Pagina 1
Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System M540 patiëntmonitor WAARSCHUWING Voor het juiste gebruik van dit medi- Software VG2 sche apparaat deze gebruiksaanwijzing lezen en strikt opvolgen.
Pagina 2
Typografische conventies 1 De volgorde van handelingen wordt met opeen- volgende nummers aangegeven. Elke nieuwe reeks handelingen begint weer met "1". Afzonderlijke handelingen of verschillende keu- zemogelijkheden voor handelingen worden met opsommingstekens aangegeven. – Streepjes geven een reeks van gegevens, opties of voorwerpen in een lijst aan.
Pagina 3
Handelsmerken – Acute Care System – Durasensor ® – DrägerService – Nellcor ® – Infinity – OxiMax ® – Hemo4 – OxiCliq ® – Hemo2 – OxiBand ® – Innovian – SoftCare ® – MCable – SatSeconds – Medical Cockpit zijn handelsmerken van Nellcor Puritan Bennett, LLC, een bedrijf van Covidien.
Pagina 4
Algemene veiligheidsdefinities WAARSCHUWING LET OP Een WAARSCHUWING geeft belangrijke infor- Een opmerking die door LET OP wordt voorafge- matie over een mogelijk gevaarlijke situatie gaan, bevat belangrijke informatie over een mo- die, indien deze niet wordt voorkomen, ernstig gelijk gevaarlijke situatie die, indien deze niet letsel of overlijden tot gevolg kan hebben.
Pagina 5
Voor de veiligheid van u en uw patiënten Voor de veiligheid van u en uw patiënten Volg deze gebruiksaanwijzing strikt op..De gebruiksaanwijzing bewaren... . Training.
Pagina 6
Voor de veiligheid van u en uw patiënten Volg deze gebruiksaanwijzing strikt op Training Training voor gebruikers is beschikbaar via de WAARSCHUWING verantwoordelijke Dräger organisatie Risico van onjuiste bediening en onjuist (zie www.draeger.com). gebruik. Vóór elke behandeling en elk gebruik van het medische apparaat dient men alle hoofdstuk- Onderhoud ken van deze gebruiksaanwijzing terdege te...
Pagina 7
Voor de veiligheid van u en uw patiënten Veiligheidscontroles Steriele accessoires Het medische apparaat moet aan periodieke veilig- LET OP heidsinspecties onderworpen worden. Zie hoofd- Risico van onjuist functioneren van het medische stuk "Onderhoud". apparaat en lichamelijk letsel bij de patiënt. Gebruik geen steriel verpakte accessoires als de Accessoires verpakking geopend of beschadigd is, of als er...
Pagina 8
Voor de veiligheid van u en uw patiënten Aangesloten apparaten – IEC 60601-1-2 (EN 60601-1-2) Medische elektrische apparatuur Deel 1-2: Algemene veiligheidsvoorschriften WAARSCHUWING Bijkomstige norm: Elektromagnetische compa- Risico op elektrische schok en op apparaat- tibiliteit; Eisen en tests storingen – IEC 60601-1-4 (EN 60601-1-4) Aangesloten apparaten of combinaties van Medische elektrische apparatuur apparaten die niet voldoen aan de vereisten...
Pagina 9
Voor de veiligheid van u en uw patiënten Veiligheid van de patiënt Bij het ontwerp van het medische apparaat, de bij- LET OP behorende documentatie en de labels op het medi- Risico op lichamelijk letsel bij de patiënt sche apparaat, is verondersteld dat het medische Neem geen therapeutische beslissingen die uit- apparaat alleen zal worden gekocht en gebruikt sluitend gebaseerd zijn op individuele gemeten...
Pagina 10
Voor de veiligheid van u en uw patiënten Niet gebruiken in omgevingen met WAARSCHUWING explosiegevaar Dek het apparaat niet af met dekens of lakens. Voorkom rechtstreeks contact tussen externe WAARSCHUWING oppervlakken en de patiënt om brandwonden te voorkomen. Brandgevaar Het medische apparaat is niet goedgekeurd LET OP voor gebruik in omgevingen waarin ont- Voordat u een patiënt verplaatst, moet u om ver-...
Pagina 11
Voor de veiligheid van u en uw patiënten WAARSCHUWING WAARSCHUWING Sluit geen connectors aan met een Plaats en bevestig sensorkabels zorgvuldig ESD-waarschuwingssymbool en om de kans op verstikking van de patiënt zo raak de pennen van dergelijke con- klein mogelijk te houden. Plaats bovendien de nectors niet aan zonder bescher- sensorkabels zodanig dat de kans op induc- mende maatregelen tegen elektro-...
