Rotatie-as positioneren
De machinefabrikant legt vast, of cyclus 19 de rotatie-
as(sen) automatisch positioneert, of dat de rotatie-assen
in het programma voorgepositioneerd moeten worden.
Raadpleeg het machinehandboek.
Wanneer cyclus 19 de rotatie-assen automatisch positioneert, geldt:
de TNC kan uitsluitend gestuurde assen automatisch positioneren;
uitsluitend vooraf ingestelde gereedschappen toepassen (volledi-
ge gereedschapslengte in TOOL DEF-rgl resp. gereedschapstabel);
tijdens het zwenken blijft de positie van de gereedschapspunt ten
opzichte van het werkstuk nagenoeg ongewijzigd;
de TNC voert het zwenken met de laatst geprogrammeerde
aanzet uit. De maximaal te bereiken aanzet is afhankelijk van de
complexiteit van de zwenkkop (zwenktafel).
Wanneer cyclus 19 de rotatie-assen niet automatisch positioneert,
dan moeten de rotatie-assen b.v. met een L -regel voor de
cyclusdefinitie gepositioneerd worden:
NC-voorbeeldregels
L Z+100 R0 FMAX
L X+25 Y+10 R0 FMAX
L A+15 R0 F1000
Y L DEF 19.0 BEWERKINGSVLAK
Y L DEF 19.1 A+15
L Z+80 R0 FMAX
L X-7.5 Y-10 R0 FMAX
Positieweergave in het gezwenkte systeem
De weergegeven posities (NOMINAAL en ACTUEEL) en de
weergave van het nulpunt in de additionele statusweergave zijn na
activering van cyclus 19 aan het gezwenkte coördinatensysteem
gerelateerd. Het kan dus zijn dat de aangegeven positie direct na de
cyclusdefinitie niet meer overeenstemt met de coördinaten van de
positie, die als laatste voor cyclus 19 is geprogrammeerd.
Controle van het werkbereik
De TNC controleert bij het gezwenkte coördinatensysteem alleen
die assen op eindschakelaars, die verplaatst worden. Eventueel
geeft de TNC een foutmelding.
HEIDENHAIN TNC 426
Rotatie-as positioneren
Hoek voor correctieberekening definiëren
Correctie activeren spilas
Correctie activeren bewerkingsvlak
201