Dräger Atlan A100 Gebruiksaanwijzing pagina 147
Verberg thumbnails
Zie ook voor Atlan A100:
- Aanvullingsdocument (17 pagina's) ,
- Instructies (52 pagina's)
Advertenties
WAARSCHUWING
Gevaar voor patiëntletsel
Het gebruik van minimal-flowinstellingen of low-flowinstellingen kan het volgende
veroorzaken:
– Ophoping van metabole bijproducten in het beademingssysteem
– Condenswater in slangen
– Condenswater in het pistonmembraan
► Controleer regelmatig de slangen op condensatie. Verwijder, indien nodig, het
condenswater.
► Controleer bij het verplaatsen van de patiënt of het wijzigen van de
slangopstelling de slangen op condensatie. Verwijder, indien nodig, het
condenswater.
► Voordat u van patiënt wisselt, voert u altijd de volgende maatregelen uit:
– Verwijder het condenswater.
– Voer een lekkagetest of een complete systeemtest uit.
► Voorkom dat condenswater in de luchtwegen van de patiënt komt. Hiervoor
neemt u ten minste één van de volgende maatregelen:
– Rust het Y-stuk uit met een HME of een HMEF.
– Gebruik vochtvangers in de beademingsslangen. Plaats vochtvangers op het
– Plaats het hoofd van de patiënt hoger dan de aansluitingen op het
► Volg de aanbevelingen van professionele verenigingen.
2. Stel de versgas-dosering in.
Het apparaat is uitgerust met een minimale O
een minimale hoeveelheid zuurstof wordt afgegeven. Zie voor aanvullende
informatie: "Minimale O
Let bij het uitvoeren van een low-flow anesthesie en een minimal-flow
anesthesie op de informatie op pagina 153.
Elektronisch geregelde gasmixer:
● Selecteer het draaggas (3).
Mechanisch geregelde gasmixer met elektronische flowmeting:
● Open en stel de flowregelventielen in voor de vereiste gassen.
Mechanisch geregelde gasmixer met flowbuizen:
● Open en stel de flowregelventielen in voor de vereiste gassen.
3. Stel de beademingsinstellingen (2) in.
4. Druk op de draaiknop. De therapie start en een signaal klinkt.
|
Gebruiksaanwijzing
laagste punt van de beademingsslangen.
beademingssysteem.
2
Stel de O
-concentratie (5) en de versgasflow (4) in.
2
Gebruik ook de totaal-versgasflowmeter om de ingestelde totale flow te
controleren, zie pagina 34.
Atlan A100 (XL), A300 (XL), A350 (XL) SW 2.1n
-dosering, die ervoor zorgt dat
2
-dosering (SORC)", pagina 331.
Bediening
147
Advertenties