Pagina 12
Voor de veiligheid van u en uw patiënten Voorzorgsmaatregelen bij defibrillator Elektrochirurgie De M540 en randapparatuur zijn beschermd tegen Observeer de volgende voorzorgsmaatregelen tij- hoogfrequentie interferentie van defibrillators en dens elektrochirurgie om elektrochirurgische unit elektrochirurgische units en tegen 50- en 60-Hz (ESU) interferentie te verminderen en de veiligheid stroomlijn interferentie.
Pagina 13
Profielen ......50 Overzicht van Infinity M540 ....24 Een profiel bevat de volgende Voorpaneel van de M540 .
Pagina 14
Inhoudsopgave Profielinstellingen hartslag en aritmie ..52 Patiënt opnemen ..... . . 77 Profielinstellingen ST ....54 Een patiënt opnemen met Profielinstellingen ademhaling (RRi).
Pagina 15
Inhoudsopgave Een momentopname van één event Voorzorgsmaatregelen bij pacemakers ..125 weergeven ......97 Modus Pacerfusie .
Pagina 16
Inhoudsopgave - en Pulse CO-Ox-bewaking Niet-invasieve bloeddruk (NIBP) ..185 Masimo SET MCable ....151 Overzicht van niet-invasieve Overzicht van SpO -bewaking .
Pagina 17
Inhoudsopgave Alle invasieve bloeddruktransducers Meeteenheden configureren ... 237 op nul instellen ......207 Instellingen draadloos netwerk Een specifieke transducer op configureren .
Pagina 18
Overzicht ......286 Infinity M540 ......287 Infinity M500 .
Pagina 19
Toepassing Toepassing Beoogd gebruik ..... . . 20 Gebruiksaanwijzing ....21 Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System –...
Pagina 20
Toepassing Beoogd gebruik De Infinity M540 (M540) is bedoeld voor multipara- meterbewaking; fysiologische patiëntinformatie verkregen via aangesloten hardware in een omgeving waar patiëntenzorg wordt verleend door opgeleide professionals in de gezondheidszorg. De M540 is bedoeld om per keer één patiënt te bewaken.
Pagina 21
Toepassing Gebruiksaanwijzing De M540 kan de volgende parameters controleren: – Hartfunctie – alleen beschikbaar wanneer de M540 is gekoppeld in een IACS-configuratie – Hartfrequentie (alleen volwassen en pediatrische patiënten) – Aritmie (alleen volwassen en pediatrische – Arteriële zuurstofverzadiging – SpO patiënten) –...
Pagina 22
Deze pagina is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – M540 patiëntmonitor VG2...
Pagina 23
Systeemoverzicht Overzicht van Infinity M540 ....24 Voorpaneel van de M540 ....25 Achterpaneel van de M540.
Pagina 24
Cockpit of de Infinity C500 Medical Cockpit. Dit is de weergavemodule van het Infinity Acute A M540 Care System B M500 – M540 – verwijst naar de Infinity M540-patiënt- C Systeemkabel (MS20345) monitor D PS50-stroomtoevoer – M500 – verwijst naar de Infinity M500 die de...
Pagina 25
Systeemoverzicht Voorpaneel van de M540 M540 vaste toetsen De M540 heeft de volgende vaste toetsen: De onderstaande illustratie toont de elementen van het voorpaneel. Toets Functie Aan/uit, vaste toets Schakelt de M540 in of uit. De LED-knop flikkert wanneer de M540 ontkoppeld is;...
Pagina 26
Systeemoverzicht Achterpaneel van de M540 M540-zijpaneel A Niet-invasieve bloeddrukconnector A Contactpunten opladen B Temp (2)/Aux-connector B Labels C SpO -aansluiting C Optische Ethernetkoppelingen D Hemo-connector LET OP E CO -aansluiting Plak geen labels over de optische ethernetkoppe- lingen of de oplaadcontactpunten aan de achter- F ECG-aansluiting zijde van de M540.
Pagina 27
Systeemoverzicht M500 Docking Station De M500 is het mechanische apparaat waarmee C Optische Ethernetkoppelingen de M540 wordt bevestigd en aangedreven. De D Pennen voor het laden van de batterij van de M500 laadt tevens de batterij van de M540 op. Als M540.
Pagina 28
Systeemoverzicht M540 gekoppeld aan de M500 Het onderstaande diagram toont de M540 gekop- peld aan de M500. A M540 B M500 Extra hardware In de volgende tabel worden de extra apparaten ver- meld die op de M540 kunnen worden aangesloten. Apparaat Beschrijving Aansluiting...
