Afbeelding 2-17. Bevestigingsknop.
2.8.3
Introducerschuiven
De introducerschuiven voeren de introducer op in het myoomweefsel voordat de naaldelektroden worden
ontplooid; zie Afbeelding 2-18 en Afbeelding 2-19. Beide introducerschuiven moeten tegelijkertijd worden
ingedrukt en geduwd om de introducer op te voeren.
Afbeelding 2-18. Ontplooiing introducer.
2.8.4
Naaldelektrodenschuiven
De naaldelektrodenschuiven regelen de ontplooiing van de naaldelektroden, radiaal vanuit de introducertip in
een conusvormige array die uit zeven (7) nitinol elektroden bestaat; zie Afbeelding 2-20 en Afbeelding 2-21.
Beide naaldelektrodenschuiven moeten tegelijkertijd naar voren worden bewogen om de naaldelektroden te
ontplooien.
Afbeelding 2-20. Ontplooiing naaldelektrode.
REF-009 LS 03818-009NL rev. A, januari 2021
Hoofdstuk 2: Overzicht van het Sonata-systeem
Afbeelding 2-19. Introducerschuif.
Afbeelding 2-21. Naaldelektrodenschuiven.
30