Binnenzijde
Zelfs bij een lichte druk op de rugleuning kan
de hoofdsteun bewegen. Als de vergrendelde
hoofdsteun geforceerd omhoog wordt getrok-
ken, wordt het verstelmechanisme van de
hoofdsteun wellicht zichtbaar. Dit duidt niet op
een probleem.
VEILIGHEIDSSYSTEMEN
Achterbank—
—Voorzorgsmaatregelen
Aanrijding
D
van
Voer geen afstellingen uit tijdens het rij-
achteren
den.
D
Let er bij het verstellen op dat niet tegen
een passagier of tegen bagage wordt ge-
stoten.
D
Zet beide zittingen en alle rugleuningen in
dezelfde stand wanneer iemand op de
middelste zitplaats achter plaatsneemt.
Anders kan de persoon geen veiligheids-
gordel dragen wat kan leiden tot ernstig
letsel bij een aanrijding.
D
Controleer na het verstellen van de stoel
of deze goed is vergrendeld door te pro-
beren de stoel te verschuiven.
D
Let, om letsel bij een aanrijding of plotse-
ling remmen te voorkomen, op het volgen-
de bij het terugzetten van de stoelen in de
oorspronkelijke stand:
Of de leuning goed vergrendeld is door te
proberen de leuning vooruit en achteruit
te duwen. Als dit niet wordt gecontroleerd,
kan het gebeuren dat de gordel zijn func-
tie niet goed kan uitoefenen.
Controleer of de gordels niet gedraaid zijn
of vastzitten onder de zitting en of ze zich
in de juiste positie bevinden.
Door het opklappen van de achterbank wordt
de bagageruimte groter. Zie "Voorzorgsmaat-
regelen bij het beladen" op bladzijde 380 in
hoofdstuk 2 met betrekking tot het laden.
WAARSCHUWING
69