FUNCTIE STOP & START
Voordat de auto wordt
verlaten, moet de motor
worden afgezet (niet in
stand-by) 153.
3
Voorwaarden van stand-by bij
hoge snelheid
Afhankelijk van het voertuig kan stand-
by worden geactiveerd in de
vrijloopmodus 104
Voor auto's met automatische
versnellingsbak:
– de versnellingsbak is in stand D of
M;
en
– het rempedaal is ingedrukt;
en
– het versnellingspedaal is losgelaten.
Het waarschuwingslampje
het instrumentenpaneel gaat branden
wanneer de motor op stand-by staat.
Verhinderen dat de motor op
stand-by wordt gezet
In bepaalde omstandigheden, zoals bij
invoegen op een kruispunt, is het
mogelijk om bij geactiveerd systeem
1 6 0 - R i j d e n
de motor draaiende te houden om snel
te kunnen starten.
Voor auto's met automatische
versnellingsbak:
Laat de auto stilstaan, maar druk niet
te hard op het rempedaal.
Voor auto's met een
handgeschakelde versnellingsbak:
Houd het koppelingspedaal ingedrukt.
Als u brandstof wilt
tanken, zet u de motor
uit (dus NIET stand-by
bij voertuigen met de
functie STOP and START): u
moet het contact UIT
zetten 153. Risico van brand.
Stand-by uitschakelen
Voor de automatische
op
versnellingsbak:
– bij openen van het
bestuurdersportier
of
– als de bestuurdersgordel niet is
vastgemaakt;
– het rempedaal is niet ingedrukt en
stand D, M of N is ingeschakeld;
of
– stand R is ingeschakeld;
of
– het gaspedaal wordt ingedrukt;
of
– In de handmatige modus zijn de
hendels voor het overschakelen naar
een andere versnelling ingeschakeld.
Als de functie
"AUTOHOLD" is
ingeschakeld 170, kan
de parkeerrem worden losgelaten
en kan de motor in stand-by
worden gehouden.
Om de motor uit de stand-bystand
te halen terwijl het rempedaal is
losgelaten, drukt u het gaspedaal
in.
Voor de manuele versnellingsbak:
– als het bestuurdersportier wordt
geopend, zonder dat daarbij een
versnelling is ingeschakeld en het
koppelingspedaal niet is ingedrukt;
of
– als de bestuurdersgordel wordt
losgemaakt zonder dat een versnelling
ingeschakeld en het koppelingspedaal
niet is ingedrukt;
of