlichten. De modus is actief bij snel- ATTENTIE! Vervolg heden van 15 - 50 km/h. kort. Rijd dan ook voorzichtig en neem zo snel mogelijk contact op met een Modus snelweg Škoda-dealer. In de modus ’snelbaan’...
  • Pagina 69: Dashboardverlichting

     Als u met een af fabriek ingebouwde of achteraf ingebouwde trekhaak afkomstig van de originale accessoires van Skoda en met een aanhangwagen met mistachter- licht rijdt, brandt automatisch alleen maar het mistachterlicht van de aanhangwagen. Bij een conflict van de beide inschakelvarianten, b.v. wanneer het stuurwiel naar links gedraaid...
  • Pagina 70: Lichtbereikverstelling Van De Koplampen

    Verlichting en zicht Lichtbereikverstelling van de koplampen*  Schakelaar voor alarmlichten  Bij ingeschakeld dimlicht kunt u het bereik van de lichtbundel van de koplampen aan de belasting van de auto aanpassen. Afb. 51 Dashboard: Schakelaar gelijk- tijdige noodknipperlichten Afb. 50 Dashboard: Lichtbundelhoog- ...
  • Pagina 71: Stadslicht

    Verlichting en zicht De richtingaanwijzer-   en grootlichtschakelaar  Lichtsignaal  – Trek de hendel naar het stuurwiel toe (geveerde stand) in pijlrichting - Groot Met behulp van de knipperlicht- en grootlichtschakelaar schakelt u ook licht en controlelamp  op instrumentenpaneel branden.
  • Pagina 72: Binnenverlichting

    Verlichting en zicht Binnenverlichting: keld. Bij het vergrendelen van de auto of bij het inschakelen van het contact wordt de binnenverlichting uitgeschakeld. Dit geldt alleen als de schakelaar voor de betreffende binnenverlichting in de stand voor de portiercontactstand staat. Interieurverlichting, voor, en verlichting opbergvak aan voorpassagierszijde Bij geopend portier wordt de binnenverlichting na circa 10 minuten uitgeschakeld om te voorkomen dat de autoaccu wordt ontladen.
  • Pagina 73 Verlichting en zicht Leeslampjes voor Leeslampjes achteraan* (Combi) – De leeslampjes rechts resp. links schakelen in resp. uit, indien u de schakelaar  Geldt voor auto's die met een panorama-schuifdak zijn uitgerust.  bladzijde 71, afb. 54 drukt. Interieurverlichting en leeslampjes achter Afb.
  • Pagina 74: Verlichting Kofferruimte (Combi)

    Verlichting en zicht Verlichting kofferruimte (Combi)  bladzijde 72, De waarschuwingslamp* bevindt zich in de onderste portierbekleding afb. Uitneembare lamp De waarschuwingslamp brandt altijd bij het openen van het voorportier. Bij enkele modellen is in plaats van de waarschuwingslamp alleen een reflector gemonteerd.
  • Pagina 75: Voorruit- En Achterruitverwarming

    Verlichting en zicht De lamp terug in de houder aanbrengen ATTENTIE! – Breng de uitgeschakelde lamp eerst in de houder aan die zich aan de kant van de Wees bij de omgang met het smalle, spitse voorwerp tijdens het vervangen van kofferklep bevindt en druk de lamp daarna naar de andere kant tot ze hoorbaar de accu voorzichtig - gevaar voor letsels.
  • Pagina 76: Zonnekleppen

    Verlichting en zicht Voorruitverwarming* Zonnekleppen – De voorruitverwarming wordt door het indrukken van de schakelaar in- of   bladzijde 74, afb. 59 uitgeschakeld - links, het controlelampje in de schakelaar brandt of gaat uit. Achterruitverwarming – De voorruitverwarming wordt door het indrukken van de schakelaar in- of ...
  • Pagina 77 Verlichting en zicht Oprolbare zonwering* Oprolbare zonwering in de achterportieren* Afb. 62 Achterportier: Oprolbare Afb. 61 Oprolbare zonwering uitrollen zonwering, achter Eruit trekken De oprolbare zonwering bevindt zich in het onderste gedeelte van de gepakruim afdekking.  afb. 62 – Trek de oprolbare zonwering aan de lip uit en hang deze in de houder aan de bovenkant van het portier.
  • Pagina 78: Ruitenwisser- En Ruitensproeier

    Verlichting en zicht Ruitenwisser- en ruitensproeier Wis-/wasautomaat voor de voorruit – Trek de hendel naar het stuurwiel in de verende stand , de ruitensproeierinstal- Ruitenwisser latie sproeit direct, de ruitenwissers wissen iets later. Bij een snelheid boven 120 km/uur werken de ruitensproeiers en ruitenwissers gelijktijdig. Met de ruitenwisserschakelaar bedient u de ruitenwissers en de wis- –...
  • Pagina 79 Verlichting en zicht De ruitenwissers en de ruitensproeiers werken alleen maar bij ingeschakeld contact en Voorzichtig! een gesloten motorkap. Bij vorst moet u, voordat u de ruitenwissers voor de eerste keer inschakelt, controleren De achterruitwisser werkt alleen als de achterklep gesloten is. of de ruitenwisserbladen niet zijn vastgevroren! Als de ruitenwissers worden ingescha- keld terwijl de ruitenwisserbladen zijn vastgevroren, kunnen zowel de wisserbladen Als de interval-wisstand is ingeschakeld, worden de intervallen ook snelheidsafhanke-...
  • Pagina 80 Verlichting en zicht Wisserbladen voor voorruit vervangen Aanwijzing De functie van de automatische achterruitwisser geldt alleen voor Combi-wagens die met een informatiedisplay* zijn uitgerust. De functie is in de fabriek geactiveerd. Plaats van de achterruitwisser (Combi) Bij elke tweede uitschakeling van het contact wordt het wisserblad gekanteld. Daarmee wordt de levensduur van het wisserblad verlengd.
  • Pagina 81: Wisserblad Voor Achterruit Vervangen (Combi)

    Verlichting en zicht Wisserblad wegnemen De wisserarmen gaan terug naar de ruststand - na het inschakelen van het contact en wijziging van de stand van de ruitenwisserschakelaar of bij een rit met een snelheid – Klap de ruitenwisserarm weg van de ruit en zet het wisserblad haaks op de van meer dan 6 km/h.
  • Pagina 82: Buitenspiegelverwarming

    Verlichting en zicht Buitenspiegel Automatisch dimmende binnenspiegel* De buitenspiegels kunnen elektrisch worden ingesteld*. Afb. 66 Automatisch dimmende binnenspiegel Afb. 67 Binnenzijde portier: Draaiknop Inschakelen van het automatische dimmen  afb. 66 – Druk de toets - in het controlelampje brandt. De buitenspiegelverwarming werkt alleen bij draaiende motor en tot een buitentem- peratuur van +20 °C.
  • Pagina 83 Verlichting en zicht Buitenspiegel met instapverlichting* Beide buitenspiegels inklappen* – Zet de draaiknop in de stand  De verlichting bevindt zich aan de onderzijde van de buitenspiegel. Verwijderbare buitenspiegel* met behulp van de sleutels met Het licht is na het ontgrendelen van de auto op het instapgebied van de voorportieren radiografische afstandsbediening gericht.
  • Pagina 84: Basisprincipes

    Stoelen en opbergen Stoelen en opbergen Stoelen vooraan ATTENTIE! Vervolg  Zorg ervoor dat zich geen voorwerpen in de voetenruimte bevinden omdat Basisprincipes deze voorwerpen bij een rij- of remactie tussen de pedalen kunnen komen. U zou dan niet in staat zijn te koppelen, te remmen of gas te geven. De voorstoelen kunnen op vele manieren worden ingesteld en daardoor aan de ...
  • Pagina 85: Stoelen Instellen

    Stoelen en opbergen Elektrische voorstoelen instellen* Hoek van de rugleuning instellen – Ontlast de leuning (niet tegen de leuning leunen) en draai de knop Stoelen instellen  bladzijde 83, afb. 68 om de juiste hoek van de rugleuning in te stellen. Lendensteun* instellen –...
  • Pagina 86: Stoelen En Opbergen

    Stoelen en opbergen Instelling opslaan – Om de bolling van de lendensteun hoger te plaatsen, moet de schakelaar de bovenzijde worden ingedrukt. – Om de bolling van de lendensteun lager te plaatsen, moet de schakelaar de onderzijde worden ingedrukt. Met de schakelaar wordt de stoel naar boven/beneden en naar voren/achteren ingesteld, met de schakelaar wordt de rugleuning naar voren of naar achteren...
  • Pagina 87: Afstandsbediening Aan De Geheugentoetsen Toewijzen

    Stoelen en opbergen spiegel automatisch in die standen geplaatst die aan deze toets zijn toegekend – Druk binnen de 10 seconden op de ontgrendelingstoets van de radiografische  bladzijde 86. afstandsbediening. Noodstop Om de in het geheugen opgeslagen instellingen ook via de radiografische afstandsbe- diening te kunnen opvragen, moet aan de radiografische afstandsbediening een U kunt op elk moment de instelling onderbreken, door een willekeurige toets op de geheugentoets worden toegewezen.
  • Pagina 88 Stoelen en opbergen Hoogte van de hoofdsteunen instellen – Memorytoets indrukken: Druk en houd de gewenste geheugentoets inge- drukt totdat de stoel en de buitenspiegel in de in het geheugen opgeslagen – Houd de hoofdsteun met beide handen vast en trek deze zoals gewenst naar standen zijn geplaatst.
  • Pagina 89: Middelste Hoofdsteun Achter

    Stoelen en opbergen Middelste hoofdsteun achter Achterstoelen Leuning neerklappen Afb. 72 Achterbank: middelste hoofd- steun In enkele landen wordt door de nationale wetgeving geëist dat de achterbank is uitge- rust met bevestigingsogen voor kinderzitjes met het ’Top Tether’-systeem Afb. 73 Zitleuning ontgrendelen / Zitleuning vergrendelen ...
  • Pagina 90 Stoelen en opbergen  bladzijde 88, afb. 73 – Controleer of de rode pen niet meer zichtbaar is. Aanwijzing Om een zo horizontaal mogelijk laadvlak te verkrijgen, kunt u voor het naar voren ATTENTIE! klappen van de zitleuningen de achterste hoofdsteunen uitnemen. Berg de uit de ...
  • Pagina 91: Bagageruimte Beladen

    Stoelen en opbergen – Door het drukken op de oppervlakte van de regeling op de plaats waar het Aanwijzing  bladzijde 89, afb. 76 symbool  - links is, kunt u de stoelverwarming van de  Wij adviseren, de stoelverwarming alleen bij draaiende motor in te schakelen. bestuurder, resp.
  • Pagina 92 Stoelen en opbergen  Bij een aanrijding krijgen kleine en lichte voorwerpen een zo hoge kinetische energie, draden van de antenne die in de achterruit is geïntegreerd (Superb),  dat zij ernstig letsel kunnen veroorzaken. De grootte van de kinetische energie is draden van de antenne die in de zijruit achteraan is geïntegreerd (Combi), afhankelijk van de rijsnelheid en het gewicht van het voorwerp.
  • Pagina 93: Inklapbare Haken

    Stoelen en opbergen ATTENTIE! Vervolg ATTENTIE!  De toelaatbare belasting van het laterale net bedraagt 3,5 kg. Zwaardere voor- Als de bagage of voorwerpen met een hiertoe niet geschikte of beschadigde werpen worden niet voldoende beveiligd - kans op letsel en beschadiging van bevestigingsriem wordt vastgezet, kan bij het remmen of bij een aanrijding het net! letsel ontstaan.
  • Pagina 94: Bodembekleding Van De Bagageruimte Bevestigen

