Automatische afstandsregeling (ACC)
De acceleratie van de wagen vindt bij de afstandsregeling sneller plaats dan in
de modus Normal
» pag.
152.
Xenonkoplampen
De koplampen passen zich dynamischer aan de rijrichting aan dan in de modus
Normal
» pag.
67.
Proactieve inzittendenbescherming
Het eerste beschermingsniveau wordt gedeactiveerd
Modus Eco
Lees en bekijk eerst
op bladzijde 160.
De modus is geschikt voor een rustige rijstijl en helpt bij het verminderen van
het brandstofverbruik.
De keuze van deze modus heeft met name betrekking op de werking van de
volgende systemen.
Aandrijving
De acceleratie van de wagen verloopt rustiger dan in de modus Normal.
Het schakeladvies wordt zodanig geregeld, dat een zo laag mogelijk brand-
stofverbruik wordt gerealiseerd
» pag.
Indien het start-stopsysteem handmatig is gedeactiveerd
ze automatisch geactiveerd.
De automatische versnellingsbak wordt automatisch in de modus E gezet
» pag.
126.
Automatische afstandsregeling (ACC)
De acceleratie van de wagen vindt bij de afstandsregeling rustiger plaats dan
in de modus Normal
» pag.
152.
Xenonkoplampen
Het systeem bevindt zich in de spaarmodus
de basisafstelling en passen zich niet aan aan de rijrichting.
Airconditioning (Climatronic)
De airconditioning wordt zodanig geregeld om energie te sparen. Om deze re-
den kan bijvoorbeeld de gewenste interieurtemperatuur later dan in de modus
Normal worden bereikt.
» pag.
162.
42.
» pag.
121, wordt de-
» pag.
67. De koplampen staan in
Let op
Indien er een aanhangwagen of een andere accessoire op het stopcontact
■
voor de aanhangwagen is aangesloten, is de rijmodus Eco niet beschikbaar.
De maximale acceleratie (kick-down-functie) is ook in de rijmodus Eco moge-
■
lijk.
Modus Individual
Lees en bekijk eerst
op bladzijde 160.
In de modus Individual kan elk systeem afzonderlijk worden ingesteld
162, Instellingen van de modus Individual.
Moduskeuze en infotainmentweergave
Afb. 200 Toets voor de keuze van de rijmodus / weergave op infotain-
mentbeeldscherm
Lees en bekijk eerst
op bladzijde 160.
Procedure bij de keuze van de rijmodus
›
Toets
» afb. 200
indrukken.
Op het infotainmentbeeldscherm verschijnt een rijmodusmenu
De moduswisseling gebeurt door het herhaaldelijk indrukken van de toets
of door het indrukken van de betreffende functietoets op het infotainments-
cherm.
Indien een andere rijmodus dan Normal is geselecteerd, brandt in de toets het
symbool .
» pag.
» afb.
200.
161
Hulpsystemen