Technische gegevens
Stijve arm voor beademingsgaszak
Volume
Compliantie
APL-ventiel
Instelbereik
Nauwkeurigheid (bij een flow van 20
±1 L/min):
Drukdaling bij 30 L/min (ATPD), volledig
geopend
Aanbeveling voor beademingsslangen
Informatie
Neonaten (typisch VT <50 mL)
Pediatrische patiënten (typisch VT tussen 50
en 300 mL)
Volwassenen (typisch VT >300 mL)
Maximumlengte
Aanbeveling voor een slang aan de beade-
mingsgaszak (als geen flexibele arm
gebruikt wordt)
Maximumlengte
Aanbevolen grootte van de beademings-
gaszak
Volume
15.9
Externe versgasuitgang
Aansluiting
Dosering
Drukbegrenzing
15.10
Anesthesiegas-opvangsysteem (AGS)
Informatie
286
0,13 L ±50 mL
0,13 ±0,05 mL/hPa (mL/cmH
komt overeen met 3,9 ±1,5 mL bij 30 hPa (cmH
Open, 5 tot 70 hPa (cmH
±20 % van de ingestelde waarde of ±3 hPa (de hoog-
ste waarde is van toepassing), maar niet meer dan
+10 hPa (cmH
Droog: 2,1 ±0,3 hPa (cmH
Nat: 2,2 ±0,3 hPa (cmH
Alle gespecificeerde complianties en volumes omvat-
ten inspiratoire en expiratoire filters.
Maximale compliantie: 2,0 mL/hPa (mL/cmH
Maximale compliantie: 4,0 mL/hPa (mL/cmH
Maximale compliantie: 6,0 mL/hPa (mL/cmH
200 cm (78,7 in)
350 cm (137,8 in) (leidt tot beperkingen bij compliantie-
compensatie en druknauwkeurigheid)
180 cm (70,9 in)
350 cm (137,8 in) met verhoogd versgasverbruik
0,5 L tot 5,0 L (ten minste twee keer de waarde van het
teugvolume)
22 mm (buitenste conus), 15 mm (binnenste conus),
ISO
Zie "Versgas-dosering"
Geen drukbegrenzing
Het apparaat is uitgerust met een actief of een passief
anesthesiegas-opvangsysteem.
|
Gebruiksaanwijzing
O)
2
O)
2
O)
2
O)
2
O)
2
Atlan A100 (XL), A300 (XL), A350 (XL) SW 2.1n
O)
2
O)
2
O)
2
O)
2