●
Indien de verkeersborden beschadigd of ge-
bogen zijn.
●
In het geval van wisselende informatiepane-
len (variabele aanwijzing van verkeerstekens
met led of andere verlichtingssystemen).
●
Indien kaarten worden gebruikt in het navi-
gatiesysteem die niet up-to-date zijn.
●
Indien stickers van verkeerstekens zijn ge-
kleefd op voertuigen, bijv. snelheidsbegrenzin-
gen op vrachtwagens.
WAARSCHUWING
De technologie in het systeem van verkeers-
tekenherkenning kan de limieten opgelegd
door de natuurkundige wetten niet overwin-
nen en werkt enkel binnen de eigen grenzen
van het systeem. Het hogere comfort dat
de verkeerstekenherkenning biedt mag geen
aanleiding geven tot het nemen van risico's.
Ondanks het systeem moet de bestuurder te
allen tijde opmerkzaam blijven.
●
Snelheid en rijstijl aanpassen aan het weer,
het wegdek, het zicht en de verkeersomstan-
digheden.
●
Bij slecht zicht, in het donker of bij sneeuw,
regen en mist kan het gebeuren dat het
systeem niet alle verkeersborden (correct)
toont.
●
Als het gezichtsveld van de camera vuil, be-
dekt of beschadigd is, kan dat de werking van
het systeem negatief beïnvloeden.
Informatie voor de bestuurder
Instrumentenpaneel
WAARSCHUWING
De rijadviezen en verkeerstekens die het
systeem van verkeerstekenherkenning geeft
kunnen afwijken van de werkelijke situatie.
●
Het systeem kan niet altijd alle verkeers-
borden correct herkennen of tonen.
●
Verkeersborden en -voorschriften hebben
voorrang op de aanbevelingen en aanwijzin-
gen van het navigatiesysteem.
Hulp voor eco-efficiënt rijden
Afb. 8
Aanwijzing van het hulpsysteem
voor eco-efficiënt rijden (schematische
voorstelling).
Het hulpsysteem voor eco-efficiënt rijden
helpt om vooruitziend te rijden met een laag
energieverbruik, aan de hand van aanwijzingen
op het digitale instrumentenpaneel naargelang
de situatie.
Wanneer u bijvoorbeeld een kruispunt, ro-
tonde of traject met snelheidsbeperking na-
dert, wordt het symbool
getoond samen
met een incident op het digitale instrumenten-
›››
paneel
afb.
8.
Zodra u de indicatie volgt en uw voet van het
gaspedaal haalt, past de wagen de energiere-
cuperatie en snelheid aan volgens het geselec-
teerde rijprofiel en de afstand van het incident.
Het hulpsysteem voor eco-efficiënt rijden
maakt gebruik van de trajectgegevens van het
infotainmentsysteem en de sensoren van een
aantal hulpsystemen. Indien er geen actieve
routegeleiding is, wordt de meest waarschijn-
lijke route gebruikt.
Door het gaspedaal in te trappen, kunt u de
ingreep van het hulpsysteem op ieder moment
annuleren.
Het hulpsysteem voor eco-efficiënt rijden kan
worden in- en uitgeschakeld in het infotain-
mentsysteem, in de instellingen van de rijhulp-
›››
systemen
pag.
30.
Het hulpsysteem voor eco-efficiënt rijden kan
tijdelijk worden uitgeschakeld indien:
●
De schakelknop in stand B staat.
●
Het rijprofiel Performance of CUPRA wordt
gebruikt.
●
Er wordt gereden met automatische af-
standsregeling (ACC).
23