Inhoudsopgave
Advertenties
156 Klimaatregeling
Problemen met de afstandsbediening van de
standverwarming/-ventilatie
Op het display van de afstandsbediening ver‐
schijnt FAIL ¨
¨
Mogelijke oorzaak:
De signaaloverdracht tussen de zender en
R
ontvanger vertoont een storing.
De stand ten opzichte van de auto verande‐
#
ren, zo nodig dichter bij de auto gaan staan.
Op het display van de afstandsbediening ver‐
schijnt FAIL
Mogelijke oorzaak:
De startaccu is niet voldoende opgeladen.
R
De startaccu laden.
#
Mogelijke oorzaak:
De brandstoftank is niet tot het reservepeil
R
gevuld.
Bij het eerstvolgende tankstation tanken.
#
Op het display van de afstandsbediening ver‐
schijnt FAIL ¯
¯
Mogelijke oorzaak:
De standverwarming vertoont een storing.
R
De standverwarming bij een gekwalificeerde
#
werkplaats laten controleren.
Luchtuitstroomopeningen
Luchtuitstroomopeningen vóór instellen
& WAARSCHUWING Gevaar voor brand‐
wonden of bevriezing door een te geringe
afstand tot de luchtuitstroomopeningen
Uit de luchtuitstroomopeningen kan zeer
hete of zeer koude lucht stromen.
Altijd ervoor zorgen, dat alle inzittenden
#
voldoende afstand houden tot de lucht‐
uitstroomopeningen.
Naar behoefte de luchtstroom naar een
#
ander gebied van het interieur leiden.
Om de toevoer van buitenlucht via de luchtuit‐
stroomopeningen naar het interieur te waarbor‐
gen, de volgende aanwijzingen in acht nemen:
De luchtroosters in het interieur altijd vrij‐
R
houden.
De luchtinlaat vrijhouden van afzettingen
R
(
pagina 316).
/
Openen of sluiten: De draaiknop
#
aanslag rechts- of linksom draaien.
Luchtrichting instellen: De luchtuitstroom‐
#
openingen
1
in het midden vastpakken en
naar boven, beneden, links of rechts zwen‐
ken.
2
tot de
Advertenties
Inhoudsopgave
