Handige functies van uw auto
AANWIJZING
Onderhoud aan de airconditioning
dient alleen te worden uitgevoerd
door geautoriseerd personeel om
een
uiste en veilige werking te
garanderen.
Onderhoud aan het koudemiddelsys-
teem dient te worden uitgevoerd in
een goed geventileerde omgeving.
De verdamper van de airconditioning
(koelspiraal) mag nooit worden gere-
pareerd of worden vervangen door
een gebruikt exemplaar en nieuwe
vervangende MAC-verdampers moe-
ten conform SAE-norm J2 42 zi n
gekeurd en gemerkt.
Informatie
i
oud de temperatuurmeter nauwlettend
in de gaten wanneer de airconditioning
wordt ge rui t als u lange hellingen
oprijdt of als u in dru
ij hoge uitentemperaturen.
ge rui van het airconditioningssysteem
an de motor oververhit ra en.
de aanjager ge rui en en scha el het
airconditioningssysteem uit wanneer
de temperatuurmeter aangeeft dat de
motor oververhit raa t.
ij het openen van de ruiten
vochtig weer
an de airconditioning
druppelvorming
veroorza en.
mdat te veel vocht in
het interieur schade aan ele trische
componenten an veroorza en, mag de
airconditioning alleen worden ge rui t
als de ruiten gesloten zijn.
5-62
ver eer rijdt
oor het
lijf
ij
in
het
interieur
anwijzingen voor ge rui aircondi-
tioning
Open de ruiten een tijdje wanneer de
auto tijdens warm weer in de volle
zon geparkeerd is geweest, zodat de
warme lucht naar buiten kan.
Nadat het interieur voldoende is
gekoeld, schakelt u vanuit de stand
RECIRCULATIE terug naar de stand
BUITENLUCHT.
Om het beslaan van de ruiten tijdens
regenachtige of vochtige
verminderen, kunt u de vochtigheids-
graad in het interieur
door de airconditioning in te schake-
len terwijl de ruiten en het schuifdak
gesloten zijn.
Tijdens de werking van de airconditi-
oning ziet u het motortoerental zo nu
en dan iets veranderen wanneer de
aircocompressor inschakelt. Dit is een
normaal verschijnsel tijdens de werking
van het systeem.
Schakel de airconditioning iedere
maand enkele minuten in om het sys-
teem in een optimale staat te houden.
Na gebruik van de airconditioning kan
onder de rechterzijde van de auto een
plas heldere vloeistof gelekt zijn. Dit
is een normaal verschijnsel tijdens de
werking van het systeem.
Als u de airconditioning overmatig laat
werken, kan het verschil in tempe-
ratuur tussen de buitenlucht en de
voorruit damp veroorzaken op het bui-
tenoppervlak van de voorruit, wat kan
leiden tot verminderde zichtbaarheid.
Zet in dat geval de luchtcirculatietoets
in de stand en
de laagste stand.
dagen te
terugbrengen
de aanjagerknop op