VEILIGHEID
STABILITEIT
•
Wanneer u de machine ontmantelt of monteert met het oog op het onderhoud, een herstelling of een trans-
port, zorgt u er altijd voor dat er in elk stadium van het proces voor gezorgd wordt dat de machine stabiel
blijft. Doet u dat niet, dan kan dat ernstige letsels of zelfs de dood tot gevolg hebben.
BESCHERMPLATEN
•
Beschermplaten worden in de motorzone geplaatst om personeel te beschermen tegen bewegende onder-
delen. Deze beschermplaten mogen alleen door een onderhoudstechnicus van Komatsu worden verwij-
derd, tenzij in deze handleiding specifieke instructies worden gegeven.
EINDE VAN LEVENSDUUR
•
Om de machine op het einde van de levensduur veilig uit elkaar te halen, dient u contact op te nemen met
uw plaatselijke Komatsu-dealer.
MOTOR STILLEGGEN VOORALEER INSPECTIE EN ONDERHOUD UIT TE VOE-
REN
Wanneer u gegrepen wordt door of gekneld komt te zitten tussen de werkuitrusting tijdens de werken, of bloot-
gesteld wordt aan hete vloeistoffen of vloeistoffen onder hoge druk, zorgt dat voor gevaar en kan dat ernstige of
dodelijke letsels veroorzaken. Neem de volgende voorzorgen altijd in acht.
•
Zet de werkuitrusting op de grond en stop de motor voor-
dat u de inspectie en het onderhoud uitvoert.
•
Zet de startschakelaar in de ON-stand, zet de vergrende-
lingshendel van de werkuitrusting (2) in de VRIJE stand
(F), duw de bedieningshendel van het blad en die van de
ripper 2 tot 3 keer volledig in de stand OMHOOG en OM-
LAAG om de resterende druk in het hydraulische circuit te
laten ontsnappen, en zet vervolgens de parkeerremhendel
(1) en de vergrendelingshendel van de werkuitrusting (2)
in de LOCK-stand (L).
•
Controleer of het accurelais uit staat en de hoofdstroom
niet wordt geleid. (Nadat u de startschakelaar in de OFF-
stand hebt gezet, wacht u ongeveer 1 minuut en drukt u op
de claxonschakelaar. Als de claxon niet weerklinkt, wordt de stroom niet geleid.)
•
Blokkeer de rupsbanden zodat ze niet meer kunnen bewe-
gen.
VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET ONDERHOUD
2-29