    Stoelen en opbergen Bodembekleding van de bagageruimte bevestigen ATTENTIE!  In het opbergnet mogen alleen voorwerpen (met een maximaal gewicht van 1,5 kg) worden opgeborgen. Zware voorwerpen worden niet voldoende geborgd - kans op letsel!  In het bagagenet mogen geen voorwerpen met scherpe randen worden vervoerd, deze kunnen het bagagenet beschadigen.
  • Pagina 95 Stoelen en opbergen Demontage ATTENTIE! – Voor het vervoeren van omslachtige bagage kunt u de volledig opgerolde koffer- Op de hoedenplank mogen geen voorwerpen worden neergelegd, die de inzit- klep uitbouwen door aan de kant van de dwarsstang in de richting van de pijl tenden in gevaar zouden kunnen brengen bij plotseling remmen of bij een ...
  • Pagina 96 Stoelen en opbergen Variabele laadvloer in bagageruimte* uitbouwen Bagageruimte m.b.v. variable laadvloer* indelen Afb. 86 Bagageruimte: Bagageruimte met variabele laadvloer onderdelen Afb. 85 Bagageruimte: Variabele laadvloer uitbouwen / Draagrails uitbouwen De bagageruimte kan m.b.v. de variabel laadvloer ingedeeld worden. De variabele bodem maakt de omgang met grote bagage makkelijker. U kan de varia- –...
  • Pagina 97 Stoelen en opbergen Variabele laadbodem gedeeltelijk uittrekken* Bagageruimte met variabele laadvloer onderdelen* Afb. 88 Bagageruimte indelen Afb. 87 Bagageruimte: Variabele laadbodem gedeeltelijk uittrekken De bagageruimte kan m.b.v. de variabel laadvloer ingedeeld worden. De variabele laadvloer kan boven de achterste bumper gedeeltelijk worden uitge- –...
  • Pagina 98 Stoelen en opbergen Variabele laadbodem* (Combi) uit- en inbouwen  afb. 90 – Schuif de bodem naar voren tot hij in de openingen in de draagrails klikt. – Druk voorzichtig op de plaatsen van de openingen op de bodem, tot hij hoor- baar vastklikt, resp.
  • Pagina 99 Stoelen en opbergen Spanriem In de bagageruimte bevinden zich vier verschuifbar sjorogen die bv. kunnen worden gebruikt om bevestigingsnetten aan te brengen. – Breng de houder van de spanriem in de opening van de linker of de rechter draag-  afb. 92 rail aan.
  • Pagina 100: Gebruik Van Het Scheidingsnet Achter De Voorstoelen

    Stoelen en opbergen Als u de gehele bagageruimte wilt gebruiken, kan de afdekking van de bagageruimte ATTENTIE!  bladzijde 94, afb. worden uitgebouwd  Na het terugklappen van de zitvlakken en leuningen moeten de gordel- sloten en de gordels zich in hun oorspronkelijke posities bevinden - ze moeten ATTENTIE! direct kunnen worden gebruikt.
  • Pagina 101: Bevestigingspunten

    Stoelen en opbergen – Schuif de scheidingsnetbehuizing tegen de richting van de pijl in tot aan de Milieu aanslag. Door de hogere luchtweerstand neemt het brandstofverbruik toe. Verwijder het impe- – Klap de achterzitting terug in zijn uitgangspositie. riaal daarom na gebruik. ATTENTIE! Bevestigingspunten Let erop dat de achterbankleuning correct is vergrendeld.
  • Pagina 102: Bekerhouder In De Middenconsole, Voor

    Stoelen en opbergen ATTENTIE! Vervolg ATTENTIE!   De lading op het dak moet goed worden bevestigd - kans op ongevallen! Gebruik geen breekbare bekers (bijv. glas, porselein). U zou daardoor bij  een aanrijding gewond kunnen raken. U mag de toegestane daklading, de toegestane asbelasting en het toege- stane totaalgewicht van uw auto in geen geval overschrijden - kans op onge- vallen! Voorzichtig!
  • Pagina 103: Asbaklade Verwijderen

    Stoelen en opbergen Asbak Voorzichtig!  Laat de flesjes in de bekerhouder tijdens het rijden niet openstaan. Bij remmen kan Asbak voor* de vloeistof uit de fles komen en hierbij de auto aantasten.  Voor het optillen van de armleuning de bekerhouder eerst inschuiven. Bonhouder Afb.
  • Pagina 104 Stoelen en opbergen Asbak achter* – Wacht totdat de knop weer naar buiten springt. – Neem de sigarettenaansteker er direct uit en gebruik hem. – Steek de sigarettenaansteker weer in het stopcontact. Gebruikg van het stopcontact – Verwijder de sigarettenaansteker resp. de afdekking van het stopcontact. –...
  • Pagina 105: Stopcontact In Bagageruimte

    Stoelen en opbergen Stopcontact in bagageruimte  bladzijde 107 Opbergvak in de voorportieren  bladzijde 107 Opbergvak onder voorpassagiersstoel*  bladzijde 107 armleuning van voorstoel met opbergvak  bladzijde 108 Armleuning van achterzittingen met opbergvak*  bladzijde 108 opbergvak in middenconsole, achter* ...
  • Pagina 106 Stoelen en opbergen dashboardkastje aan de voorpassagierszijde – De luchttoevoer wordt geopend door de hendel in de richting van de pijl te trekken  afb. 104. – Door de hendel te drukken wordt de luchttoevoer gesloten. Wanneer de luchttoevoer open en de airconditioning ingeschakeld is, stroomt gekoelde lucht in het dashboardkastje.
  • Pagina 107 Stoelen en opbergen opbergvak in middenconsole, voor ATTENTIE!  In het opbergnet mogen alleen voorwerpen (met een maximaal gewicht van 0,5 kg) worden opgeborgen. Zware voorwerpen worden niet voldoende geborgd - kans op letsel!  In het bagagenet mogen geen voorwerpen met scherpe randen worden vervoerd, deze kunnen het bagagenet beschadigen.
  • Pagina 108 Stoelen en opbergen Opbergvak in de voorportieren Armleuningen van de voorstoelen met opbergvak Afb. 109 Opbergvak in de voorpor- tieren Afb. 111 Armleuning: Opbergvak De armleuning is qua hoogte en lengte instelbaar. ATTENTIE! Opbergvak openen  afb. 109 Gebruik de opbergvakken in de portierbekleding uitsluitend voor het bewaren van kleinere voorwerpen die niet uit de vakken mogen steken ...
  • Pagina 109: Rugleuning Achterbank Met Luik Voor Ski's

    Armleuning van achterzittingen met opbergvak* Opbergvak voor de paraplu* Het opbergvak voor het regenscherm bevindt zich in het achterportier links. Een regenscherm kan u kopen in het assortiment van origineel Skoda toebehoren. Rugleuning achterbank met luik voor ski's Afb. 112 Armleuning van de achterzit- tingen Voor meer comfort kunt u de armleuning naar beneden klappen.
  • Pagina 110: Vastzetten

    Stoelen en opbergen Let erop dat de armleuning na het sluiten altijd is geborgd. Dit is het geval als het rode – Klap de rugleuning wat naar voren. vlak boven de ontgrendelingsknop vanuit de bagageruimte niet meer zichtbaar is. – Leid de borgband door de opening in de rugleuning rond het bovenste deel van de rugleuning.
  • Pagina 111 Stoelen en opbergen Afsluitbaar zijvak* (Combi) ATTENTIE!  Zorg ervoor dat opgehangen kleding het zich naar achteren niet belemmert.  Hang alleen maar lichte kleding op en let erop dat er geen zware of scherpe voorwerpen in de zakken zitten. ...
  • Pagina 112 Stoelen en opbergen Voorzichtig! Let erop dat u de afdekking van het zijvak bij het in- resp. uitbouwen niet beschadigt. Bediening Veiligheid Aanwijzingen voor het Gebruikvoorschriften Raad en daad Technische gegevens rijden...
  • Pagina 113 Airconditioning Airconditioning Inleiding Aanwijzing  De verbruikte lucht ontsnapt via ontluchtingsopeningen achter in de bagage- Beschrijving en aanwijzingen ruimte.  Als de koeling (airco) gedurende een langere periode niet is ingeschakeld, kunnen Bij ingeschakelde koeling (airco) neemt de temperatuur en de luchtvochtigheid in de op de verdamper geuren ontstaan ten gevolge van afzettingen.
  • Pagina 114: Airconditioning

    Airconditioning Functiestoringen Als de koeling (airco) bij buitentemperaturen van meer dan +5 °C niet werkt, is er sprake van een storing. Dat kan de volgende oorzaken hebben:  De zekering voor de airconditioning is defect. Controleer de zekering en vervang deze zo nodig ...
  • Pagina 115: Climatic (Halfautomatische Airconditioning)

    Airconditioning Climatic (halfautomatische airconditioning) Bediening Omschrijving De Climatic is een gecombineerd koel- en verwarmingssysteem. Dit maakt een optimale regeling van de luchttemperatuur in elk jaarge- tijde mogelijk. Beschrijving van de Climatic Een storingvrije werking van de Climatic is belangrijk voor uw veiligheid en het rijcom- fort.
  • Pagina 116: Extra Verwarming (Interieurvoorverwarming)

    Airconditioning – Door het opnieuw indrukken van de schakelaar , wordt de koeling (airco) uitge- Aanwijzing schakeld. Het controlelampje in de toets gaat uit.  Voor het ontwasemen van de voorruit en de zijruiten wordt de gehele verwar- mingscapaciteit gebruikt. Er wordt geen warme lucht naar de beenruimte geleid. Hier- Achterruitverwarming door kan het verwarmingscomfort iets worden aangetast.
  • Pagina 117: Circulatiefunctie

    Airconditioning Instelling van de draairegelaars knop Instellingen Luchtventielen 2 Voorruit en zijruiten ontwa- Openen en naar de zijruit rich-  aanbevolen 22°C uitgeschakeld niet inschakelen semen Voorruit en zijruiten van Gewenste tempera- Openen en naar de zijruit rich-  ingeschakeld niet inschakelen aanslag reinigen tuur...
  • Pagina 118: Overzicht Van De Bedieningselementen

    Airconditioning Climatronic* (automatische airco) De ventilatie werkt alleen bij een gesloten schuif-/kanteldak. Omschrijving Aanwijzing Bij auto's die van de fabriek met Radio* of Navigatie* uitgerust zijn, wordt de infor- De Climatronic is een automatisch werkend verwarmings-, ventilatie-, matie van de Climatronic ook op het display aangetoond. Deze functie kan uitgescha- en koelsysteem dat zorgdraagt voor een maximaal comfort voor de keld worden, zie handleiding van de radio* resp.
  • Pagina 119: Automatische Stand

    Airconditioning Instelling van de temperatuur voor de linkerzijde geluid meer confortabel, maar men moet er ook rekening mee houden, dat de efficti- veit van de airconditiong minder wordt, voornamelijk met een volledig bezette auto. Automatische stand AUTO uitschakelen Climatronic Door het opnieuw drukken van de toets verwisseld u naar de ’HIGH’- werking.
  • Pagina 120 Airconditioning Circulatiefunctie uitschakelen blauw symbool op. Als u een hogere temperatuur dan +26°C kiest, licht aan het einde van de numerieke scala een rood symbool op. In beide eindstanden draait de Clima- – Druk de toets of meerdere keren de toets in tot de controlelampjes in AUTO ...
  • Pagina 121: Voorruit Ontwasemen

    Airconditioning Als bij een stilstaande wagen zonder lopende motor de interieurvrwarming is inge- ATTENTIE! schakeld, wordt ook de motor voorverwarmd. Dit geldt niet voor de motoren  3,6l/191 kW FSI tot 1,9l/77 kW TDI. De ’verbruikte’ lucht kan tot vermoeidheid leiden bij bestuurder en passa- giers, de aandacht doen verslappen en in bepaalde gevallen leiden tot het De extra verwarming (interieurvoorverwarming) verwarmt door het verbranden van beslaan van de ruiten.
  • Pagina 122: Direct In-/Uitschakelen

    Airconditioning  De interieurvoorverwarming schakelt de aanjager pas in zodra de koelvloeistof Indien u de interieurvoorverwarming en -ventilatie niet uitschakelt, schakelt deze een temperatuur van ca. 50°C heeft bereikt. automatisch na het verlopen van de in het menu Running time (inschakelduur) ...
  • Pagina 123: Radiografische Afstandsbediening

    Airconditioning  Pre-set time 3 (geprogrammeerde inschakeltijd 3) De willekeurige inschakeltijd kan uitgeschakeld worden door het menupunt Deactivate (uitschakeling) in het menu Activate (activeren) te selecteren. In elke geprogrammeerde inschakeltijd kunnen de dag en de tijd (uren en minuten) voor het inschakelen van de interieurvoorverwarming, resp. -ventilatie worden inge- Met behulp van het menupunt Factory setting (instelling af fabriek) in het menu Aux.
  • Pagina 124: Batterij Van De Radiografische Afstandsbediening Vervangen

