Let op
Degenen voor wie wegens hun lichaams-
bouw, de optimale positie van de gordelband
niet verwezenlijkt kan worden, moeten infor-
meren bij een gespecialiseerde werkplaats
over mogelijke speciale inrichtingen om de
maximale bescherming van de gordel en de
airbag mogelijk te maken. CUPRA raadt u aan
de Technische Dienst te raadplegen.
Oprolautomaat, gordelspanner en
gordelkrachtbegrenzer
De veiligheidsgordels maken deel uit van het
veiligheidssysteem van de wagen
34. Dit systeem heeft de volgende belangrijke
functies:
Gordeloprolautomaat
De veiligheidsgordels voor de bestuurder, bij-
rijder en de buitenste zitplaatsen achterin (en,
naargelang de uitvoering, ook de middelste
zitplaats van de achterbank) zijn met een op-
rolautomaat voor de schouderriem uitgerust.
Dit systeem garandeert een volledige bewe-
gingsvrijheid indien u langzaam trekt aan de
schouderriem of tijdens het normaal rijden.
De oprolautomaat blokkeert echter de veilig-
heidsgordel als die snel losgetrokken wordt, in
geval van plots remmen, bergachtige trajecten,
bochten en bij het versnellen.
1)
Enkel indien de wagen is uitgerust met PreCrash-systeem.
42
In kritieke rijsituaties, bijv. bij noodremming,
over- of ondersturen, kan de proactieve in-
zittendenbescherming de veiligheidsgordels
voorin automatisch spannen indien ze zijn
omgedaan
. Indien er geen ongeval plaats-
1)
vindt of de kritieke situatie voorbij is, worden
beide gordels opnieuw losser. De proactieve
inzittendenbescherming is opnieuw klaar voor
›››
werking
pag.
Gordelspanner
De veiligheidsgordels voor de voorstoelen en
de buitenste zitplaatsen achterin zijn uitgerust
met gordelspanners.
›››
De gordelspanners worden geactiveerd met
pag.
sensoren in geval van zware frontale botsingen,
zware botsingen van opzij en van achteren of
bij het omslaan van de wagen. Ze spannen de
veiligheidsgordels tegen de richting van het af-
rollen in.
Indien de veiligheidsgordel loszit, wordt hij ge-
spannen door de gordelspanner. Zo wordt de
beweging van de inzittenden naar voren en in
de richting van de aanrijding gedempt.
De gordelspanners werken samen met het air-
bagsysteem. Bij het kantelen worden de gor-
delspanners niet geactiveerd indien de hoofd-
airbags niet afgaan.
Bij activering kan fijn stof vrijkomen. Dit is vol-
komen normaal en geen teken van vuur in de
wagen.
Veiligheid
43.
Omkeerbaar spannen van de veiligheidsgor-
del (proactieve inzittendenbescherming)
In bepaalde rijsituaties kunnen de veilig-
heidsgordels omkeerbaar worden gespannen
›››
pag.
43. Bijvoorbeeld:
●
bij bruusk remmen
●
bij over- of ondersturen
●
bij lichte aanrijdingen
Gordelkrachtbegrenzer
De gordels voorin en aan de zijkanten achterin
zijn voorzien van een gordelkrachtbegrenzer.
Bij een ongeval vermindert de krachtbegrenzer
de kracht die de veiligheidsgordel uitoefent op
het lichaam.
Let op
● In bepaalde rijsituaties kunnen de omkeer-
bare gordelspanners permanent gespannen
blijven
. In dat geval moet de gordel hand-
1)
matig worden losgemaakt met stilstaande
wagen en dan opnieuw correct worden ge-
plaatst.
● Als de wagen of afzonderlijke onderdelen
van het systeem worden verschroot, moeten
de betreffende veiligheidsvoorschriften wor-
den opgevolgd. Deze voorschriften zijn be-
kend bij de gespecialiseerde werkplaatsen.