ATTENTIE
Voor aanvang van alle werkzaamheden in de motorruimte beslist de
■
waarschuwingsaanwijzingen lezen en deze opvolgen
Als de weg niet voldoende verlicht is of als de wagen niet of slechts moei-
■
lijk door andere verkeersdeelnemers kan worden gezien, kunnen ongeval-
len worden veroorzaakt.
H7- en H8-gloeilampjes staan onder druk en kunnen bij vervanging van
■
het gloeilampje springen - gevaar voor verwondingen! Daarom adviseren
wij, bij het vervangen van gloeilampjes handschoenen en een veiligheids-
bril te dragen.
Geen werkzaamheden uitvoeren aan de xenon-gasontladingslampen -
■
gevaar voor dodelijk letsel!
VOORZICHTIG
Het glas van de gloeilamp niet met blote vingers aanraken - ook de aller-
■
kleinste vervuiling verkort de levensduur van de gloeilamp. Een schone doek,
servet of iets dergelijks gebruiken.
De afdekking van de gloeilamp in de koplamp moet altijd goed worden ge-
■
plaatst, anders kan er water en vuil in de koplamp komen, gevaar voor schade
aan de koplamp.
Let op
In dit instructieboekje is alleen het vervangen van gloeilampjes beschreven,
■
voor de gloeilampjes die u zelf zonder problemen kunt vervangen. Het vervan-
gen van de andere gloeilampjes moet aan een specialist worden overgelaten.
Wij adviseren altijd een doosje met reservegloeilampjes in de wagen mee te
■
nemen.
Plaatsing van gloeilampjes in de koplampen
220
Tips om het zelf te doen
» pag.
188.
Afb. 261
Linkerkoplamp
Lees en bekijk eerst
en
De wagen is voorzien van koplampen met halogeengloeilampjes of met een
xenongasontladingslamp en leds.
Overzicht van de gloeilampjes
» afb. 261
Knipperlicht
A
Dimlicht met halogeengloeilampje / xenongasontladingslamp
B
Grootlicht
C
Gloeilampje van dim- en grootlicht vervangen (halogeenkoplamp)
Afb. 262 Gloeilampje van dimlicht en grootlicht vervangen
Lees en bekijk eerst
en
›
De beschermkap
resp.
» afb. 261
B
C
›
De steker met het gloeilampje in pijlrichting
›
De steker met het gloeilampje in pijlrichting
›
Het gloeilampje in pijlrichting
3
›
Een nieuw gloeilampje zo in de steker plaatsen dat de nok
de uitsparing van het gloeilampje vastklikt.
›
De steker met het nieuwe gloeilampje tegen de pijlrichting
plaatsen.
›
De steker met het nieuwe gloeilampje tegen de pijlrichting
draaien.
›
De beschermkap
resp.
» afb. 261
B
C
op bladzijde 220.
op bladzijde 220.
op pag. 220 verwijderen.
draaien
» afb.
262.
1
eruit trekken.
2
uit de steker verwijderen.
op de steker in
A
in de koplamp
2
tot de aanslag
1
op pag. 220 plaatsen.