Pagina 29
Systeemoverzicht Apparaat Beschrijving Aansluiting Hemo4-pod Meet tot vier drukken, Cardiac Wordt direct aangesloten op de Output en kern- en lichaamsop- Hemo-connector van de M540 Infinity MPod – QuadHemo pervlaktemperatuur. (zie de informatie beginnend op pagina 201). Hemo2-pod Meet tot twee drukken, Cardiac Output, kern- en lichaamsopper- vlaktemperatuur.
Pagina 30
Systeemoverzicht Apparaatsymbolen Raadpleeg de gebruiksaanwijzing Alarmbewaking is tijdelijk gedeactiveerd ESD-waarschuwing Alarmbewaking permanent gedeactiveerd Batterijstatus (wanneer de batterij volledig De akoestische alarmtoon is tijdelijk gepau- is opgeladen, zijn alle segmenten in het zeerd symbool ingevuld) Functie/instelling is ontgrendeld De akoestische alarmtoon is permanent uit- geschakeld Functie/instelling is vergrendeld Longsymbool dat knippert bij elke waarge-...
Pagina 31
Systeemoverzicht Batterij opladen LED Volwassene, patiëntcategorie De luidspreker wordt gedeactiveerd Pediatrisch, patiëntcategorie De M540 is gekoppeld en aangesloten Neonaat, patiëntcategorie op het netwerk FCC-conformiteitsverklaringsnummer Verklaring Japanse radiowet FCC-ID Draadloze symbolen De volgende symbolen verschijnen alleen in de hoofdbalk van de M540 als het apparaat draadloos op transport is.
Pagina 32
Systeemoverzicht Afkortingen De onderstaande tabel toont de afkortingen in deze Afkorting Beschrijving gebruiksaanwijzing en de afkortingen die worden GD1 M tot Algemene druk 1-4 mean waarde weergegeven op de M540. GD4 M Afkorting Beschrijving GD1 S tot Algemene druk 1-4 systolische GD4 S waarde %gepaced...
Pagina 33
Systeemoverzicht Afkorting Beschrijving Afkorting Beschrijving PA S PA systolische waarde Supraventriculaire tachycardie Perfusie-index (SpO TACH Tachycardie Polsslag van SpO Tbloed Bloedtemperatuur Pulse CO-oxymetrie Tinj Injectaattemperatuur CO-Ox TruST Algoritme dat een PVC/min Frequentie van PVC (preventricu- TruST-12-afleidingen-ECG (inclu- laire contracties) per minuut sief de afgeleide borstwand-aflei- dingen dV1, dV3, dV4, dV6) levert Pleth Variabiliteit Index...
Pagina 34
Deze pagina is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – M540 patiëntmonitor VG2...
Pagina 35
Bedieningsconcept Bedieningsconcept Overzicht ......36 Profielen ......50 Een profiel bevat de volgende instellingen .
Pagina 36
Bedieningsconcept Overzicht De M540 is een draagbare patiëntbewakingsmoni- Een M540 standalone uitvoering bestaat uit de vol- tor die bij de patiënt blijft zowel aan het bed als door gende onderdelen: het hele ziekenhuis. Deze kleine, lichtgewicht, – M540-monitor spatwaterdichte monitor maakt transporteren min- der gecompliceerd voor de patiënt, waarbij het risi- –...
Pagina 37
Bedieningsconcept M540 in standalone modus Een M540-monitor in standalone modus communi- Voor informatie over hoe de M540 zich gedraagt in ceert met het Infinity-netwerk via de M500. Voor in- een IACS-configuratie, zie pagina 38. formatie over het configureren van de bedrade op- tie (bijvoorbeeld het instellen van IP-adressen en Configuratiewijzigingen tijdens draadloos dergelijke, zie pagina 239).
Pagina 38
Bedieningsconcept M540 in een IACS-configuratie De M540 werkt niet alleen als standalone apparaat, Als de koppeling met de M500 is hersteld, maar kan ook dienst doen als de component voor verzendt de M540 de gegevens die tijdens het het ontvangen van signalen in een IACS-configura- patiënttransport zijn verzameld naar de Cockpit.
Pagina 39
Bedieningsconcept Communicatie met het ICS (Infinity CentralStation) Elke M540 die op het netwerk is aangesloten, kan Het ICS gebruikt de volgende regels voor het vullen met een ICS worden verbonden. van het BedView-venster met curven en parame- tervakken van de M540: WAARSCHUWING –...
Pagina 40
Bedieningsconcept Terwijl een M540 zich op het Infinity-netwerk be- – Het alarmtoonvolume wordt door een draadloze vindt, worden alle events die plaatsvinden, verzon- M540 anders beïnvloed dan door een bedrade. den naar de ICS event disclosure database. Draadloos Bedraad De M540 ondersteunt tevens de volledige registra- Het alarmtoonvolume Het alarmtoonvolume van tietoepassing op het ICS waarmee continu curven...
