Remleidingen en -slangen
Controleer visueel op juiste bevestiging,
schaaf plekken, scheurtjes, veroude-
ring en lekkage. Vervang verouderde of
beschadigde onderdelen direct.
R M- en koppelingsvloeistof
indien van toepassing)
Controleer het niveau rem- en koppe-
lingsvloeistof in het remvloeistofreser-
voir. Het vloeistofniveau dient zich tus-
sen de merktekens MIN (Minimum) en
MAX (Maximum) aan de zijkant van het
reservoir te bevinden. Gebruik uitsluitend
de voorgeschreven hydraulische rem- en
koppelingsvloeistof (DOT 4 of 4).
arkeerrem
Controleer het parkeerremsysteem inclu-
sief het parkeerremhendel en de kabels.
Achter trommelremmen en
voeringen
indien van toepassing)
Controleer de achter trommelremmen
en voeringen van de achterremmen op
krassen, verbranding, lekkende vloeistof,
gebroken onderdelen en overmatige slij-
tage.
Schijfremmen, remblokken,
remklauwen en remschijven
Controleer de remblokken op overmatige
slijtage, de schijfremmen op slingering
en slijtage en de remklauwen op vloei-
stoflekkage.
Zie de website van Hyundai voor meer
informatie over het controleren van de
remblokken en remvoeringen.
http://service.hyundai-motor.com)
Bevestigingsbouten
wielophanging
Controleer of de bouten van de wielop-
hanging goed vastzitten en niet bescha-
digd zijn. Draai ze met het voorgeschre-
ven aanhaalmoment vast.
Stuurhuis, stuurstangen en
stofhoezen/onderste fuseekogel
Breng de auto tot stilstand, zet de motor
uit en controleer op overmatige speling
in het stuurwiel.
Controleer de stuurstangen op knikken
of beschadigingen. Controleer de stof-
hoezen en fuseekogel op veroudering,
scheurtjes of beschadigingen. Vervang
beschadigde onderdelen.
Aandrijfassen en
aandrijfashoezen
Controleer de aandrijfassen, -hoezen en
klemmen op scheurtjes, veroudering of
beschadigingen. Vervang beschadigde
onderdelen en breng indien nodig nieuw
vet aan.
Koelmiddel airconditioning/
aircocompressor
Controleer de leidingen en aansluitingen
van de airconditioning op lekkage en
beschadigingen.
09
9-11