FUNCTIE STOP & START
– de versnellingsbak staat in stand
neutraal en het koppelingspedaal
wordt lichtjes ingedrukt;
of
– de versnelling is ingeschakeld en het
koppelingspedaal is volledig ingedrukt.
Bijzonderheid: afhankelijk van de
auto kan het controlelampje
gedurende enkele seconden
verschijnen als u het contact uitzet met
de motor op stand-by.
Voor auto's met een
handgeschakelde
versnellingsbak:
Het herstarten kan worden
onderbroken als het
koppelingspedaal te snel wordt
losgelaten terwijl een versnelling
wordt ingeschakeld.
Omstandigheden waarbij de
motor niet op stand-by wordt
gezet
Onder bepaalde omstandigheden kan
het systeem de motor niet op stand-by
zetten, speciaal als:
– het bestuurdersportier niet is
gesloten;
– de autogordel van de bestuurder niet
is vastgemaakt;
– de achteruitversnelling is
ingeschakeld;
– de motorkap niet is vergrendeld;
– de buitentemperatuur is te hoog of te
laag;
– de accu onvoldoende geladen is;
– het verschil tussen de temperatuur
in de auto en de ingestelde
temperatuur van de thermostatische
airconditioning te groot is;
– de Parkeerhulp in werking is;
– de hoogte is te groot;
– de helling is te steil voor auto's met
automatische transmissie.
– de functie "Helder zicht" is
ingeschakeld 314;
– de motortemperatuur is te laag;
– de luchtzuiveringscyclus wordt
vernieuwd;
– ...
Het waarschuwingslampje
verschijnt op het instrumentenpaneel
om u te waarschuwen dat de stand-
byfunctie van de motor onbeschikbaar
is.
Bijzonderheid van het automatisch
weer starten van de motor
Onder bepaalde omstandigheden kan
de motor vanzelf weer starten om uw
veiligheid en uw comfort te
waarborgen.
Dit kan gebeuren wanneer:
– de buitentemperatuur is te hoog of te
laag;
– de functie "Helder zicht" is
ingeschakeld 314;
– de accu onvoldoende geladen is;
– de rijsnelheid van de auto hoger is
dan 5 km/u (bij afdalen);
– het rempedaal herhaaldelijk wordt
ingedrukt of er is een remsysteem
vereist;
– ...
Het
waarschuwingslampje op
het instrumentenpaneel licht op om u
te melden dat de motor automatisch
opnieuw wordt gestart.
Voordat de auto wordt
verlaten, moet de motor
worden afgezet (niet in
stand-by) 153.
3
R i j d e n - 1 6 1