    Airconditioning Controlelampjes in de radiografische afstandsbediening De batterij bevindt zich beneden een deksel aan de rugzijde van de radiografische afstandsbediening.  bladzijde 122, afb. 124 De controlelampjes in de radiografische afstandsbediening geven na een druk op de toets aan, of het signaal van de afstandsbedieng van de extra –...
  • Pagina 125 Wegrijden en rijden Wegrijden en rijden Stuurwielstanden instellen ATTENTIE! Vervolg  Houd tijdens het rijden het stuurwiel met de beide handen aan de zijkant op de buitenrand in de stand van 9 uur en 3 uur vast. Houd het stuurwiel nooit in de 12-uursstand of in een andere stand vast (bijv.
  • Pagina 126: Wegrijden En Rijden

    Wegrijden en rijden - motor starten ATTENTIE! Vervolg Voor alle auto's geldt:  Als u de auto verlaat - ook al is het maar voor even - neem dan in ieder geval Stand de sleutel uit het contactslot. Dat geldt vooral als er kinderen in de auto achter- blijven.
  • Pagina 127: Motor Afzetten

    Wegrijden en rijden  Alleen auto's met een schakelbak kunnen worden aangesleept. De sleepafstand mag Roep de hulp van de dichtstbijzijnde Škoda-dealer in. niet meer dan 50 meter bedragen. Bij zeer hete motor kan het na het aanslaan van de motor nodig zijn, iets gas te geven.
  • Pagina 128: Schakelen (Schakelbak)

    Wegrijden en rijden Schakel de achteruitversnelling alleen maar bij stilstaande auto in. Trap het koppe- ATTENTIE! lingspedaal in en houd dat helemaal ingetrapt. Wacht een ogenblik voordat u de  achteruitversnelling inschakelt om schakelgeluiden te voorkomen. Zet nooit de motor af, voordat de auto stilstaat - kans op ongevallen! ...
  • Pagina 129 Wegrijden en rijden – Druk de hendel met ingedrukte knop helemaal naar beneden  Besturing deblokkeren en blokkeren Bij aangetrokken handrem en ingeschakeld contact brandt het handremcontrole-  lampje Als per vergissing met aangetrokken handrem wordt weggereden, weerklinkt een waarschuwingstoon en op het informatiedisplay* verschijnt de aanwijzing: Release parking brake! (Parkeerrem lossen!) De handremwaarschuwing wordt actief als langer dan 3 seconden met een snelheid boven de 6 km/u wordt gereden.
  • Pagina 130: Contact Uitschakelen

    Wegrijden en rijden Contact uitschakelen Kan de stuurinrichting daarna nog steeds niet worden ontgrendeld, dan wordt gedu- rende 10 seconden de melding in de informatiedisplay* Steering wheel still locked. (stuurinrichting niet ontgrendeld.) weergegeven.  bladzijde 128, afb. – Druk kort op de startknop 129, het contact wordt uitgescha- keld.
  • Pagina 131 Wegrijden en rijden Dieselmotoren tenpaneel No Key (GEEN SLEUTEL) aangeduid en moet de noodstart van de motor uitgevoerd worden. – Druk op de startknop tijdens de hele voorgloeitijd, de motor start na het doven van  afb. 130 de controlelamp ...
  • Pagina 132 Wegrijden en rijden Parkeerhulp* keld en naar een servicedealer worden gebracht. Na het uitschakelen van het contact is het dan niet meer mogelijk om de stuurinrichting te vergrendelen, de elektriche verbruikers te activeren (bv. radio, navigatiesystemen), om het contact terug in te scha- Parkeerhulp achter* kelen en de motor te starten.
  • Pagina 133 Wegrijden en rijden Parkeerhulp voor en achter* verandert, zie gebruiksaanleiding Radio* respectievelijk Navigatiesysteem*. Hierdoor verberterd de hoorbaarheid van de parkeerhulp. De parkeerhulp waarschuwt voor obstakels voor en achter de auto. Inschakelen De parkeerhulp wordt bij ingeschakeld contact bij het inschakelen van de achteruit- versnelling automatisch geactiveerd.
  • Pagina 134 Wegrijden en rijden  ingebouwd, kunnen die ingesteld worden, dat bij het activeren van de parkeerhulp het De sensoren moeten schoon en ijsvrij worden gehouden zodat de parkeerhulp kan volume luidsterkte verandert, zie gebruiksaanleiding Radio* respectievelijk Navigatie- functioneren.  systeem*. Hierdoor verberterd de hoorbaarheid van de parkeerhulp. Als de parkeerhulp is geactiveerd en de keuzehendel van de automatische versnel- lingsbak in de stand staat, wordt de akoestische signalering onderbroken (de auto...
  • Pagina 135 Wegrijden en rijden  Het electronische stabiliteitsprogramma (ESP) moet voor het parkeren altijd inge- ATTENTIE! Vervolg schakeld zijn.  reflecteren. Daarom kunnen deze artikelen of personen, die zulke kleding Bij het rijden met een aanhangwagen werkt alleen de parkeerhulp aan de voorzijde dragen, niet herkend worden door de sensoren van de parkeerhulp.
  • Pagina 136: Parkeren Met Behulp Van De Parkeerassistent En De Parkeerprocedure Uitschakelen

    Wegrijden en rijden Wordt bij een snelheid van meer dan 30 km/uur de toets ingedrukt, verschijnt, zodra u langzamer dan 30 km/uur rijdt de aanduiding in het display van het instrumentenpa- neel. Aanwijzing  Wanneer de parkeerassisten ingeschakeld is, licht in de toets een geel controle- lampje op.
  • Pagina 137 Wegrijden en rijden  bladzijde 135, – Als op de informatiedisplay* de pijl naar achteren knippert Driver steering intervention! Please take over steering! (Stuuronderbreking afb. 135, scalem dan opnieuw de achteruitversnelling in resp. plaats de keuze- bestuurder! Neem de besturing over aub!) hendel* in de stand R.
  • Pagina 138: Snelheid Opslaan

    Wegrijden en rijden Speed too high! Please take over steering! (Snelheid te hoog! Svp neem de Aanwijzing besturing over!)  Wagens met handgeschakelde versnellingsbak: Als u bij een ingeschakeld snel- De parkeerprocedure wordt beeindigd, als de snelheid overschreden wordt. heidsregelsysteem de vrijstand van de versnellingsbak inschakelt, moet u altijd het koppelingspedaal intrappen! Anders zou de motor onbedoeld met een te hoog Park Assist: TCS Intervention! (Parkeerassistent: ASR ingeschakeld!) toerental kunnen gaan draaien.
  • Pagina 139: Snelheidsregelsysteem Tijdelijk Uitschakelen

    Wegrijden en rijden U kunt de snelheid door het indrukken van het gaspedaal verhogen. Na het loslaten – Als de tuimelschakelaar bij een lagere snelheid dan 30 km/u wordt losgelaten, van het pedaal loopt de snelheid weer terug naar de eerder opgeslagen waarde. wordt de snelheid niet meer in het geheugen opgeslagen, het geheugen wordt gewist.
  • Pagina 140 Automatische versnellingsbak DSG* Automatische versnellingsbak DSG* Automatische versnellingsbak DSG* Parkeren – Trap op het rempedaal en houd dit ingedrukt. Inleiding – Handrem stevig aantrekken. – Houd de blokkeerknop in de keuzehendel ingedrukt en zet de keuzehendel in de Uw auto is uitgerust met een automatische versnellingsbak DSG. De afkorting DSG stand P en laat de blokkeerknop los.
  • Pagina 141 Automatische versnellingsbak DSG* - achteruitversnelling Voorzichtig! De achteruitversnelling mag alleen bij stilstaande auto en stationair toerental worden  De dubbele koppeling bij de automatische versnellingsbak DSG is uitgevoerd met ingeschakeld  een overbelastingsbeveiliging. Als u gebruikmaakt van de functie up-hill, waarbij de Voor het inschakelen van de stand R vanuit de standen P of N moet het rempedaal auto stilstaat of langzaam bergopwaarts rijdt, staan de koppelingen bloot aan een worden ingetrapt en moet gelijktijdig de blokkeerknop worden ingedrukt.
  • Pagina 142: Vergrendeling Van De Keuzehendel

    Automatische versnellingsbak DSG* Blokkering contactsleutel tegen uittrekken uit contactslot ATTENTIE! Vervolg U kunt de contactsleutel na het uitschakelen van het contact alleen maar uit het  Bij een stilstaande auto en draaiende motor is het in alle keuzehendel- contactslot trekken als de keuzehendel in stand P staat. Bij een uit het contactslot getrokken sleutel is de keuzehendel in de stand P geblokkeerd.
  • Pagina 143: Opschakelen

    Automatische versnellingsbak DSG* Opschakelen De keuze van het meest gunstige programma is een continu verlopend proces. Onaf- hankelijk daarvan is het echter mogelijk door het gaspedaal snel in te drukken, een  afb. 138 – Tik de keuzehendel (in de Tiptronic-stand) naar voren dynamischer schakelprogramma te selecteren of terug te schakelen.
  • Pagina 144: Keuzehendel - Noodontgrendeling (Dsg)

    Automatische versnellingsbak DSG* Terugschakelen Keuzehendel - noodontgrendeling (DSG)  bladzijde 142, afb. 139 – Druk de linkse ruitenwisser voor multifunctioneel stuurwiel. Tijdelijk overschakelen naar handmatig schakelen – Als de keuzehendel zich in de positie D of S bevindt. drukt u de linkse ruitenwisser of de rechtse ruitenwisser voor multifunctioneel stuurwiel.
  • Pagina 145 Automatische versnellingsbak DSG* Wegslepen Als u de auto moet afslepen, moeten beslist de aanwijzingen in acht worden genomen  bladzijde 248.
  • Pagina 146 Automatische versnellingsbak DSG* Bediening Veiligheid Aanwijzingen voor het Gebruikvoorschriften Raad en daad Technische gegevens rijden...
  • Pagina 147 Communiceren Communiceren Multifunctioneel stuurwiel* Radio en navigatie op het multifunctioneel stuurwiel bedienen Afb. 141 Multifunctioneel stuurwiel: Bedieningstoetsen De knoppen voor de bdiening van de basisfuncties van de in de fabriek ingebouwde radio en van het navigatiesysteem bevinden zich op het multifunctionele stuurwiel* ...
  • Pagina 148: Communiceren

    Communiceren knop Actie Radio, verkeersmelding CD / CD-wisselaar / MP3 Navigatie even indrukken: Geluid uit - / inschakelen/ Activering en uitschakeling van de gesproken bediening lang drukken uit- / inschakelen*  naar boven Geluidsvolume verhogen draaien  naar onder Geluidsvolume verlagen draaien Schakel over naar de volgende opgeslagen radiozender ...
  • Pagina 149: Mobiele Telefoons En Mobilofoons

    Communiceren Aanwijzing ATTENTIE!   De luidsprekers in de auto zijn qua constructie afgestemd op een uitgangsver- Het gebruik van mobiele telefoons of mobilofoons zonder speciale buiten- mogen van radio of navigatiesysteem van 4x20 W. antenne resp. verkeerd geïnstalleerde buitenantenne kan tot een verhoging ...
  • Pagina 150: Verbinding Van De Mobiele Telefoon Met Handsfreesysteem

    Communiceren Verbinding van de mobiele telefoon met handsfreesysteem Daarnaast kan het volume tijdens een gesprek op elk moment individueel met behulp van de instelknop van de radio* resp. het navigatiesysteem* of met behulp van de functietoetsen op het multifunctionele stuurwiel* worden gewijzigd. Om een mobiele telefoon met het handsfreesysteem te verbinden, moet de telefoon aangekoppeld worden op het handsfreesysteem.
  • Pagina 151: Telefoon Met Adapter Uit Houder Nemen

