Par.nr.
Omschrijving
12.054
Rem gelicht indicator
12.055
Rem gelicht detectie.
Unidrive M700 Closed Loop Remlogica
Waarschuwing !
Voor het toepassen van de hier beschreven remlogica geldt dat de Undrive-M een component is voor professioneel
gebruik in een industriële installatie of systeem. De remmacro heeft geen veiligheidsclassificatie en kan daarom niet
ingezet worden als veiligheidsfunctie. Een risicoanalyse zal moeten uitwijzen of aanvullende externe
veiligheidsmaatregelen noodzakelijk zijn. De systeemontwerper is verantwoordelijk om zeker te stellen dat de totale
installatie veilig en ontworpen is volgens de relevante veiligheidsnormeringen. Uit veiligheidsover-wegingen is het
ten zeerste af te raden om Sensorless mode toe te passen zonder encoder feedback.
Wanneer remlogica.
Deze remlogica is specifiek voor toepassingen waarbij zeker gesteld moet worden dat er al motorkoppel aanwezig
is voordat de rem gelicht wordt, zoals bij een hijsbeweging van een kraan. Tevens is de responstijd van de
mechanische rem in het bewegingsprofiel van de remmacro verwerkt. Bij horizontale bewegingen waarbij geen
gevaar voor schade of letsel aanwezig is kan de rem mogelijk direct aangestuurd worden met parameter #10.002.
Globale werking.
Bij een runsignaal zal eerst de magnetiseringsstroom (flux) in de motor opgebouwd worden waarbij 90% flux
aanwezig moet zijn. Na deze detectie zal de motorstroom op aanwezigheid gedetecteerd blijven met de drempel-
waarde van #12.043. Bij een te lage of helemaal geen motorstroom zal de rem direct afvallen. Indien de motor ver
boven nominaal toerental wordt bedreven, zal bij hoog toerental de flux in de motor sterk reduceren en kan bij een
onbelaste motor de motorstroom onder het geprogrammeerde niveau van #12.043 komen.
Na het lichten van de rem zal de wenswaarde integrator gedurende de tijd van #12.047 nog op nul gehouden worden
om de rem mechanisch de tijd te geven om te lichten. Na het aflopen van deze tijd zal de motor accele-reren naar
de opgedragen toerental wenswaarde.
Bij het afschakelen van de runcommando's zal de motor naar stilstand decelereren waarbij in #12.045 het N=0
niveau is vastgelegd. Na het bereiken van N=0 zal gedurende de tijd in #12.046 de rem gelicht blijven en de motor
koppel behouden. In deze fase zal bij een runcommando de motor direct accelereren wat voornamelijk bij joystick
bediening zeer gewenst is.
Na het aflopen van timer #12.046 zal het remcommando #12.040 afvallen. Gedurende de tijd in #12.048 zal de
motor nog koppel behouden totdat de rem mechanisch is afgevallen om zeker te stellen dat de rem in deze fase
niet doorslipt.
In menu 13 van de Unidrive-M is een postieregeling (Position Loop) opgenomen die tijdens het lichten van de rem
d.m.v. #12.049 geactiveerd kan worden. Het resultaat is dat de motor in positie gehouden zal worden en de last dus
niet doorzakt bij het lichten van de rem. Zodra de wenswaarde integrator wordt vrijgegeven en de motor accelereert
zal de Postion Loop uitgeschakeld worden.
De functionaliteit van de Position Loop kan in deze fase nog uitgebreid worden met een kleine Jog snelheid tegen
de rem in hijsrichting, hierdoor zal de last tijdens het lichten van de rem altijd hijskoppel hebben en neigen een klein
stukje te hijsen. Twee pagina's verder staat de implementatie van deze functie.
Runcommando's.
Uit veiligheidsoverwegingen is het aan te raden met richting commando's te werken om van draairichting om te
keren in plaats van een bipolaire wenswaarde toe te passen. Traject-eindschakelaars kunnen dan verwerkt worden
in het betreffende richtingscommando. Ontwerp bij een hijsbeweging de besturing bij voorkeur dusdanig dat het Run
Forward commando overeenkomt met hijsen.
Vrijgave remlogica en aansturen van de rem.
Indien de motor is uitgerust met een encoder en de Unidrive-M in closed loop bedreven wordt zal #12.052 op 0
geprogrammeerd moeten blijven, vervolgens kan de remmacro vrijgegeven worden d.m.v. #12.041.
Bitparameter #12.040 bepaald de aansturing van de rem en zal naar een digitale uitgang geleidt moeten worden.
Voor de hand liggend is hiervoor klem 24 te gebruiken die in fabrieksinstelling reeds als digitale uitgang (N=0) is
geprogrammeerd. Op deze uitgang kan een 24Vdc interfacerelais of miniatuur magneetschakelaar aangesloten
worden met een maximale spoelstroom van 100mA. Stel bij toepassing van een miniatuur magneetschakelaar zeker
dat de spoel is geblust met een diode, RC filter of VDR.
M700, Handleiding Closed Loop Vector, versie 1.3
M700 menu 12
Type
Eenh. Fabr.
progr.
RW,Bit
Off (0)
RW,Bit
Off (0)
Pagina 178 van 232
Bereik
Bijzonderheden
On (1)
Indien de rem is uitgerust met een rem
gelicht schakelaar kan daar deze
parameter mee bediend worden. In
combinatie met #12.055 zal de acceleratie
direct starten zodra de rem is gelicht.
Off (0)
Acceleratie start na de tijd in #12.047
On (1)
Acceleratie start bij #12.054=1 (rem gelicht)
plus de tijd in #12.047.