effect van de energierecuperatie de remmen
niet of weinig gebruikt worden of er corrosie
is, wordt het aanbevolen om de remschijven
en -blokken schoon te maken door meermaals
krachtig te remmen terwijl u met hoge snelheid
rijdt. Selecteer daarbij de stand N, zodat er
geen energierecuperatie wordt gebruikt bij het
remmen. Let erop dat u andere voertuigen of
weggebruikers niet in gevaar brengt
WAARSCHUWING
Indien u rijdt met versleten remblokken of
een defect remsysteem, kunnen er zich ern-
stige ongevallen voordoen.
●
Als u vermoedt dat de remblokken zijn ver-
sleten of het remsysteem defect is, wend
u dan onmiddellijk tot een gespecialiseerde
werkplaats om de remblokken te laten nakij-
ken en zo nodig te laten vervangen.
WAARSCHUWING
Het remvermogen van de remblokken is aan-
vankelijk niet optimaal.
●
Tijdens de eerste 300 km bieden nieuwe
remblokken niet het maximale remvermogen
en moeten ze nog worden "ingereden" . Dit
kan worden gecompenseerd door meer druk
uit te oefenen op het rempedaal.
●
Bij nieuwe remblokken moet u bijzonder
voorzichtig rijden om het risico op ongeval-
len, ernstige letsels of verlies van controle
over de wagen te vermijden.
Remsysteem
●
Wanneer de verkeerssituatie het toelaat,
remt u met meer kracht om het remsys-
teem schoon te maken. Andere weggebrui-
kers mogen daarbij niet in gevaar gebracht
worden. Gevaar voor ongevallen!
●
Tijdens het inrijden van de nieuwe rem-
blokken mag u niet te dicht tegen andere
voertuigen rijden en geen situaties uitlokken
›››
.
waarin vaak geremd moet worden.
WAARSCHUWING
Indien de remmen oververhit raken, daalt het
remvermogen en neemt de remafstand toe.
●
Bij het bergaf rijden worden de remmen
vaak gebruikt en worden ze snel warm.
●
Tijdens een lang traject met sterke afdalin-
gen verlaagt u de snelheid en kiest u een
hoger recuperatieniveau van de remenergie.
Op deze wijze maakt u gebruikt van de rem-
mende werking van de elektrische motor en
belast u de remmen minder.
●
Indien naderhand een voorspoiler, grote
wieldoppen of andere accessoires worden
gemonteerd, moet u ervoor zorgen dat de
luchttoevoer naar de remmen niet wordt be-
perkt, aangezien het remsysteem anders te
warm kan worden. Houd ook rekening met
de informatie over de remvloeistof
301
.
Rijden
›››
pag.
WAARSCHUWING
Als de remmen nat of bevroren zijn, of be-
dekt zijn met een zoutlaag, dan remt de wa-
gen later en neemt de remweg toe.
●
Test de remmen voorzichtig.
●
Droog de remmen en maak ze vrij van
ijs en zout door meermaals voorzichtig te
remmen indien de omstandigheden van het
zicht, weer, wegdek en verkeer dit toelaten.
WAARSCHUWING
Bij automatisch gestarte remmanoeuvres kan
het rempedaal automatisch bewegen in de
richting van bediening. Plaats uw voet niet
onder het rempedaal. Gevaar voor letsels!
Let op
Nooit de rem laten "aanlopen" door het pe-
daal licht in te drukken als u niet werkelijk
hoeft te remmen. Hierdoor kunnen de rem-
men opwarmen, waardoor de remweg en slij-
tage toenemen. Houd ook rekening met de
belangrijke informatie over de remvloeistof
›››
pag. 301
.
153