    Communiceren  Tot maximaal vier mobiele telefoons kunnen worden gekoppeld aan het handsfreesy- Het plaatsen van de mobiele telefoon in de adapter garandeert een optimale zend- steem, waarbij slechts een mobiele telefoon Bluetooth kan communiceren met het en ontvangstcapaciteit en biedt gelijktijdig het voordeel van het continu laden van de handsfreesysteem.
  • Pagina 152 Communiceren   afb. 143 Door de knop PTT kort in te drukken (Knop push to talk) op adapter* Voorzichtig! wordt de spraakbediening van de telefoon geactiveerd. Het uit de adapter nemen van de mobiele telefoon tijdens het gesprek kan leiden tot Op sommige adapters* bevindt zich naast de PTT-toets ook nog een SOS-toets het verbreken van de verbinding.
  • Pagina 153 Communiceren knop Actie werking Activering en deactivering van de spraakbediening (PTT toets - Push to talk) even indrukken: Afbreking van de weergegeven melding  Geluidsvolume verhogen naar boven draaien  naar onder draaien Geluidsvolume verlagen  even indrukken Gesprek aannemen, gesprek beeindigen, invoer in het hoofdmenu van de telefoon, lijst van gekozen nummers ...
  • Pagina 154: Gesproken Bediening

     bladzijde 151 resp. met het gesproken commando CANCEL Phone name (Telefoonnaam) - de mogelijkheid om de naam van de telefoon te  veranderen (vooraf ingesteld als SKODA-BT) (AFBREKEN) beëindigen.  Door het indrukken van de PTT-toets...
  • Pagina 155 Communiceren  Bij hogere snelheden adviseren wij, harder te praten, om boven het hogere omge- Spraakcommando Actie vingsgeluid uit te komen.  OTHER OPTIONS Uitgebreide help Voorkom tijdens de dialoog andere geluiden in de auto, bijv. door gelijktijdig pratende inzittenden. ®...
  • Pagina 156 Communiceren ® Om de muziekweergave via Bluetooth mogelijk te maken, is het nodig om het appa- ATTENTIE! raat met het handsfreesysteem te koppelen in het menu Phone (telefoon) - Bluetooth (Bluetooth) - Media player (Media Player). Besteed in eerste instantie uw aandacht aan het verkeer! Als bestuurder draagt u de volle verantwoordelijkheid voor de verkeersveiligheid.
  • Pagina 157: Verbinding Van De Telefoon Met Het Handsfree Systeem

    Communiceren ning opslaan. Een eigen taalinvoer kunt u ook met behulp van de taalbediening in het – Contact inschakelen. menu ’Verdere opties’ opslaan. – In het informatiedisplay kiest u het menu Phone (telefoon) - Phone search (telefoon zoeken) en wacht u tot het regelapparaat klaar is met zoeken. Verbinding van de telefoon met het handsfree systeem –...
  • Pagina 158 Communiceren Bij auto's die van de fabriek uitgerust zijn met radio of navigatie, is het mogelijk de tele- Aanwijzing foon na het uitnemen van de sleutel uit het contact door het aantikken van de picto-  In het geheugen van de control kunnen tot drie gebruikers opgeslagen worden, grammen op het toetsscherm van de radio resp.
  • Pagina 159 Communiceren knop Actie werking Activering en deactivering van de spraakbediening (PTT toets - Push to talk) even indrukken: Afbreking van de weergegeven melding  Geluidsvolume verhogen naar boven draaien  naar onder draaien Geluidsvolume verlagen  even indrukken Gesprek aannemen, gesprek beeindigen, invoer in het hoofdmenu van de telefoon, lijst van gekozen nummers Gesprek afsluiten, lijst van de laatste oproepen, invoer in het hoofdmenu van de telefoon, lijst van gekozen nummers ...
  • Pagina 160 Communiceren Dial number (Draai nummer) Settings (Instellingen) In het menupunt Dial number (Draai nummer) kunt u telefoonnummers opslaan. In het menu Settings (Instellingen) kunt u de volgende items kiezen: Met behulp van het kantelwiel kiest u na elkaar de gewenste nummers en bevestig Phone book (Telefoonboek) ...
  • Pagina 161: Taalbediening

    Communiceren Switch off ph. (Tel. uitschakelen) - het uitschakelen van de telefooneenheid De optimale verstaanbaarheid van de spraakcommando's is afhankelijk van de  (Telefoon blijft aangekoppeld) volgende factoren:  Spreek met een normale toon zonder overmatige klemtoon en pauzes. Back (Terug) ...
  • Pagina 162: Verbinding Met Het Internet

    Communiceren Het verloop voor het tot stand brengen van de verbinding kan volgens type en versie Spraakcommando Actie van het besturingssyteem en het type van het aan te sluiten apparaat verschillend zijn. LISTEN TO ALL THE Het systeem leest contacten in het telefoonboek voor Voor de succesvolle verbinding met het internet is een overeenkomstige kennis van NAMES het besturingssysteem van het aan te sluiten apparaat noodzakelijk.
  • Pagina 163 Communiceren Cd-wisselaar* Aanwijzing ® Het te verbinden apparaat moet de Bluetooth profiel A2DP ondersteunen, zie bedrijfshandleiding van het te verbinden apparaat. Multimedia Ingangen AUX-IN* en MDI* De ingang AUX-IN bevindt zich onder de armleuning* van de voorstoelen en is met Afb.
  • Pagina 164: Alle Cd's Uitwerpen

    Communiceren Alle cd's uitwerpen – Houd de toets langer dan 2 seconden ingedrukt om de cd's uit te werpen. Alle cd's in de cd-wisselaar worden achtereenvolgend uitgeworpen. Aanwijzing  Schuif de cd in de cd-lade altijd met de bedrukte zijde naar boven gericht. ...
  • Pagina 165 Communiceren...
  • Pagina 166: Passieve Veiligheid

    Passieve veiligheid Veiligheid Passieve veiligheid  Basisprincipes Gordelkrachtbegrenzer voor de voorstoelen en de buitenste achterzittingen*,  Gordelspanner voor de voorstoelen en de buitenste achterzittingen*,  Veiligheid komt op de eerste plaats instelling gordelhoogte voor de voorstoelen,  voorairbag voor de bestuurder en de voorpassagier, Passieve veiligheidsmaatregelen verlagen het risico op letsel in onge- ...
  • Pagina 167: Voor Elke Rit

    Passieve veiligheid  Voor elke rit Neem nooit plaats achter het stuur als uw rijvaardigheid, bijv. door medicamenten, alcohol, drugs of iets dergelijks wordt beïnvloedt. De bestuurder draagt altijd de verantwoording voor zijn passagiers en  Houdt u zich aan de verkeersregels en de voorgeschreven snelheden. voor de bedrijfszekerheid van de auto.
  • Pagina 168: Juiste Zitpositie Van De Voorpassagier

    Passieve veiligheid  Juiste zitpositie van de voorpassagier Stel de hoofdsteun zo af dat de bovenzijde van de hoofdsteun indien mogelijk op  bladzijde 166, afb. 147 dezelfde hoogte als het bovenste deel van uw hoofd ligt De voorpassagier moet een minimale afstand van 25 cm ten opzichte rechts.
  • Pagina 169: Voorbeelden Van Een Verkeerde Zitpositie

    Passieve veiligheid Voorbeelden van een verkeerde zitpositie ATTENTIE! Vervolg Een verkeerde zitpositie kan voor de inzittenden leiden tot ernstig letsel  Tijdens het rijden mag de leuning niet te schuin naar achteren staan, omdat of zelfs tot de dood. anders de werking van de veiligheidsgordels en de airbags in negatieve zin worden beïnvloed - kans op letsel! Veiligheidsgordels kunnen alleen als deze op de juiste wijze worden gedragen hun optimale bescherming bieden.
  • Pagina 170 Passieve veiligheid ATTENTIE!  Door een verkeerde zithouding stelt de inzittende zich bloot aan levensge- vaarlijk letsel als de airbag wordt geactiveerd en hem hierbij raakt.  Neem voor het begin van de rit de juiste zitpositie in en wijzig deze zithou- ding tijdens de rit niet.
  • Pagina 171 Veiligheidsgordels Veiligheidsgordels Waarom veiligheidsgordels? ATTENTIE!  Doe de gordel vóór elke rit, ook in stadsverkeer, altijd om! Dat geldt ook voor de mede-inzittenden op de achterbankzittingen - kans op letsel!  Ook zwangere vrouwen moeten altijd de veiligheidsgordel dragen. Alleen dat biedt de beste bescherming voor het ongeboren kind ...
  • Pagina 172: Belangrijke Veiligheidsinstructies Bij De Omgang Met Veiligheidsgordels

    Veiligheidsgordels Zodra de auto in beweging is, ontstaat zowel bij de auto als bij de inzittenden van de ATTENTIE! Vervolg auto bewegingsenergie, de zogenaamde kinetische energie. De grootte van de kineti-  sche energie hangt in belangrijke mate af van de snelheid en het gewicht van de auto Het verloop van de gordelband is voor de maximale beschermende werking en de inzittenden van de auto.
  • Pagina 173: Driepunts-Veiligheidsgordels Omdoen

    Veiligheidsgordels Elke driepunts-veiligheidsgordel is met een oprolautomaat uitgerust. Deze automaat ATTENTIE! Vervolg waarborgt volledige bewegingsvrijheid als er langzaam aan de gordel wordt getrokken.  Bij plotseling remmen blokkeert de automaat evenwel. Hij blokkeert de gordel ook bij Beschadigde veiligheidsgordels die bij een aanrijding zijn belast en daar- het accelereren, bij het rijden in de bergen en door bochten.
  • Pagina 174: Veiligheidsgordels Afdoen

    Veiligheidsgordels Driepunts-veiligheidsgordel voor de middelste achterzitting Met behulp van de gordelhoogte-instelling kan het verloop van de driepunts-veilig- heidsgordel ter hoogte van de schouder aan het lichaam worden aangepast. Uw auto is af fabriek uitgevoerd met een driepunts-veiligheidsgordel op de middelste –...
  • Pagina 175 Veiligheidsgordels ATTENTIE! Vervolg  Het systeem biedt slechts bescherming bij één aanrijding. Als de gordel- spanners zijn geactiveerd, moet het hele systeem worden vervangen.  Als de auto wordt verkocht moet deze bedieningshandleiding aan de koper worden meegegeven. Aanwijzing  Bij het activeren van de gordelspanners komt rook vrij.
  • Pagina 176: Airbagsysteem

    Airbagsysteem Airbagsysteem  Beschrijving van het airbagsysteem na het inschakelen van het contact het airbagcontrolelampje uitgaat en weer gaat branden,  Algemene aanwijzingen met betrekking tot het airbagsysteem het airbagcontrolelampje tijdens het rijden gaat branden of knippert,  het airbagcontrolelampje van de uitgeschakelde airbag voor de voorpassagier* op Het voorairbagsysteem biedt in aanvulling op de driepunts-veiligheidsgordels extra het middenstuk van het dashboard knippert.
  • Pagina 177: Voorairbags

    Airbagsysteem Aanwijzing ATTENTIE! Vervolg  Bij het opblazen van de airbag komt een grijswit, onschadelijk gas vrij. Dat is abso-  Bij het verschroten van de auto of onderdelen van het airbagsysteem luut normaal en duidt niet op brand in de auto. moeten de nationaal geldende voorschriften beslist in acht worden ...
  • Pagina 178: Werking Van De Voorairbags

    Airbagsysteem Het voorairbagsysteem biedt in aanvulling op de driepunts-veiligheidsgordels extra Het airbagsysteem is zodanig ontworpen dat bij zware frontale aanrijdingen de bescherming voor hoofd en borst van de bestuurder en voorpassagier bij middelzware bestuurders- en voorpassagiersairbag* worden geactiveerd. frontale aanrijdingen  in ’Belangrijke veiligheidsaanwijzingen met betrekking tot In speciale ongeval omstanigheden kunnen de voor-, zij- en hoofdairbag tegelijk inge- het voorairbagsysteem’...
  • Pagina 179: Bestuurde Knie-Airbag

    Airbagsysteem ATTENTIE! Vervolg ATTENTIE!   Neem kinderen nooit onbeveiligd op de voorstoel van de auto mee. Als de Leg nooit voorwerpen bovenop de airbag aan de voorpassagierszijde op het airbags bij een aanrijding worden geactiveerd, zouden kinderen ernstig letsel dashboard neer.
  • Pagina 180: Zijairbags

