CONTROLEEN WAARSCHUWINGSLAMPJES
Waarschuwingslampje
Als dit tijdens het rijden rood wordt en
2
het controlelampje
moet u voor de veiligheid stoppen
zodra de verkeersomstandigheden het
toelaten. Stop de motor en start deze
niet opnieuw. Roep de hulp in van een
merkdealer. Als dit tijdens het rijden
geel wordt en het controlelampje
verschijnt, moet u zo snel
mogelijk een merkdealer raadplegen.
Rijd ondertussen voorzichtig .
Als u dit advies negeert, loopt u het
risico dat uw auto beschadigd wordt.
Waarschuwingslampje
parkeerrem aangetrokken en
elektronische parkeerrem
aangetrokken 165 166
Indicatielampjes voor
overschakelen naar de volgende
versnelling
Dit verschijnt wanneer u beter naar
een hogere versnelling (pijl omhoog) of
een lagere versnelling (pijl omlaag)
zou schakelen 172.
Waarschuwingslampje voor
het elektronisch
stabiliteitsprogramma ( ESC ) en het
1 0 6 - K e n u w a u t o
tractiecontrolesysteem
Het licht op bij het aanzetten van het
contact of het starten van de motor en
dooft binnen enkele seconden.
Het 187 waarschuwingslampje kan
verschijnt,
om verschillende redenen gaan
branden.
Waarschuwingslampje om
aan te geven dat het elektronisch
stabiliteitsprogramma (ESC) en de
tractiecontrole niet beschikbaar zijn
Controlelampje
antiblokkeersysteem
Het licht op bij het aanzetten van het
contact of het starten van de motor en
dooft binnen enkele seconden.
Als dit lampje tijdens het rijden oplicht,
wijst dit op een storing in het ABS-
systeem.
Er kan dan met de auto worden
geremd als bij een auto zonder ABS.
Raadpleeg snel een merkdealer.
Waarschuwingslampje
roetfilter 163
Controlelampje bij te lage
bandenspanning
Dit lampje verschijnt als u het contact
aanzet of de motor start, en het
verdwijnt na enkele seconden 181.
Waarschuwingslampje
luchtverontreiniging
Bij auto's die hiermee zijn uitgerust,
gaat dit lampje branden wanneer de
motor wordt gestart en, afhankelijk van
de auto, wanneer het contact wordt
uitgeschakeld terwijl de motor zich in
stand-by 159 bevindt.
– Als het continu brandt, moet u zo
snel mogelijk een erkende dealer
raadplegen.
– Als het knippert, moet u vaart
verminderen tot het knipperen
ophoudt. Neem zo snel mogelijk
contact op met een erkende dealer
179.
Waarschuwingslampje
brandstofpeil
Het licht oranje op bij het aanzetten
van het contact of bij het starten van
de motor en dooft binnen enkele
seconden.
Als het lampje oranje oplicht tijdens
het rijden en er een geluidssignaal
klinkt, moet u zo snel mogelijk tanken.
Er is dan nog voldoende brandstof
over om nog ongeveer 50 km te
rijden.
LPG-controlelampje 31