7.2.2
Systeemberichten (Alarmen) per code
BE RICH T
Stop RF-ablatie.
Controleer de verbindingen. (068)
Stop RF-ablatie. Systeemstoring
waargenomen. (085)
STOP. Trek naaldelektroden
helemaal terug. (088)
STOP. Trek naaldelektroden terug
tot planningslijnen. (089)
STOP. Trek introducer helemaal
terug. (090)
STOP. Trek introducer terug tot
planningslijn. (091)
7.2.3
Systeemberichten (Waarschuwingen) per code
BE RICH T
Systeemfout waargenomen.
Controleer de verbindingen. (004)
RF-ablatie onderbroken.
{0:00} resterend. Druk op knop
'Bevestigen' om opnieuw te starten.
(007)
RF-ablatie onderbroken.
{0:00} resterend. Druk op knop
'Bevestigen' om opnieuw te starten.
(008)
RF-ablatie onderbroken.
{0:00} resterend. Druk op knop
'Bevestigen' om opnieuw te starten.
(009)
REF-009 LS 03818-009NL rev. A, januari 2021
H EL P E N TOE LICH TIN G
Communicatie tussen RF-generator en SMART Tablet is onderbroken.
Controleer de aansluitingen op beide kabels tussen de apparaten.
Het systeem heeft een softwarefout gedetecteerd. Stop de RF-ablatie en
start het SMART Tablet opnieuw.
De naaldelektroden zijn ontplooid voordat de juiste plaatsings- of
veiligheidscontroles van de introducer zijn voltooid. Trek de
naaldelektroden terug om verder te gaan.
De naaldelektroden zijn ontplooid voorbij de beoogde ablatiegrootte die
met de SMART Control is ingesteld. Trek de naaldelektroden terug tot de
planningslijnen of trek ze helemaal terug en verander de grootte met de
SMART Guide.
De introducer is uitgeschoven voordat het richten is voltooid. Trek de
introducer terug om verder te gaan.
De introducer is ontplooid voorbij de beoogde diepte die met de SMART
Control is ingesteld. Trek de introducer terug tot de planningslijn of trek
hem helemaal terug en richt opnieuw met de SMART Guide.
H EL P E N TOE LICH TIN G
Communicatie tussen RF-generator en SMART Tablet is onderbroken.
Controleer de aansluitingen van beide kabels tussen de apparaten en druk
vervolgens op 'Opnieuw testen'.
De elektrische aansluiting is tijdens de RF-ablatie onderbroken. Controleer of
de naaldelektroden in het myoomweefsel zijn ontplooid, de patiëntenplaten
goed aan de patiënt kleven en op de RF-generator zijn aangesloten, en alle
kabelverbindingen tussen de RF-generator en het SMART Tablet goed
vastzitten. Klik op 'Opnieuw starten' en druk het voetpedaal in om de RF-
ablatie opnieuw te starten of trek het behandelinstrument terug en
verwijder het als de behandeling voltooid is.
Het weefsel heeft meer tijd nodig dan normaal om op de beoogde
temperatuur te komen. Sommige naaldelektroden zijn mogelijk niet in
myoomweefsel gepositioneerd of het myoom heeft extra energie nodig om
op de beoogde temperatuur te komen. Klik op 'Opnieuw starten' om het
opnieuw te proberen. Overweeg om kleinere ablaties te maken of om het
instrument terug te trekken en opnieuw te positioneren.
De RF-ablatie is onderbroken vanwege temperatuurwaarden. Klik op
'Opnieuw starten' om het opnieuw te proberen of trek het instrument terug
en vervang het.
Hoofdstuk 7: Oplossen van problemen
115