& WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐
len en letsel door ondeskundige wijzigin‐
gen aan elektronische onderdelen
Wijzigingen aan elektronische onderdelen, de
software en bedrading hiervan kunnen de
werking en/of de werking van andere gekop‐
pelde onderdelen of veiligheidsrelevante sys‐
temen nadelig beïnvloeden.
Daardoor kan de bedrijfsveiligheid van het
voertuig in het geding komen.
Niet ingrijpen in de bedrading, de elek‐
#
tronische onderdelen en de software.
Werkzaamheden aan elektrische en
#
elektronische apparaten altijd laten uit‐
voeren bij een gekwalificeerde werk‐
plaats.
Bij wijzigingen aan de voertuigelektronica vervalt
de typegoedkeuring.
Het onderwerp "Voertuigelektronica" in de
"Technische gegevens" in acht nemen.
& WAARSCHUWING Brandgevaar door
brandbaar materiaal aan hete onderdelen
van het uitlaatsysteem
Als brandbare materialen, bijvoorbeeld blade‐
ren, gras of takken, met hete onderdelen van
het uitlaatsysteem in contact komen, kunnen
deze materialen ontsteken.
Tijdens het rijden op onverharde wegen
#
of in het terrein regelmatig de onder‐
zijde van de auto controleren.
In het bijzonder ingeklemde delen van
#
planten of ander brandbaar materiaal
verwijderen.
Bij beschadigingen meteen contact
#
opnemen met een gekwalificeerde
werkplaats.
Algemene aanwijzingen
* AANWIJZING Beschadiging van de auto
door te snel rijden en door stoten tegen
de bodemplaat of onderdelen van het
onderstel
Met name in de volgende gevallen kan de
auto worden beschadigd:
De auto raakt de grond, bijvoorbeeld op
R
een hoge stoeprand of onverharde
wegen.
De auto rijdt te snel over een obstakel,
R
bijvoorbeeld een stoeprand, een ver‐
keersdrempel of een kuil in de weg.
Een zwaar voorwerp slaat tegen de
R
bodemplaat of onderdelen van het onder‐
stel.
De carrosserie, de bodemplaat, onderdelen
van het onderstel, wielen of banden kunnen
in dergelijke of vergelijkbare situaties ook
niet-zichtbaar worden beschadigd. Op deze
manier beschadigde onderdelen kunnen
onverwacht uitvallen of de bij een ongeval
21