5. Als u de veiligheidsgordel losmaakt
of het bestuurdersportier (motorkap)
opent, wordt het ISG-systeem gede-
activeerd.
Automatische transmissie/Double
clutch-transmissie
- Conventionele stationaire STOP
Verlaag de snelheid tot 0 km/h.
Trap het rempedaal in.
- Verlengde stationaire STOP
Verlaag de snelheid van het voertuig
met minder dan 25 km/u.
Trap het rempedaal in.
- Tijdens het rijden met stilstaande
motor
U kunt zorgen dat de motor tijdens
rijden met stilstaande motor tot stilstand
uit blijft door onder de 40 km/h het
rempedaal ingedrukt te houden.
AANWIJZING
Voertuig met een automatische trans-
missie of Double clutch-transmissie
moet een snelheid van ten minste 30
km/u bereiken voor Extended Idle STOP
of 5 km/u voor Conventional Idle STOP
sinds de laatste keer dat de motor stil-
staat.
- Als u de veiligheidsgordel losmaakt of
het bestuurdersportier (motorkap) in
de automatische stopmodus bij stil-
stand opent, wordt het ISG-systeem
gedeactiveerd.
Automatisch starten
Om de motor te herstarten vanuit de
stationaire stopmodus (met uitzondering
van 48V MHEV)
Auto met handgeschakelde versnellings-
bak/Intelligente handgeschakelde trans-
missie
Voertuig dat is uitgerust met een
handgeschakelde versnellingsbak of een
intelligente handgeschakelde transmissie
is verkrijgbaar in twee versies.
- Conventionele herstart
Druk het koppelingspedaal in wanneer
de versnellingshendel in de stand N
(Neutraal) staat.
- Laat herstarten (indien van toepassing)
1. Trap het koppelingspedaal.
2. Schakel de versnelling in
3. Laat het rempedaal los.
AANWIJZING
1. Late herstartfunctie wordt alleen
gebruikt als het voertuig op een
vlakke ondergrond staat en stabiel is.
2. Om de motor te starten als het rem-
pedaal niet is ingedrukt of als de
versnelling al is ingeschakeld, drukt
u eerst het rempedaal in en drukt
u voor de veiligheid het koppeling-
spedaal in.
3. Om de motor zonder beweging van
het voertuig in te schakelen met
ingetrapt rempedaal (alleen bij late
herstart),
Druk het koppelingspedaal in en
laat het los
Druk het koppelingspedaal onmid-
dellijk weer in
4. Na het afslaan van de motor, zal deze
starten als u de volgende procedure
volgt.
Laat het koppelingspedaal los,
nadat de motor volledig is gestopt
Trap het koppelingspedaal.
06
6-47