BEDIENING
PEDAALMODUSKIEZER
Deze pedaalmoduskiezer wordt gebruikt om de pedaalmodus
te schakelen tussen deceleratormodus en remmodus.
Als het decelerator-/rempedaal ingedrukt wordt, wordt de rij-
snelheid en het motortoerental verlaagd.
Als het decelerator-/rempedaal ingedrukt wordt in remmodus,
wordt de rijsnelheid verlaagd, maar wordt het motortoerental
niet verlaagd.
In normale omstandigheden kiest u voor de deceleratormodus.
Als u de machine wilt gebruiken tegen een verlaagde rijsnel-
heid zonder dat de werkuitrusting aan snelheid moet inboeten,
kiest u voor de remmodus.
Wanneer de startschakelaar in de ON-stand gedraaid wordt, dan wordt de deceleratormodus geselecteerd.
De gekozen modus wordt bovenaan in het scherm weergegeven.
KEUZESCHAKELAAR SCHAKELMODUS
De keuzeschakelaar van de schakelmodus wordt gebruikt om
te schakelen tussen de schakelmodi snelle schakelmodus en
variabele schakelmodus.
Wanneer de startschakelaar in de ON-stand wordt gedraaid,
dan wordt de modus die voor de eerdere werken werd gebruikt,
geselecteerd.
De gekozen modus wordt bovenaan in het scherm weergege-
ven.
Voor de keuze van schakelmodus, zie "METHODE VOOR
VERANDEREN SCHAKELMODUS (3-171)".
BEDIENINGSSCHAKELAAR ACHTERUITRIJSNELHEID
De bedieningsschakelaar van de achteruitrijsnelheid wordt ge-
bruikt om de achteruitrijsnelheid in te stellen.
FUNCTIESCHAKELAARS
De bediening van de functieschakelaars in het standaardvenster
AANPASSCHAKELAAR
Om de veiligheid te verzekeren, brengt u de machine altijd tot stilstand voordat u de aanpasschakelaar
gebruikt.
k
k
OPGELET
VERKLARING ONDERDELEN
3-41