    Airbagsysteem Zijairbags* Omschrijving van de bestuurder knie-airbag Het airbagsysteem is zodanig ontworpen dat bij zware frontale aanrijdingen de Beschrijving van de zijairbags bestuurders knie-airbag samen met de gordelvergrendeling worden geactiveerd. De zijairbag zorgt bij een aanrijding van opzij samen met de hoofd- Als een airbag wordt geactiveerd, wordt de luchtzak met drijfgas gevuld.
  • Pagina 181: Werking Van De Zijairbags

    Airbagsysteem Werking van de zijairbags ATTENTIE! Vervolg De kans op letsel voor het bovenlichaam wordt door de volledig opge- kinderzitje waarbij het kind in de rijrichting zit) moet beslist de airbag voor de blazen airbags verminderd. voorpassagier worden uitgeschakeld  bladzijde 183, ’Airbag uitschakelen’. Als dit wordt nagelaten, het kind door de geactiveerde voorairbag voor de voorpassagier zwaar tot dodelijk letsel oplopen.
  • Pagina 182: Hoofdairbags

    Airbagsysteem Hoofdairbags* ATTENTIE! Vervolg  Altijd controleren of de openingen goed zijn afgedekt of zijn opgevuld als Beschrijving van de hoofdairbags er extra luidsprekers of andere uitrustingsdelen in de portierbekleding De hoofdairbag zorgt bij een aanrijding van opzij samen met de worden ingebouwd.
  • Pagina 183: Werking Van De Hoofdairbags

    Airbagsysteem Werking van de hoofdairbags Belangrijke veiligheidsaanwijzingen met betrekking tot de hoofdairbag Het verwondingsrisico voor hoofd en hals wordt bij aanrijdingen van opzij door de volledig opgeblazen airbags verminderd. De juiste omgang met het airbagsysteem verkleint aanzienlijk de kans op letsel! ATTENTIE! ...
  • Pagina 184: Airbag Uitschakelen

    Airbagsysteem Het uitschakelen van de airbags is slechts in bepaalde gevallen wenselijk, bijv. ATTENTIE! Vervolg als:   De zonnekleppen mogen niet naar de zijruiten worden gezwenkt in het U bij wijze van uitzondering een kinderzitje op de voorstoel moet plaatsen, waarbij het kind met de rug in de rijrichting zit (in vele landen op basis van afwijkende werkingsgebied van de hoofdairbags als er voorwerpen aan zijn bevestigd, wettelijke voorschriften als het kind in de rijrichting zit), ...
  • Pagina 185 Airbagsysteem Schakelaar voor voorairbag voorpassagier* Controlelampje  in handtekening     (airbag uitgeschakeld) Het airbagcontrolelampje bevindt zich op het middenstuk van het dashboard  afb. 161 - rechts. Als de frontairbag voor de voorpassagier is uitgeschakeld zal ca. 4 seconden na het inschakelen van het contact het controlelampje gaan branden.
  • Pagina 186: Veilig Vervoer Van Kinderen

    Veilig vervoer van kinderen Veilig vervoer van kinderen Wat u moet weten als u kinderen vervoert! ATTENTIE! Vervolg worden genomen  bladzijde 185, ’Belangrijke veiligheidsinstructies bij de Inleiding tot het thema omgang met kinderzitjes’. Ongevalsstatistieken tonen aan dat het, in het algemeen gesproken, voor kinderen op de achterbankzitting veiliger is dan op de voorpassa- Aanwijzing giersstoel.
  • Pagina 187 Veilig vervoer van kinderen Gebruik van kinderzitjes op de voorpassagiersstoel ATTENTIE! Vervolg Kinderzitjes moeten altijd op de achterbankzitting worden bevestigd.  Kinderen mogen tijdens het rijden ook nooit in de auto staan of op hun knieën zitten. Bij een aanrijding wordt het kind dan door de auto geslingerd en kan zichzelf en andere inzittenden daardoor levensgevaarlijk verwonden.
  • Pagina 188 Veilig vervoer van kinderen Veiligheid van kinderen en zijairbag* ATTENTIE! Vervolg Kinderen mogen zich nooit in het gebied bevinden waarin zij- en de betreffende nationale voorschriften met betrekking tot het gebruik van hoofdairbags worden opgeblazen. kinderzitjes in acht.  Als de voorairbag voor de voorpassagier met behulp van de elektronica- tester door een Škoda-dealer wordt uitgeschakeld, blijft de zij- en hoofdairbag voor de voorpassagier* ingeschakeld.
  • Pagina 189: Kinderzitje

    Veilig vervoer van kinderen ATTENTIE! Vervolg Groep Gewicht voorpassagier worden uitgeschakeld  bladzijde 183. Als dit wordt nagelaten,  bladzijde 189 0 - 10 kg het kind door de geactiveerde voorairbag voor de voorpassagier zwaar tot  bladzijde 189 tot 13 kg dodelijk letsel oplopen.
  • Pagina 190 Veilig vervoer van kinderen Kinderzitjes volgens klasse 0/0+ ATTENTIE! Vervolg  Zodra het kinderzitje op de voorpassagiersstoel niet meer wordt gebruikt, moet de voorpassagiersairbag weer worden ingeschakeld zodat deze weer functioneert. Kinderzitjes volgens klasse 1 Afb. 164 Kinderzitje volgens klasse 0/0+ Voor baby's tot ongeveer 9 maanden met een gewicht tot 10 kg, resp.
  • Pagina 191 Veilig vervoer van kinderen ATTENTIE! Vervolg ATTENTIE! Vervolg  of met behulp van de schakelaar voor de voorpassagiersairbag*  of met behulp van de schakelaar voor de voorpassagiersairbag*  bladzijde 184, ’Schakelaar voor voorairbag voorpassagier*’  bladzijde 184, ’Schakelaar voor voorairbag voorpassagier*’ ...
  • Pagina 192: Bevestiging Kinderzitje Met 'Isofix'-Systeem

    Veilig vervoer van kinderen – Schuif de vergrendelarmen van het kinderzitje in de bevestigingsogen in de rich- ATTENTIE! Vervolg  afb. 168 ting van de pijl tot ze hoorbaar vastklikken - rechts.  door een Škoda-dealer/vakgarage – Controleer aan beide zijden van het kinderzitje de montage door aan het kinderzitje te trekken.
  • Pagina 193: Bevestiging Kinderzitje Met Het 'Top Tether'-Systeem

    Veilig vervoer van kinderen Bevestiging kinderzitje met het ’Top Tether’-systeem Afb. 169 Achterbankzitting: Top Tether In enkele landen wordt door de nationale wetgeving geëist dat de achterbank is uitge-  afb. rust met bevestigingsogen voor kinderzitjes met het ’Top Tether’-systeem 169.
  • Pagina 194: Aanwijzingen Voor Het Rijden

    Intelligente techniek Aanwijzingen voor het rijden Intelligente techniek Elektronisch stabiliteitsprogramma (ESP)* Werking Het ESP schakelt bij het starten van de motor automatisch in en voert een zelftest uit. Het ESP-regelapparaat verwerkt de gegevens van de afzonderlijke systemen Het Algemeen verwerkt bovendien extra meetgegevens die door de uiterst gevoelige sensoren worden aangeleverd: de giersnelheid van de auto om de topas, de acceleratie in dwarsrichting, de remdruk en de stuuruitslag.
  • Pagina 195: Aandrijfslipregeling (Asr)

    Intelligente techniek Aanwijzing ATTENTIE!   Om de storingvrije werking van het ESP te garanderen moeten op alle vier de Bij het accelereren op een glad wegdek, bijv. bij ijzel en sneeuw, voorzichtig velgen dezelfde banden zijn gemonteerd. Onderlinge verschillen in de afrolomtrek gas geven.
  • Pagina 196: Remmen

    Intelligente techniek Werking van de band kunnen leiden tot een niet-gewenste reducering van het motorver- mogen. Het ASR schakelt bij het starten van de motor automatisch in en voert een zelftest uit.  Het systeem controleert het toerental van de aangedreven wielen met behulp van de Wijzigingen aan de auto (bijv.
  • Pagina 197: Rembekrachtiger

    Intelligente techniek Ook bij het rijden op wegen waarop strooizout is gestrooid kunnen de remmen later Voorzichtig! aangrijpen, als u langere tijd niet hebt geremd. Het laagje zout op de remschijven en  Laat nooit de remmen aanlopen door de voet op het rempedaal te houden als u de remblokken moet bij het remmen eerst worden weggeslepen.
  • Pagina 198: Antiblokkeersysteem (Abs)

    Intelligente techniek  Antiblokkeersysteem (ABS) Wijzigingen aan de auto (bijv. aan de motor, de remmen, het onderstel of een andere band-velgcombinatie ) kunnen de werking van het ABS beïnvloeden Het ABS verhindert het blokkeren van de wielen bij het remmen. ...
  • Pagina 199: Assistenten Voor Rijden Op Hellende Wegen

    Intelligente techniek Assistenten voor rijden op hellende wegen* Controle bandenspanning* De assistent voor het rijden het op hellende wegen vergemakkelijkt het rijden op hellingen. Het systeem ondersteunt het wegrijden, doordat het de door het rempedaal opgewekte remdruk nog ca. 2 seconden na het loslaten van het rempedaal in stand houdt.
  • Pagina 200: Roetfilter* (Dieselmotor)

    Intelligente techniek    bladzijde 198, afb. 172 Druk de toets langer dan 2 seconden in. Tijdens kan bij een zeer snel teruglopen van de bandenspanning niet waarschuwen, bijv.   het indrukken van de toets brandt het controlelampje ...
  • Pagina 201 Intelligente techniek ATTENTIE! Vervolg  Maak ook nooit gebruik van beschermingsmiddelen voor de wagenonder- zijde of corrosiewerende middelen voor uitlaatpijpen, katalysatoren, roetfilter of hitteschilden. Als de motor op bedrijfstemperatuur is, kunnen deze middelen ontsteken - brandgevaar. Aanwijzing Door het gebruik van dieselolie met een hoog zwavelpercentage kan de levensduur van de roetfilter aanzienlijk teruglopen.
  • Pagina 202: Rijden En Milieu

    Rijden en milieu Rijden en milieu De eerste 1 500 kilometer en daarna Voorzichtig! Alle snelheids- en toerentalgegevens gelden alleen bij een op bedrijfstemperatuur Nieuwe motor zijnde motor. Laat een koude motor nooit met een hoog toerental draaien - dit geldt zowel bij een stilstaande auto als bij het rijden in de diverse versnellingen.
  • Pagina 203: Katalysator

    Rijden en milieu  Katalysator Als u tijdens het rijden merkt dat het vermogen terugloopt of dat de motor onre- gelmatig draait, verlaag dan direct de snelheid en laat de auto door de dichtstbijzijnde Een correcte werking van het uitlaatgasreinigingssysteem (katalysator) Škoda-dealer controleren.
  • Pagina 204 Rijden en milieu worden gebruikt en behouden blijven, is het noodzakelijk, de aanwijzingen in dit Een effectieve wijze om brandstof te besparen, is vroegtijdig opschakelen. Wie tot aan hoofdstuk in acht te nemen. de maximumversnelling de betreffende versnelling accelereert verbruikt onnodig veel brandstof.
  • Pagina 205: Stationair Draaien Reduceren

    Rijden en milieu  bladzijde 203, afb. 175 toont de verhouding van het brandstofverbruik ten Milieu opzichte van de snelheid. Als de mogelijke topsnelheid van uw auto slechts voor drie-  Door het gebruik van synthetische dunloopoliesoorten kan een extra reducering kwart wordt benut, daalt het brandstofverbruik met ongeveer de helft.
  • Pagina 206: Milieu-Aspecten

    Rijden en milieu Let op de bandenspanning Schriftelijke controle van het brandstofverbruik Een correcte bandenspanning spaart brandstof. Wie zijn brandstofverbruik wil controleren, moet een kilometerregistratie bijhouden. Dit kost relatief weinig tijd en is zeker de moeite waard. U kunt een wijziging (positief Let altijd op de juiste bandenspanning.
  • Pagina 207: Rijden In Het Buitenland

