180
RIJDEN EN BEDIENEN
Waarschuwing
(Vervolg)
Schakel altijd naar P (Parkeren) en
zet het contact UIT voordat u de
auto verlaat.
Automatisch stop/start motor
Wanneer de remmen bij stilstand van
de auto worden bekrachtigd, slaat de
motor mogelijk af. Bij motorafslag
verschijnt AUTO STOP op de toeren-
teller. Zie Toerenteller 0 113. Als het
rempedaal wordt losgelaten of gaspe-
daal wordt ingetrapt, zal de motor
weer starten.
Om de auto goed te laten presteren,
kan de motor door andere omstandig-
heden automatisch herstarten voordat
u het rempedaal loslaat.
Eventueel geen Auto Stops maar wél
Auto Starts - dit zijn de oorzaken:
Klimaatinstellingen vereisen dat
de motor loopt om het interieur te
kunnen koelen of verwarmen.
De accu van de auto is bijna leeg.
De accu van de auto is pas
afgekoppeld geweest.
Sinds de laatste Auto Stop hebt u
de minimale rijsnelheid niet
bereikt.
Het gaspedaal wordt ingetrapt.
De motor of transmissie is niet op
de vereiste bedrijfstemperatuur.
De buitentemperatuur is niet
binnen het vereiste bedrijfsbereik.
De auto staat in een andere
versnelling dan D (Drive).
U hebt een rijmodus gekozen.
De auto staat op een steile heuvel
of helling.
Het bestuurdersportier staat open
of de bestuurder heeft zijn gordel
losgemaakt.
De motorkap staat open.
De Auto Stop heeft de maximale
tijdsduur bereikt.
Auto Stop-deactiveerschakelaar
U kunt de automatische Stop/Start--
functie in- of uitschakelen door de
h
schakelaar met het
symbool in te
drukken. Auto Stop wordt geactiveerd
steeds als u de auto start.
h
Als
brandt, is het systeem
ingeschakeld.
Motorverwarming
De motorverwarmer, indien aanwezig,
helpt bij koud weer bij temperaturen
van 18 °C (0 °F) of lager om gemak-
kelijker te starten en zorgt voor een
lager brandstofverbruik tijdens het