Inhoudsopgave
Advertenties
Par.nr.
Omschrijving
5.039
Maximum temperatuur rimpel
5.040
Voltage boost bij vliegende start in
sensorless mode.
(zie beschrijving op de volgende
pagina's)
5.041
Motor voltage headroom
5.042
Motorfasen omkeren
5.044
Stator: temperatuurmeting
(zie beschrijving op de
volgende pagina's)
5.045
,,
"User" temperatuurmeting
5.046
,,
temperatuur
5.047
,,
temperatuur coëfficiënt
5.048
,,
basistemperatuur
5.049
,,
vrijgave weerstand comp.
5.050
,,
gecompenseerde weerstand RO,U
5.051
Rotor: temperatuurmeting
(zie beschrijving op de
volgende pagina's)
5.052
,,
"User" temperatuurmeting
5.053
,,
temperatuur
5.054
,,
temperatuur coëfficiënt
5.055
,,
basistemperatuur
5.056
,,
vrijgave temperatuur gecom-
penseerd basistoerental
5.057
,,
gecompenseerd toerental
5.059
Maximum dode tijd compensatie
5.060
Stroom bij max. dode tijd comp.
5.061
Dode tijd compensatie uitschakelen RW,Bit
5.062
Flux verzadigingspunt 3
5.063
Flux verzadigingspunt 4
M700, Handleiding Closed Loop Vector, versie 1.3
M700 menu 5
Motormap
Type
Eenh.
Fabr.
progr.
RW,U
°C
60
RW,U
1,0
RW,U
%
0
RW,Bit
Off (0)
RW,Txt
An In 3
RW,B
°C
0
RO,B
°C
RW,U
1/°C
0,00390
RW,B
°C
RW,Bit
Off (0)
Ω
0,000000
RW,Txt
An In 3
RW,B
°C
0
RO,B
°C
RW,U
1/°C
0,00390
RW,B
°C
RW,Bit
Off (0)
RO,U
rpm
RO,U
µs
RO,U
%
Off (0)
RW,U
%
0,0
RW,U
%
0,0
Pagina 132 van 232
Bereik
Bijzonderheden
20 - 60
Zie #5.035
10,0
Fabrieksinstelling is voldoende voor kleine
motoren. Bij te hoge waarde accelereert de
motor bij vliegende start vanaf stilstand. Bij te
lage waarde is de vliegende start software niet
in staat het motortoerental te scannen.
20
Indien de voeding- en motorspanning beide
400V zijn kan i.v.m. spanningsval over de drive
geen 400V motorspanning bereikt worden. Om
de stroomregelaars niet tegen het spannings-
plafond te laten functioneren is het zinvol om in
#5.009 de motorspanning te begrenzen op bv.
380V. Als alternatief kan #5.041 op 5% gezet
worden (400V - 5% = 380V)
On (1)
Draaiveld aan de uitgang wordt omgekeerd,
kan voordeel bieden bij grote motoren met
dikke motorkabels. Omschakeling bij Inhibit.
An In 3
#7.050 via analoge ingang 3, klem 8.
User
#5.045 temperatuur vanuit een andere bron,
via een veldbus in deze parameter geladen.
P1 Drive
#3.122 via pin 15 van de encoder connector
P1 Slot 1
#x.080 via de encoder connector van een
encoder feedback SI-Optiemodule in optieslot
P1 Slot 2
1 t/m 4.
P1 Slot 3
P1 Slot 4
-50 +300 Statortemp. in °C vanuit een andere bron
-50 +300 Actuele statortemperatuur in °C via de selectie
in #5.044.
0,10000
Statorweerstand toename per °C
-50 +300 Statortemp. bij statorweerstand meting, #5.017
Eerst #5.049 op On.
Off (0)
#5.050 = #5.017 (statorweerstand)
On (1)
#5.050 = Temperatuur gecompenseerde
statorweerstand
1000,000
Temperatuur gecompenseerde statorweerst.
An In 3
#7.050 via analoge ingang 3, klem 8.
User
#5.052 temperatuur vanuit een andere bron,
via een veldbus in deze parameter geladen.
P1 Drive
#3.122 via pin 15 van de encoder connector
P1 Slot 1
#x.080 via de encoder connector van een
encoder feedback SI-Optiemodule in optieslot
P1 Slot 2
1 t/m 4.
P1 Slot 3
P1 Slot 4
-50 +300 Rotortemp. in °C vanuit een andere bron
-50 +300 Actuele rotortemperatuur in °C via de selectie
in #5.051.
0,10000
Rotorweerstand toename per °C
-50 +300 Rotortemp. bij basistoerental op typeplaat.
Eerst #5.056 op On.
Off (0)
#5.057 = #5.008 (basistoerental op typeplaat)
On (1)
#5.057 = Temp. gecompenseerd toerental
18000,00
Temperatuur gecompenseerd basistoerental
10 000
Deze parameters worden bepaald tijdens de
auto-tune
100,00
On (1)
100,0
Wordt gemeten tijdens roterende autotune,
van belang boven nominaal toerental.
100,0
Advertenties
Inhoudsopgave