    Rijden en milieu  Geen toepassing van fluorkoolwaterstoffen in de productie, de benodigde technische voorbereiding van de auto, noodzakelijke onderhoudswerk-  zaamheden en de reparatiemogelijkheden. Geen gebruik van kwik,  Gebruik van watergedragen lakken. Loodvrije benzine Terugname en verwerking van oude auto's Auto's met benzinemotor mogen alleen loodvrije benzine tanken ...
  • Pagina 208: Rijden Door Water Op Straten

    Rijden en milieu Rijden door water op straten Voorzichtig!  Bij het rijden door water kunnen onderdelen van de auto zoals b.v. de motor, de versnellingsbak, de catalystor, het onderstel of de elektronica zwaar beschadigd worden.  Tegemoetkomende wagens veroorzaken golven die de toegelaten waterhoogte voor uw wagen kunnen overschrijden.
  • Pagina 209: Rijden Met Aanhangwagen

    Rijden met aanhangwagen Rijden met aanhangwagen Gebruik aanhangwagen Gebruiksinstructies Bij het rijden met een aanhangwagen moet op enkele punten worden Technische voorwaarden gelet. De trekhaak moet aan bepaalde voorwaarden voldoen. Aanhangwagengewicht Uw auto is voornamelijk bedoeld voor het vervoer van personen en bagage. Hij kan Het toelaatbare aanhangwagengewicht mag in geen geval worden overschreden.
  • Pagina 210: Rijsnelheid

    Rijden met aanhangwagen moeten op wegklapbare steunen worden bevestigd. Stel de spiegels zo af, dat deze Rijsnelheid voldoende zicht naar achteren bieden. Met het oog op de veiligheid adviseren wij niet sneller dan 80 km/uur te rijden. Dit geldt ook voor landen waarin hogere snelheden zijn toegestaan. Koplampen Omdat met een toenemende snelheid de rijstabiliteit van de combinatie terugloopt, Controleer voor het begin van de rit bij een aangekoppelde aanhangwagen ook de...
  • Pagina 211 Rijden met aanhangwagen  Afneembare trekhaak* Ontgrendel de kogelkop nooit bij een aangekoppelde aanhangwagen.  Bij het rijden zonder aanhangwagen moet de kogelkop worden verwijderd. Controleer of de afsluitdop op de bevestigingskoker correct afsluit.  Als u de auto met een hogedrukreiniger schoonmaakt, moet de kogelkop eerst worden verwijderd.
  • Pagina 212: Gebruikvoorschriften

    Verzorging en reiniging van de auto Gebruikvoorschriften Verzorging en reiniging van de auto  Algemeen gebruiksfrequentie,  wijze van parkeren (garage, onder bomen etc.), Verzorging is het behoud van uw auto.  tijd van het jaar,  Regelmatige, vakkundige verzorging van uw auto zorgt voor het behoud van zijn weersomstandigheden, waarde.
  • Pagina 213: Met De Hand Wassen

    Verzorging en reiniging van de auto  Vóór het wassen van de auto in een automatische wasstraat hoeven, behalve de Als u de auto in de winter met een slang afspuit, let er dan op dat de waterstraal niet gebruikelijke voorzorgsmaatregelen (sluiten van de ruiten en het schuif-/kanteldak direct op de slotcilinders of op de naden van de portieren, de motorkap of de achter- e.d.) geen verdere maatregelen te worden genomen.
  • Pagina 214: Polijsten

    Verzorging en reiniging van de auto De auto moet op zijn laatst met een hoogwaardig conserveringsmiddel op vastewas- Voorzichtig! basis worden behandeld, als op de schone lak geen waterdruppels meer worden Poets de verchroomde delen niet in een stoffige omgeving, omdat er anders krassen gevormd.
  • Pagina 215: Pakkingen

    Verzorging en reiniging van de auto moet de ijskrabber maar in één richting over de te reinigen ruit heen en weer worden rubber (bijv. een siliconenvrije oliespray) worden behandeld. Bovendien wordt zo bewogen. voortijdige slijtage van de afdichtrubbers voorkomen en daarmee lekkages. De portieren gaan gemakkelijker open.
  • Pagina 216: Conservering Van Holle Ruimtes

    Verzorging en reiniging van de auto Deze conservering hoeft niet te worden gecontroleerd en heeft ook geen nabehande- ATTENTIE! ling nodig. Als bij hoge temperaturen een beetje was uit de holle ruimtes stroomt, verwijder dit dan met een kunststofspatel en verwijder de vlekken met wasbenzine. Denk er bij het reinigen van de wielen aan dat vocht, ijs en wegenzout de werking van de remmen nadelig kunnen beïnvloeden - kans op ongevallen! ATTENTIE!
  • Pagina 217: Verzorging Binnenzijde Auto

    Verzorging en reiniging van de auto Sterkere vervuiling motor alleen bij een Škoda-dealer/vakgarage of bij een tankstation (als deze hiervoor tenminste zijn toegerust) worden schoongespoten. – Reinig sterker vervuilde plaatsen met een in een zeepoplossing geweekte doek (2 eetlepels neutrale zeep op 1 liter water). Verzorging binnenzijde auto –...
  • Pagina 218 Verzorging en reiniging van de auto  Scherpe voorwerpen aan kledingstukken zoals ritssluitingen, klinknagels, riemen ATTENTIE! Vervolg met scherpe randen kunnen blijvende krassen of schaafsporen in het oppervlak  achterlaten. Gordels met beschadigingen aan het materiaalweefsel, de verbindingen, de oprolautomaat of het slotdeel kunnen door een erkende Škoda-dealer worden vervangen.
  • Pagina 219: Brandstof

    Brandstof Brandstof Benzine Bij wagens met voorgeschreven loodvrije benzine 95/91 RON brengt het gebruik van benzine met een hoger octaangetal dan 95 noch een merkbare vermogensverhoging, noch een lager brandstofverbruik teweeg. Soort benzine Bij wagens met voorgeschreven loodvrije benzine min. 95 RON kan het gebruik van benzine met een hoger octaangetal dan 95 een vermogensverhoging en een een lager brandstofverbruik opleveren.
  • Pagina 220: Gebruik In De Winter

    Brandstof Voorzichtig! Voorzichtig!  Gebrruik daarom alleen dieselbrandstof die voldoet aan de norm EN 590 (in Brandstoftoevoegingen incl. benzine mogen voor de verbetering van de vloeibaarheid Duitsland ook DIN 51628, in Oostenrijk ook ÖNORM C 1590). Al een tankvulling met niet aan de dieselolie worden toegevoegd.
  • Pagina 221 Brandstof ATTENTIE! Als u toch een reservejerrycan mee wilt nemen, houd dan rekening met de wettelijke voorschriften. Om veiligheidsredenen adviseren wij geen jerrycan in de auto mee te nemen. Bij een aanrijding zou de jerrycan kunnen worden beschadigd en zou er brandstof kunnen wegstromen. Voorzichtig! ...
  • Pagina 222: Controleren En Navullen

    Controleren en navullen Controleren en navullen motorruimte Motorkap openen  afb. – Ontgrendel de motorkap 180. Ontgrendeling van de motorkap – Controleer voor het openen van de motorkap of de ruitenwisserarmen niet van de voorruit zijn weggeklapt omdat er in dat geval schade aan de lak kan ontstaan. ...
  • Pagina 223: Werkzaamheden In De Motorruimte

    Controleren en navullen Werkzaamheden in de motorruimte ATTENTIE! Vervolg Bij alle werkzaamheden in de motorruimte is bijzondere voorzichtig-  Laat geen voorwerpen, zoals bijv. poetsdoeken of gereedschap achter in de heid geboden! motorruimte.  Als onder de auto moet worden gewerkt, moet deze tegen wegrollen Bij werkzaamheden in de motorruimte, bijv.
  • Pagina 224: Overzicht Motorruimte

    Controleren en navullen Motorolie Overzicht motorruimte De belangrijkste controlepunten Motoroliepeil controleren De oliepeilstok geeft het motoroliepeil aan. Afb. 183 Oliepeilstok Afb. 182 Dieselmotor 1,9 l/77 kW Oliepeil controleren – Controleer of de auto op een horizontale ondergrond staat. Koelvloeistofexpansiereservoir ........Ruitensproeiervloeistofreservoir .
  • Pagina 225: Motorolie Bijvullen

    Controleren en navullen Oliepeil in vlak – Draai de dop van de vulopening zorgvuldig weer dicht en schuif de peilstok er tot de aanslag in. – U moet olie bijvullen  bladzijde 224. Het is voldoende als het oliepeil daarna in het vlak staat.
  • Pagina 226: Koelsysteem

    Controleren en navullen Voor het bijvullen adviseren wij dezelfde antivries - G13 (kleur lila) - te gebruiken. Milieu  Neem bij vragen met betrekking tot de koelvloeistof of als u een andere koelvloeistof De olie mag in geen geval in de riolering of in de bodem terechtkomen. wilt bijvullen, contact op met een erkende Škoda-dealer.
  • Pagina 227: Controleren En Navullen

    Controleren en navullen Koelvloeistofpeil controleren Voorzichtig! Als de oorzaak van de oververhitting niet kan worden gevonden en verholpen moet zo snel mogelijk contact worden opgenomen met een Škoda-dealer, anders kan ernstige motorschade ontstaan. Koelvloeistof bijvullen – Zet de motor af. –...
  • Pagina 228: Remvloeistof

    Controleren en navullen ATTENTIE! Vervolg ATTENTIE! blikken en op een veilige plaats, buiten bereik van kinderen - kans op vergifti- Bij werkzaamheden in de motorruimte moet u er rekening mee houden dat de ging! koelluchtventilator plotseling kan inschakelen - kans op letsel! ...
  • Pagina 229: Accu

    Controleren en navullen Milieu ATTENTIE!  Door de problemen met de afvoer (chemisch afval), het benodigde speciale gereed- Lees en volg voor alle werkzaamheden in de motorruimte de aanwijzingen schap en de nodige vakkennis, moet het verversen van de remvloeistof door een met betrekking tot gevaar op ...
  • Pagina 230 Controleren en navullen Accu in bagageruimte ATTENTIE! Vervolg – Het vak met het symbool  opent u door het draaien van de sluitingen bijv. met  Bij het laden van accu's komt waterstof vrij en ontstaat er een uiterst explo- ...
  • Pagina 231: Accu Met Tweekleurig Display

    Controleren en navullen kunt het ontladen van de accu voorkomen, door de minpool van de accu los te Milieu koppelen, of de accu doorlopend met een zeer lage laadstroom op te laden. Let bij Een afgedankte accu is schadelijk afval voor het milieu - richt u zich voor de afvoer van werkzaamheden aan de accu op de aanwijzingen ...
  • Pagina 232: Elektrolytpeil Controleren

    Controleren en navullen Accu laden Aanwijzing  Een geladen accu is een absolute voorwaarde voor goed starten van de Accu's met driekleurig display, die af fabriek gemonteerd zijn, zijn met een code motor. gemarkeerd die altijd met 1J0, 7N0 of 3B0 begint. De precieze code kan b.v. 1J0 915 105 AC zijn.
  • Pagina 233: Accu Vervangen

    Controleren en navullen Ruitensproeiersysteem ATTENTIE! Laad nooit een bevroren of ontdooide accu op - kans op explosie en bijtende zuren. Vervang een bevroren accu.  Laad nooit een accu met een te laag elektrolytpeil - kans op explosie en bijtende zuren. Accu los-, resp.
  • Pagina 234 Controleren en navullen Voorzichtig!  U mag de ruitensproeiervloeistof in geen geval mengen met antivries voor de radi- ateur of andere dergelijke middelen.  Als de auto is uitgevoerd met koplampsproeiers, mag aan de ruitensproeiervloei- stof alleen een reinigingsmiddel worden toegevoegd dat de polycarbonaatcoating van de koplamp niet aantast.
  • Pagina 235: Wielen En Banden

    Wielen en banden Wielen en banden Wielen male eigenschappen van deze banden met betrekking tot de grip, het bandengeluid, slijtage en aquaplaning volledig tot hun recht komen. Algemene aanwijzingen Verdere aanwijzingen met betrekking tot de montage van draairichtinggebonden banden  bladzijde 238. ...
  • Pagina 236: Uitlijningsfouten

