340 Pechhulp
De gegevens over het toegestaan totaalge‐
#
wicht van de betreffende auto vindt u op het
voertuigtypeplaatje (
pagina 367).
/
Auto's met automatische transmissie: Het
#
bestuurders- of passagiersportier niet ope‐
nen, omdat anders de automatische trans‐
missie automatisch in de stand j wordt
gezet.
Het sleepoog aanbrengen (
/
#
De sleepkabel of -stang bevestigen.
#
* AANWIJZING Beschadiging door ver‐
keerde bevestiging van de sleepkabel of -
stang
De sleepkabel of sleepstang alleen aan
#
de sleepogen bevestigen.
De automatische vergrendeling uitschakelen
#
(
pagina 80).
/
De HOLD-functie niet activeren.
#
De wegsleepbeveiliging uitschakelen
#
(
pagina 97).
/
Het Active Brake Assist System uitschakelen
#
(
pagina 202).
/
Auto's met automatische transmissie: De
#
automatische transmissie in de stand i zet‐
ten.
De elektrische parkeerrem vrijzetten.
#
& WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐
pagina 342).
len door beperkte veiligheidsrelevante
functies bij het slepen
Veiligheidsrelevante functies zijn in de vol‐
gende situaties beperkt of niet meer beschik‐
baar:
Het contact is uitgeschakeld.
R
Het remsysteem of de stuurbekrachtiging
R
vertoont een storing.
De energievoorziening of het boordnet
R
vertoont een storing.
Als uw auto dan wordt gesleept, kan voor het
sturen en remmen aanzienlijk meer kracht
nodig zijn.
Een sleepstang gebruiken.
#
Voor het slepen controleren of de stuur‐
#
inrichting vrij kan bewegen.
* AANWIJZING Beschadiging door te hoge
trekkrachten
Plotseling wegrijden kan door hoge trek‐
krachten de auto's beschadigen.
Langzaam en niet plotseling wegrijden.
#
Auto voor transport opladen
De aanwijzingen met betrekking tot het sle‐
#
pen in acht nemen (
pagina 339).
/
Om de auto op te laden de sleepkabel of -
#
stang aan het sleepoog bevestigen.
%
De sleepkabel of -stang kan ook aan de aan‐
hangwagenvoorziening worden bevestigd.
Auto's met automatische transmissie: De
#
automatische transmissie in de stand i zet‐
ten.