184 Rijden en parkeren
®
AdBlue
bijvullen
®
De dop van de AdBlue
-jerrycan
#
draaien.
De eenwegslang
1
met de hand op de ope‐
#
®
ning van de AdBlue
bijvulcontainer
draaien.
De eenwegslang
1
met de hand op de vul‐
#
pijp van de auto vastdraaien.
De AdBlue
®
-bijvulcontainer
#
gen en kantelen.
®
Als de AdBlue
-tank volledig gevuld is, stopt
het vullen.
De AdBlue
lijk geleegd worden verwijderd.
De eenwegslang
#
tainer
en afsluiten.
De AdBlue
#
rechtsom draaien.
De tankdopklep sluiten.
#
De ontsteking gedurende ten minste
#
60 seconden inschakelen.
%
2
los‐
Als de auto door een lege AdBlue
meer kon worden gestart, duurt het maxi‐
maal 60 seconden voordat het bijvullen
wordt herkend.
2
vast‐
De auto starten.
#
%
Een AdBlue
de auto meenemen.
2
omhoogbren‐
®
bijvulcontainer
2
kan gedeelte‐
®
1
en de AdBlue
bijvulcon‐
2
in omgekeerde volgorde losdraaien
®
-tankdop aanbrengen en
®
-tank niet
®
navulverpakking niet continu in
Parkeren
Auto afzetten
& WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐
len en letsel door wegrollen van een
onvoldoende beveiligde auto
Als de auto zonder voldoende beveiliging
wordt geparkeerd, kan deze ook bij een lichte
helling ongecontroleerd wegrollen.
Op hellingen de voorwielen zo draaien
#
dat de auto in de richting van de stoep‐
rand rolt als deze in beweging komt.
De parkeerrem bedienen.
#
De transmissie in de stand j zetten.
#
& WAARSCHUWING Brandgevaar bij hete
onderdelen van het uitlaatsysteem
Brandbaar materiaal, bijvoorbeeld bladeren,
gras of takken, kunnen ontsteken.
De auto zo parkeren dat geen brand‐
#
baar materiaal met hete onderdelen van
de auto in contact kan komen.