    Wielen en banden Vooral bij hoge snelheden is de bandenspanning van het allergrootste belang. ATTENTIE! Controleer de bandenspanning dan ook minstens eenmaal per maand en voor elke  grote rit. Denk bij deze gelegenheid ook aan het reservewiel. Bij een te geringe bandenspanning wordt de band sterk vervormd. Hierdoor loopt bij hogere snelheden de temperatuur van de band sterk op.
  • Pagina 237: Wielen Verwisselen

    Wielen en banden stemd en dragen in belangrijke mate bij aan een goede wegligging en veilige rijeigen- ATTENTIE! schappen   De banden moeten direct worden vervangen als deze tot aan de slijtage- Monteer op alle 4 de wielen alleen radiaalbanden met dezelfde constructie, maat indicatoren zijn versleten - kans op ongevallen! Let op de wettelijk voorge- (afrolomtrek) en hetzelfde profiel per as.
  • Pagina 238: Wielbouten

    Wielen en banden ATTENTIE! Vervolg Lettercode snelheid Toelaatbare topsnelheid reservewiel mag alleen in geval van nood een gebruikte band worden gemon- 180 km/u teerd en dan alleen wanneer zeer voorzichtig wordt gereden. 190 km/u  In het belang van de verkeersveiligheid banden zo mogelijk niet apart maar 200 km/u minstens per as vervangen.
  • Pagina 239 Wielen en banden de toegestane maximumsnelheid van de betreffende bandencategorie kunnen de ATTENTIE! Vervolg banden worden beschadigd.  Als de wielbouten met een te laag aantrekmoment werden vastgedraaid, Let bij het gebruik van winterbanden op de aanwijzingen  bladzijde 234. kan de velg tijdens het rijden loslopen - kans op ongevallen! Een te hoog In plaats van winterbanden kunnen ook zogenaamde ’all-wheatherbanden’...
  • Pagina 240: Sneeuwkettingen

    Wielen en banden Bij een lekke band moet deze zo snel mogelijk worden vervangen en moet de juiste Aanwijzing draairichting bij alle banden weer worden hersteld. Wij adviseren sneeuwkettingen uit het originele Škoda-accessoireprogramma te gebruiken. Sneeuwkettingen De sneeuwkettingen mogen alleen op de voorwielen worden gemonteerd. Onder winterse omstandigheden verbeteren de sneeuwkettingen niet alleen de trek- kracht, maar ook het remgedrag.
  • Pagina 241: Accessoires, Wijzigingen En Vervanging Van Onderdelen

    Accessoires, wijzigingen en vervanging van onderdelen Accessoires, wijzigingen en vervanging van onderdelen Accessoires en onderdelen ATTENTIE! Vervolg delen. Voor deze originele Škoda-onderdelen wordt de betrouwbaarheid, Škoda-auto's zijn volgens de nieuwste inzichten van de veiligheidstechniek geconstru- veiligheid en geschiktheid gecontroleerd. eerd. Om dit te behouden mag de uitvoering zoals deze af fabriek is geleverd niet ...
  • Pagina 242: Raad En Daad

    Raad en daad Raad en daad Raad en daad Verbanddoos* U kunt de gevarendriehoek met rubberbandjes bevestigen aan de bekleding van de  afb. achterwand 193. Brandblusser* De brandblusser is met een riem in een steun onder de bestuurdersstoel bevestigd. Lees de instructies die op de brandblusser zijn aangebracht zorgvuldig door.
  • Pagina 243: Boordgereedschap

    Raad en daad Boordgereedschap Aanwijzing Let erop dat de box altijd met het bandje is vastgezet. Bandenreparatieset* De bandenreparatieset is bedoeld voor het repareren van kleine bandenlekkages. Tot de bandenreparatieset behoren een compressor,. een spuitbus, een gebruiksaanwij- zing en toebehoren. Afb.
  • Pagina 244: Wiel Verwisselen

    Raad en daad Het is belangrijk de bandenspanning van het reservewiel te controleren (bij voorkeur – Als er een aanhangwagen is aangekoppeld, moet deze worden afgekoppeld. bij elke bandenspanningscontrole - zie de sticker op de tankdopklep  bladzijde 234) – Neem het boordgereedschap  bladzijde 242 en het reservewiel* zodat het reservewiel op elk moment kan worden gemonteerd.
  • Pagina 245: Afsluitende Werkzaamheden

    Raad en daad – Breng het reservewiel aan en draai de wielbouten handvast. Aanwijzing – Wagen laten zakken.  Als bij het verwisselen van een wiel wordt geconstateerd, dat de wielbouten zijn geoxideerd en zwaar draaien, moeten de bouten voor het controleren van het aantrek- –...
  • Pagina 246 Raad en daad Wielbouten met afdekkappen* Wielbouten los- en vastdraaien Voordat de auto wordt opgekrikt, moeten de wielbouten een slag los worden gedraaid. Afb. 196 Wegnemen van de afdekkap Afb. 198 Wiel verwisselen: Wielbouten Lostrekken een slag losdraaien – Schuif de kunststofklem zo ver op de afdekkap, dat de groeven aan de binnenzijde ...
  • Pagina 247: Auto Opkrikken

    Raad en daad Aanwijzing ATTENTIE!  Als de bouten niet met de hand kunnen worden losgedraaid, kunt u voorzichtig met de Krik de auto altijd op terwijl de portieren zijn gesloten - kans op letsel! voet op het uiteinde van de wielsleutel* drukken. Houdt u zich daarbij vast aan de auto ...
  • Pagina 248: Starthulp

    Raad en daad – Laat het aantrekmoment zo snel mogelijk met een momentsleutel controleren. Minkabel - kleurcodering, meestal zwart Stalen en lichtmetalen velgen moeten met een aantrekmoment van 120 Nm worden vastgezet. ATTENTIE!  Bij auto's met wielbeveiligingsbouten (één bout per wiel) kunnen deze bouten alleen Een ontladen accu kan al bij temperaturen net onder 0 °C bevriezen.
  • Pagina 249: Pluspolen Met Elkaar Verbinden

    Raad en daad Pluspolen met elkaar verbinden ATTENTIE! Vervolg  bladzijde 247, afb. 201 – Sluit het ene uiteinde aan op de pluspool van de  Gebruik de starthulp nooit bij accu's met te lage elektrolytpeil - kans op  bladzijde 247, afb. ontladen accu 201.
  • Pagina 250: Sleepoog Voor

    Raad en daad Bestuurder van de trekkende auto Voorzichtig! – Geef pas goed gas als de kabel strak staat. Als er door een defect geen versnellingsbakolie meer in de versnellingsbak zit, mag de auto alleen met opgetakelde aangedreven wielen of met een autoambulance of –...
  • Pagina 251: Sleepoog Achter

    Raad en daad Aanslepen Voorzichtig! Het sleepoog moet altijd tot de aanslag vastgeschroefd en vast aangetrokken worden. Als de motor niet aanslaat, adviseren wij de auto niet door middel van aanslepen te In het andere geval kan het sleepoog bij het af- of aanslepen scheuren! starten.
  • Pagina 252: Afslepen Bij Automatische Versnellingsbak

    Raad en daad Afslepen bij automatische versnellingsbak Let op de verdere aanwijzingen  bladzijde 248. De auto kan met behulp van een sleepstang of een sleepkabel worden weggesleept. Let hierbij op de volgende aanwijzingen.  Plaats de keuzehendel in stand N. ...
  • Pagina 253: Zekeringen En Gloeilampen

    Zekeringen en gloeilampen Zekeringen en gloeilampen Elektrische zekeringen Wij adviseren steeds een doosje met reservezekeringen in de auto mee te nemen. Reservezekeringen kunt u uit het assorciment van Škoda-accessoires resp. bij uw dealer kopen Zekeringen in het dashboard vervangen Kleurcode van de zekeringen Defecte zekeringen moeten worden vervangen.
  • Pagina 254: Deksel Zekeringhouder In Motorruimte

    Zekeringen en gloeilampen Deksel zekeringhouder in motorruimte Zekeringenoverzicht in motorruimte - uitvoering 1 De zekeringenbox in de motorruimte wordt in twee uitvoeringen gele- verd. Welke uitvoering in uw auto is gemonteerd kan worden vastge- steld na het verwijderen van het deksel voor de zekeringhouder aan de hand van indeling van de zekeringen.
  • Pagina 255 Zekeringen en gloeilampen Verbruiker Ampère Verbruiker Ampère Vrij Vrij Combi-instrument, ruitenwisserhendel en knipperlicht- Vrij hendel Ontstekingssysteem Audioversterker (soundsystem) Vrij Radio Vrij Telefoon Vrij Vrij Linker koplamp voor, linker achterlichteenheid Vrij ABS-pomp Motorregelapparaat Voeding voor contact 15 (contact aan) Regelapparaat voor CAN-BUS Vrij Vrij Vrij...
  • Pagina 256 Zekeringen en gloeilampen Enkele van de genoemde verbruikers behoren alleen standaard bij bepaalde model- Verbruiker Ampère uitvoeringen of zijn alleen voor bepaalde modellen als meeruitvoering leverbaar. Koppelingspedaalschakelaar Verbruiker Ampère Relais kleppen Vrij hogedrukpomp Regelapparaat voor automatische versnellingsbak DQ200 Koelluchtventilator Meetkabel ABS-pomp 30/40 Kleppen voor ABS...
  • Pagina 257 Zekeringen en gloeilampen Verbruiker Ampère Verbruiker Ampère KESSY ELV Diagnose aansluiting, motorregelapparaat, relais voor brandstofpomp, regelapparat voor brandstofpomp Ventilator aanjager voor Climatronic Regelapparaat voor ABS, ESP, schakelaar voor banden- Ruitbediening vooraan, centrale vergrendeling van de spanningscontrole, remsensor voorportieren Schakelaar en regelapparaat voor airbag Vergrendeling van de keuzehendel WIV, achterlicht, dimmende spiegels, druksensor, tele- Achterruitverwarmingrelais voor interieurvoorverwar-...
  • Pagina 258: Gloeilampen

    Wij adviseren steeds een doosje met reservelampen in de auto mee te nemen. Verbruiker Ampère Vervanglampen kunt u kopen in het assortiment van origineel Skoda toebehoren Lichtschakelaar: Er bevindt zich een bergruimte voor de lampen in de doos in het Reservewiel.
  • Pagina 259: Koplamp, Voor

    Zekeringen en gloeilampen Koplamp, voor Overige Lamp Verlichting opbergvak - voorpassagiers- zijde Bagageruimtelampje Portierwaarschuwingslampje Verlichting voor make-up-spiegel instapverlichting Afb. 210 Koplampen vóór Montage- stand van de lampen ATTENTIE!   afb. Gloeilampen H7 en H3 staan onder druk en kunnen bij het vervangen van Positionering van de gloeilampen in de koplamp, voor 210.
  • Pagina 260 Zekeringen en gloeilampen  bladzijde 258, afb. – Neem de fitting 211. – De steker met de gloeilamp tot aan de aanslag naar links draaien en wegnemen  afb. 212. – Trek de defecte gloeilamp uit de fitting en breng een nieuwe gloeilamp aan. –...
  • Pagina 261: Achterlichteenheid

    Zekeringen en gloeilampen – Voor het inbouwen de mistlamp eerst met de nok aan de zijde plaatsen, die verder – Voor het weder inbouwen voegt u eerst de achteverlichting in met de toegang  bladzijde 261, afb. 215 weg is van het nummerbord. naar voor op een pin op de carrosserie.
  • Pagina 262: Gloeilampen In De Achterlichteenheid Vervangen

    Zekeringen en gloeilampen Gloeilampen in de achterlichteenheid vervangen  afb. 215 Montagestand van de lampen in de binnen achterlichteenheid rechts. - Achteruitrijlamp - Mistachterlicht Achterlichteenheid (Combi) Afb. 215 Buitengedeelte van de achterverlichting eenheid: Binnengedeelte van de achter- verlichting eenheid: Lampen Lampen in het buitengedeelte van de achterverlichting eenheid verplaatsen –...
  • Pagina 263: Kentekenplaatverlichting

