Download Print deze pagina

HEIDENHAIN TNC 426 Handleiding pagina 161

Verberg thumbnails Zie ook voor TNC 426:

Advertenties

TAP NABEWERKEN (cyclus 213)
1 De TNC verplaatst het gereedschap in de spilas naar
VEILIGHEIDSAFST. - of indien aangegeven - naar 2
VEILIGHEIDSAFST. en aansluitend naar het midden van de tap.
2 Vanuit het midden van de tap, verplaatst het gereedschap in het
bewerkingsvlak naar het startpunt van de bewerking. De TNC
houdt rekening met de overmaat en de radius van het
gereedschap bij de berekening van het startpunt.
3 Indien het gereedschap op de 2
verplaatst de TNC het gereedschap in ijlgang FMAX naar de
VEILIGHEIDSAFSTAND en van daaruit met de AANZET
DIEPTEVERPLAATSING naar de eerste DIEPTE-INSTELLING.
4 Aansluitend verplaatst het gereedschap tangentiaal naar dat deel
van de contour, dat klaar is en freest meelopend éénmaal rond.
5 Vervolgens verplaatst het gereedschap tangentiaal van de contour
af, terug naar het startpunt in het bewerkingsvlak.
6 Dit proces (2 t/m 5) herhaalt zich, totdat de geprogrammeerde
DIEPTE is bereikt.
7 Aan het einde van de cyclus verplaatst de TNC het gereedschap
met FMAX naar de VEILIGHEIDSAFSTAND of – indien ingegeven
– naar de 2
e
VEILIGHEIDSAFSTAND en aansluitend naar het
midden van de tap (eindpositie = startpositie).
Let vóór het programmeren op het volgende:
Het voorteken van de parameter DIEPTE legt de
werkrichting vast.
Wanneer de tap uit massief materiaal gefreesd moet
worden, dan is de toepassing van een door het midden
snijdende vingerfrees noodzakelijk (DIN 844) en moet er
voor de AANZET DIEPTEVERPLAATSING een kleine
waarde ingegeven worden.
VEILIGHEIDSAFSTAND Q200 (incrementeel): afstand
tussen gereedschapspunt en werkstukoppervlak.
DIEPTE Q201 (incrementeel): afstand tussen
werkstukoppervlak en bodem van de tap.
AANZET DIEPTEVERPLAATSING Q206: verplaatsings-
snelheid van het gereedschap bij het verplaatsen naar
DIEPTE in mm/min. Bij het insteken in het materiaal,
een kleine waarde ingeven; wanneer er niet in het
materiaal gegaan wordt, hogere waarde ingeven.
DIEPTE-INSTELLING Q202 (incrementeel): maat, die
betrekking heeft op de verplaatsing van het
gereedschap. Waarde groter dan 0 ingeven.
AANZET FREZEN Q207: verplaatsingssnelheid van het
gereedschap bij het frezen in mm/min.
COÖRD. WERKSTUKOPPERVLAK Q203 (absoluut):
coördinaat werkstukoppervlak.
148
e
VEILIGHEIDSAFSTAND staat,
e
Y
Q206
Z
Q200
Q203
Q202
X
Q204
Q201
X
8 Programmeren: cycli

Advertenties

loading