5.
Statische autotune:
Activeer de vrijgave op klem 31, er verschijnt nu Ready in display
•
Programmeer #0.040 (#5.012) op 1 en activeer de Jog op klem 29.
•
Rechts in het display verschijnt een knipperende alarmbel ten teken dat de auto-tune gestart is. Na ca. 12 sec
verdwijnt de alarmbel en verschijnt None in display. Neem nu de vrijgave en Jog weer weg.
6.
Draairichting controleren:
Programmeer een Jog toerental in #0.023 (#1.005) van bv. 50 of 100rpm.
•
Neem het toerental in #0.010 (#3.002) in display en laat iemand de draairichting van de motor observeren.
•
Activeer de vrijgave op klem 31 en activeer de Jog op klem 29, de motor zet zich in beweging.
•
- Verschijnt er een positief toerental in #0.010 (#3.002) en draait de motor in de goede richting, dan heeft
u de wet van Murphy verslagen.
- Bij elk andere situatie probeer door redenatie te bepalen of de motorfasen en/of het encoder voorteken
gedraaid moet worden. (raadpleeg punt 3 op de voorgaande pagina m.b.t. het voorteken van de encoder)
Neem nu de vrijgave en Jog weer weg.
•
7.
Roterende autotune
Indien de motor onbelast (of laag belast) kan draaien is het te adviseren een roterende autotune uit te voeren.
Programmeer #0.040 (#5.012) op 2.
•
Activeer de vrijgave op klem 31 en activeer de Jog op klem 29. Gedurende ca. 12 sec. zal er nu een statische
•
auto-tune uitgevoerd worden en vervolgens zal de motor ca. 30 sec. gaan draaien op 66% van de nominale
snelheid in voorwaartse richting. Na het volbrengen van de autotune zal Inhibit in beeld verschijnen, #0.040
(#5.012) wordt automatisch weer op None gezet en de motor zal vrij uitlopen.
Neem nu de vrijgave en Jog weer weg.
•
8.
Remweerstand:
Indien de Unidrive is uitgerust met een remweerstand programmeer #0.015 op Fast.
•
Bepaal op pagina 43 t/m 47 het toegepaste type remweerstand en volg de beschreven instructie voor de
•
programmering van het thermische model v.d. remweerstand in #10.030, #10.031 en #10.061 op pagina 168.
Indien de belasting van de remweerstand op een andere wijze bewaakt wordt, door b.v. een thermoschakelaar
•
is het een overweging om het thermische model uit te schakelen door #10.030 op 0.000 kW te programmeren.
Sla de gemaakte programmering op in het geheugen door #0.000 = Save Parameters + rode toets.
•
9.
Minimum en maximum toerental:
Programmeer de gewenste minimum en maximum toerental in parameter #0.001 en #0.002.
10.
Acceleratie- en deceleratietijd:
Programmeer de gewenste acceleratie- en deceleratietijd in sec/1000rpm in parameter #0.003 en #0.004.
11.
Menu 0:
Doorloop menu 0 vanaf pagina 76 en programmeer de in uw toepassing gewenste functionaliteit.
12.
Opslaan van gewijzigde parameters.
Sla de gemaakte programmering op in het geheugen door #0.000 = Save Parameters + rode toets.
13.
Bediening via een veldbus
Activeer de vrijgave op klem 31
•
Geef het controle woord voor de veldbus vrij door #6.043 op On te programmeren.
•
Ga in bedrijf met de commando's en toerental wenswaarde via het veldbus controlewoord.
•
Bit Functie
0
Enable
1
Run forward
2
Jog forward
3
Run reverse
4
Fwd / Rev
5
Run
6
Stop\
7
Local / Rem.
M700, Handleiding Closed Loop Vector versie 1.3
Unidrive M700
Opstarten en inregelen
(motor gaat hierbij niet draaien)
:
(Profibus, CANbus, etc.)
Veldbus Controlewoord (#6.042)
Beschrijving
1 = Vrijgave mits klem 31 actief
1 = Run vooruit
1 = Jog vooruit
1 = Run achteruit
1 = Achteruit, in combinatie met bit 5
1 = Run, in combinatie met bit 4
0 = Stop bij drukknoplogica (#6.040)
1 = Commando's via veldbus
Bit
Functie
8
Remote
9
Jog reverse
10
-
11
-
12
Drive trip
13
Trip reset
14
Watchdog
Pagina 74 van 232
Beschrijving
1 = Veldbus snelheid wenswaarde
1 = Jog achteruit
1 = Control Word trip
0-1 flank is reset drive
1 = Watchdog actief (< 1sec
cyclus)