    Zekeringen en gloeilampen Lampen in de achterlichteenheid vervangen Kentekenplaatverlichting – Draai de fitting van de lamp tot aan de aanslag naar links en verwijder deze uit de behuizing. – Haal de defecte lamp uit de fitting en breng in de fitting een nieuwe lamp aan. –...
  • Pagina 264 Zekeringen en gloeilampen – Trek de defecte gloeilamp uit de houder en breng een nieuwe gloeilamp aan. – Breng het glas weer aan en druk deze tot aan de aanslag in - let op de juiste monta- gestand van het lampglas. Bediening Veiligheid Aanwijzingen voor het...
  • Pagina 265 Zekeringen en gloeilampen...
  • Pagina 266: Technische Gegevens

    Technische gegevens Technische gegevens Technische gegevens Algemene aanwijzingen Rijprestaties De gegevens van het kentekenbewijs hebben voorrang op de gegevens in het instruc- De vermelde prestaties werden gemeten zonder snelheidremmende uitrustingen, tieboekje. Met welke motor uw auto is uitgerust, ziet u op het kentekenbewijs of kunt zoals b.v.
  • Pagina 267: Brandstofverbruik Volgens Ece-Voorschriften En Eu- Richtlijnen

    Technische gegevens Versnellingsbakcode, laknummer, interieuruitvoeringscode, motorvermogen, Buiten de bebouwde kom motorcode. Bij de meting van het brandstofverbruik buiten de bebouwde kom wordt met de auto, Gedeeltelijke beschrijving van de auto. zoals bij het dagelijkse gebruik, meerdere malen in alle versnellingen geaccelereerd en gedecelereerd.
  • Pagina 268: Afmetingen

    Technische gegevens Afmetingen Afmetingen (in mm) Superb Combi Lengte 4838/4849 4838/4849 Breedte 1817 1817 Breedte incl. buitenspiegel 2009 2009 Hoogte 1462/1482 /1447 1510/1529 /1497 /1495 Vrije hoogte 139/158 /123 141/159 /127 /126 Wielbasis 2761 2761 1545/1518 1545/1517 Spoorbreedte voor/achter 1537/1510 1537/1510 De waarde komt overeen met uitvoering met het optiek-pakket.
  • Pagina 269: Motoroliespecificaties

    Technische gegevens Motoroliespecificaties Dieselmotoren Specificatie Inhoud Af fabriek is de auto gevuld met een kwalitatief hoogwaardige olie waarmee het hele 1,9 l/77 kW TDI PD - EU4 VW 506 01, VW 507 00 jaar - behalve in extreme klimaatzones - kan worden gereden. 1,9 l/77 kW TDI PD DPF - EU4 VW 507 00 Bij het bijvullen kunt u verschillende oliën met elkaar mengen.
  • Pagina 270 Technische gegevens Voorzichtig! Voor auto's met flexibele onderhoudsintervallen (QG1) mogen alleen de boven- staande oliën worden gebruikt. Om ervoor te zorgen dat de eigenschappen van de motorolie behouden blijven, adviseren wij voor het bijvullen alleen die olie te nemen die dezelfde specificatie heeft. In een uitzonderingsgeval mag slechts eenmaal maximaal 0,5 l motorolie met de specificatie VW 502 00 (alleen benzinemotoren) of specificatie VW 505 01 (alleen dieselmotoren) worden bijgevuld.
  • Pagina 271: 1,4 L/92 Kw Tsi - Eu5

    Technische gegevens 1,4 l/92 kW TSI - EU5 Motor Vermogen kW bij 1/min 92/5000 Max. koppel Nm bij 1/min 200/1500-4000 4/1390 Aantal cilinders/cilinderinhoud (cm Rijprestaties Superb M6 Combi M6 Maximale snelheid km/u Acceleratie 0 - 100 km/h 10,5 10,6 Brandstofverbruik (in l/100 km) en CO -uitstoot (in g/km) Superb M6 Combi M6...
  • Pagina 272 Technische gegevens Gewichten (in kg) Superb M6 Combi M6 Maximum toegelaten gewicht 2040 2062 Gewicht in lege toestand, rijklaar 1477 1499 Nuttige last Nuttig laadvermogen bij gebruik van de trekhaak Toelaatbare voorasbelasting 1200 1200 Toelaatbare achterasbelasting 1250 1250 1400 1400 Toegestaan aanhangwagengewicht, aanhangwagen geremd 1500 1500...
  • Pagina 273: 1,8 L/118 (112) Kw Tsi - Eu5 / Eu2 / Bs4

    Technische gegevens 1,8 l/118 (112) kW TSI - EU5 / EU2 / BS4 Motor 118/4500 - 6200 Vermogen kW bij 1/min (112/4300 - 6200) 250/1500 - 4500 Max. koppel Nm bij 1/min (250/1500 - 4200) 4/1798 Aantal cilinders/cilinderinhoud (cm Rijprestaties Superb M6 Superb DQ7 Superb M6 4x4...
  • Pagina 274 Technische gegevens Gewichten (in kg) Superb M6 Superb DQ7 Superb M6 4x4 Combi M6 Combi DQ7 Combi M6 4x4 Maximum toegelaten gewicht 2074 2086 2165 2096 2108 2187 Gewicht in lege toestand, rijklaar 1511 1523 1602 1533 1545 1624 Nuttige last Nuttig laadvermogen bij gebruik van de trekhaak Toelaatbare voorasbelasting 1200...
  • Pagina 275: 2,0 L/147 Kw Fsi - Eu5

    Technische gegevens 2,0 l/147 kW FSI - EU5 Motor Vermogen kW bij 1/min 147/5100 - 6000 Max. koppel Nm bij 1/min 280/1700 - 5000 4/1984 Aantal cilinders/cilinderinhoud (cm Rijprestaties Superb DQ6 Combi DQ6 Maximale snelheid km/u Acceleratie 0 - 100 km/h Brandstofverbruik (in l/100 km) en CO -uitstoot (in g/km) Superb DQ6...
  • Pagina 276 Technische gegevens Gewichten (in kg) Superb DQ6 Combi DQ6 Maximum toegelaten gewicht 2118 2140 Gewicht in lege toestand, rijklaar 1555 1577 Nuttige last Nuttig laadvermogen bij gebruik van de trekhaak Toelaatbare voorasbelasting 1200 1200 Toelaatbare achterasbelasting 1250 1250 1600 1600 Toegestaan aanhangwagengewicht, aanhangwagen geremd 1800 1800...
  • Pagina 277: L/191 Kw Fsi - Eu5 / Eu2 / (Bs4)

    Technische gegevens 3,6 l/191 kW FSI - EU5 / EU2 / (BS4) Motor Vermogen kW bij 1/min 191/6000 Max. koppel Nm bij 1/min 350/2500 - 5000 6/3597 Aantal cilinders/cilinderinhoud (cm Rijprestaties Superb DQ6 4x4 Combi DQ6 4x4 Maximale snelheid km/u Acceleratie 0 - 100 km/h Brandstofverbruik (in l/100 km) en CO -uitstoot (in g/km)
  • Pagina 278 Technische gegevens Gewichten (in kg) Superb DQ6 4x4 Combi DQ6 4x4 Maximum toegelaten gewicht 2275 2297 Gewicht in lege toestand, rijklaar 1714 1736 Nuttige last Nuttig laadvermogen bij gebruik van de trekhaak Toelaatbare voorasbelasting 1200 1200 Toelaatbare achterasbelasting 1250 1250 Toegestaan aanhangwagengewicht, aanhangwagen geremd 2000 2000...
  • Pagina 279: 1,9 L/77 Kw Tdi Pd - Eu4

    Technische gegevens 1,9 l/77 kW TDI PD - EU4 Motor Vermogen kW bij 1/min 77/4000 Max. koppel Nm bij 1/min 250/1900 4/1896 Aantal cilinders/cilinderinhoud (cm Rijprestaties Superb M5 Superb M5 GreenLine Combi M5 Maximale snelheid km/u Acceleratie 0 - 100 km/h 12,5 12,5 12,6...
  • Pagina 280 Technische gegevens Gewichten (in kg) Superb M5 Superb M5 GreenLine Combi M5 Maximum toegelaten gewicht 2076 2063 2098 Gewicht in lege toestand, rijklaar 1513 1518 1535 Nuttige last Nuttig laadvermogen bij gebruik van de trekhaak Toelaatbare voorasbelasting 1200 1200 1200 Toelaatbare achterasbelasting 1250 1230...
  • Pagina 281: L/103 Kw Tdi Cr Dpf - Eu5 / (Eu4 / Bs4)

    Technische gegevens 2,0 l/103 kW TDI CR DPF - EU5 / (EU4 / BS4) Motor Vermogen kW bij 1/min 103/4200 Max. koppel Nm bij 1/min 320/1750-2500 4/1968 Aantal cilinders/cilinderinhoud (cm Rijprestaties Superb M6 Superb DQ6 Combi M6 Combi DQ6 Maximale snelheid km/u Acceleratie 0 - 100 km/h 10,1...
  • Pagina 282 Technische gegevens Gewichten (in kg) Superb M6 Superb DQ6 Combi M6 Combi DQ6 Maximum toegelaten gewicht 2110 2132 2132 2154 Gewicht in lege toestand, rijklaar 1547 1569 1569 1591 Nuttige last Nuttig laadvermogen bij gebruik van de trekhaak Toelaatbare voorasbelasting 1200 1200 1200...
  • Pagina 283: 2,0 L/125 Kw Tdi Cr Dpf - Eu5

    Technische gegevens 2,0 l/125 kW TDI CR DPF - EU5 Motor Vermogen kW bij 1/min 125/4200 Max. koppel Nm bij 1/min 350/1750-2500 4/1968 Aantal cilinders/cilinderinhoud (cm Rijprestaties Superb M6 Superb DQ6 Superb M6 4x4 Combi M6 Combi DQ6 Combi M6 4x4 Maximale snelheid km/u Acceleratie 0 - 100 km/h...
  • Pagina 284 Technische gegevens Gewichten (in kg) Superb M6 Superb DQ6 Superb M6 4x4 Combi M6 Combi DQ6 Combi M6 4x4 Maximum toegelaten gewicht 2118 2135 2195 2140 2157 2217 Gewicht in lege toestand, rijklaar 1555 1572 1632 1577 1594 1654 Nuttige last Nuttig laadvermogen bij gebruik van de trekhaak Toelaatbare voorasbelasting 1200...
  • Pagina 285 Technische gegevens...
  • Pagina 286: Trefwoordenlijst

    Trefwoordenlijst Trefwoordenlijst Achterstoelen naar voren klappen (Combi) ..88 Alarmlichten ........69 Controlelampjes .
  • Pagina 287 Trefwoordenlijst Bonhouder ....... . . 102 Conservering auto-onderzijde ....215 Boordcomputer .
  • Pagina 288 Trefwoordenlijst Elektrische ruitbediening Gordelwaarschuwingslampje ....172 Functiestoringen ......57 Groot licht .
  • Pagina 289 Trefwoordenlijst Koelvloeistofpeil Motoroliepeil Controlelampjes ......33 Controlelampje ......32 Make-upspiegel .
  • Pagina 290 Trefwoordenlijst Remmen ........195 Service-interval-indicatie ..... . 17 Controlelampje .
  • Pagina 291 Trefwoordenlijst Toelichtingen ........6 Ventilatie Voorgloei-installatie ......126 Interieurvoorventilatie .
  • Pagina 292 Trefwoordenlijst Xenonlicht ........257 Zekeringen ........252 Zekeringen vervangen .
  • Pagina 293 Skoda Auto werkt continue aan de doorontwikkeling van alle typen modellen. Heeft u Nadruk, kopiëren, vertaling of een ander gebruik, ook uitzonderingen, is zonder schrif- er alstublieft begrip voor, dat daarom ten alle tijde veranderingen van de levering in telijk toestemming van Skoda Auto niet toegestaan.
  • Pagina 294 SIMPLY CLE VER ŠkodaService ŠkodaOriginele Onderdelen ŠkodaOriginele Accessoires...
  • Pagina 295 Meer informatie hierover vindt u in het hoofdstuk „Milieu“. Let bovendien op de in deze handleiding met een gemarkeerde teksten. Doe mee - uit respect voor het milieu. www.skoda-auto.com Návod k obsluze Superb holandsky 05.10 S74.5610.03.32 3T0 012 003 CR...

Inhoudsopgave