Het verwarmingsvermogen kan ook in het infotainment worden ingesteld.
Alleen stoelventilatie bedienen
›
De toets resp. op het aircobedieningselement indrukken. Was de stoel-
ventilatie vóór het uitschakelen van het contact ingeschakeld, dan wordt de
stoelventilatie met de maximale ventilatiestand ingeschakeld
Door herhaald op de toets resp. op het aircobedieningspaneel te drukken,
wordt de ventilatiestand teruggeregeld tot de ventilatie uitschakelt.
De ventilatiestand kan ook in het infotainment worden ingesteld.
Stoelverwarming en -ventilatie tegelijk bedienen
›
De toets resp. op het aircobedieningselement indrukken. Was de stoel-
verwarming en -ventilatie vóór uitschakeling van het contact ingeschakeld,
dan als volgt te werk gaan:
›
In het infotainment het verwarmingsvermogen/de ventilatiestand met de
functietoetsen
en
instellen
A
B
gaan de controlelampjes branden
De gelijktijdige instelling van het verwarmingsvermogen/de ventilatiestand is
met de toetsen resp. op het aircobedieningselement niet mogelijk.
Let op
In het infotainment kan de stoelverwarming resp. -ventilatie met de betreffen-
de functietoets worden uitgeschakeld
» afb. 78
» afb.
79. Op het aircobedieningselement
» afb. 78
- .
» afb.
79.
Praktische uitrustingen
Interieuruitrusting
Inleiding voor het onderwerp
- .
In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende onderwerpen:
ATTENTIE
Niets op het dashboard leggen. Daarop neergelegde voorwerpen zouden
■
tijdens het rijden kunnen verschuiven of vallen en uw aandacht van de ver-
keerssituatie afleiden - gevaar voor ongevallen!
Zorg ervoor, dat er tijdens het rijden geen voorwerpen in de bestuurders-
■
voetenruimte terecht kunnen komen - gevaar voor ongevallen!
Geen voorwerpen op de bijrijdersstoel vervoeren, behalve als ze daarvoor
■
bedoeld zijn (bijvoorbeeld een kinderzitje) - gevaar voor ongevallen!
86
86
86
87
87
87
88
89
89
90
90
90
91
91
91
91
92
92
92
85