Download Print deze pagina

HEIDENHAIN TNC 426 Handleiding pagina 186

Verberg thumbnails Zie ook voor TNC 426:

Advertenties

Let vóór het programmeren op het volgende:
Evt. een door het midden snijdende vingerfrees (DIN
844) gebruiken of voorboren met cyclus 21.
DIEPTE-INSTELLING Q10 (incrementeel): maat, die
betrekking heeft op de verplaatsing v.h. gereedschap.
AANZET DIEPTEVERPLAATSING Q11: insteekaanzet in
mm/min.
AANZET UITRUIMEN Q12: freesaanzet in
mm/min.
VOORRUIM-GEREEDSCHAP NUMMER Q18: nummer
van het gereedschap waarmee de TNC reeds heeft
voorgeruimd. Indien niet is voorgeruimd „0" ingeven;
wanneer hier een nummer wordt ingegeven, ruimt de
TNC alleen dat deel uit, dat niet met het voorruim-
gereedschap bewerkt kon worden. Wanneer het niet
mogelijk is het naruimbereik zijdelings te benaderen,
steekt de TNC pendelend in; daartoe moet in de
gereedschapstabel TOOL.T (zie blz. 57) de lengte van
de snijkant LCUTS en de maximale insteekhoek
ANGLE van het gereedschap gedefinieerd worden. De
TNC komt eventueel met een foutmelding.
AANZET PENDELEN Q19: pendelaanzet in
mm/min.
NABEWERKEN DIEPTE (cyclus 23)
De TNC bepaalt automatisch het startpunt voor de
nabewerking. Het startpunt is afhankelijk van de ruimte in
de kamer.
De TNC verplaatst het gereedschap voorzichtig (verticale tangentiale
cirkel) naar het te bewerken oppervlak. Daarna wordt de nabewer-
kingsovermaat, die bij het uitruimen is blijven bestaan, afgefreesd.
AANZET DIEPTEVERPLAATSING Q11:
verplaatsingssnelheid van het gereedschap bij het
insteken.
AANZET UITRUIMEN Q12: freesaanzet.
HEIDENHAIN TNC 426
Z
Q12
Q11
X
173

Advertenties

loading