Pagina 41
Bedieningsconcept Externe weergave en bediening op afstand U kunt de gegevens van een M540 die is verbon- M540 is gekoppeld. Wanneer de M540 zich in een den met het Infinity-netwerk, vanaf de volgende ap- stand alone configuratie bevindt, bepaald de instel- paraten op afstand bekijken: ling voor profiel overname of externe veranderin- gen die profiel instellingen beïnvloeden, worden te-...
Pagina 42
Bedieningsconcept Externe functie Op afstand bediend Op afstand bediend vanaf de ICS? vanaf andere bedzij- dige monitoren? Activeer/deactiveer de alarmfunctie Archief. Voor elke instelling van de functie Archief gebeurt het volgende: – Als de M540 in een IACS-configuratie is en op draadloos transport, en als een parameter waarvan de functie Archief is ingesteld op Opsl/ Reg of Opslaan een alarm laat klinken, wordt die event...
Pagina 43
Bedieningsconcept Functietoetsen Een achttal functietoetsen zijn te vinden op het Func- Functie voorpaneel van de M540 (4 aan de rechterkant tietoets en 4 aan de linkerkant). Terugblik Hiermee wordt het dialoogven- (func- ster Event oproepen geopend De functietoetsen in posities 2, 3, 4 en 7 zijn per- tietoets) (zie pagina 96).
Pagina 44
Bedieningsconcept Alternatieve toewijzingen van Om een functietoets te programmeren functietoetsen 1 Druk op de functietoets Menu. 2 Druk op de tab Scherminstellingen > tab Toets Functie Functietoetsen. Privé Plaatst de M540 in de privacymo- 3 Druk op een van de programmeerbare set-up- dus (zie pagina 64).
Pagina 45
Bedieningsconcept Parametervakken Elk parametervak bevat real-time waarden van Wanneer een parameter in alarm is, knippert het een parameter en een combinatie van de volgende parametervak in de kleur van de alarmgradatie gegevens: (zie pagina 85) en een bijbehorend alarmbericht verschijnt in de kopbalk. Ieder parameter hoofdstuk –...
Pagina 46
Bedieningsconcept Dialoogvensters Het onderstaande diagram toont wat er binnen het U kunt toegang krijgen tot dialoogvensters door bewakingsgebied op het display verschijnt wan- de functietoetsen aan de voorkant van de M540 neer u een dialoogvenster opent. De linkerkant aan te raken. U kunt rechtstreeks toegang krijgen is gereserveerd voor het dialoogvenster terwijl tot parameterspecifieke instelpagina's door de bij- de rechterkant de parametervakken weergeeft.
Pagina 47
Bedieningsconcept Het scherm bijstellen Als de oriëntatie van het apparaat verandert tijdens Om het scherm handmatig te draaien patiëntentransport, laat de functie Automatisch 1 Druk op de functietoets Menu. draaien het scherm te draaien met 180°. Dit kan worden in- of uitgeschakeld. 2 Druk op de tab Scherminstellingen >...
Pagina 48
Bedieningsconcept Batterijsterkte Batterij bijna leeg De M540 schakelt automatisch naar batterijvermo- gen wanneer het wordt ontkoppeld of bij verlies van elektriciteit naar de M500. Wanneer het bericht Accuspanning laag ver- schijnt, kan de accu de M540 nog 10 minuten Wanneer de M540 is gekoppeld, laadt de M500 van stroom voorzien voordat het apparaat automa- continu de interne batterij.
Pagina 49
Bedieningsconcept Stroombesparingsmodus Wanneer de M540 niet is gekoppeld, bespaart de De stroomspaarstand activeren of deactiveren stroomspaarstand batterijvermogen. Het continu 1 Druk op de functietoets Menu. bewaken van een patiënt gaat ondertussen door. 2 Druk op de tab Scherminstellingen > tab Wanneer stroomspaarstand is geactiveerd, is de Instellingen.
Pagina 50
Bedieningsconcept Een weergave selecteren Om een van te voren geconfigureerde weergave aan een weergavetoets toe te wijzen Druk meerdere keren op de momenteel gese- lecteerde functietoets (bijvoorbeeld Weerg. 5) 1 Druk op de functietoets Menu. om door de beschikbare weergavelabels 2 Druk op de tab Scherminstellingen >...
Pagina 51
Bedieningsconcept Een profiel bevat de volgende instellingen In de volgende tabel wordt geïllustreerd welke in- stellingen een profiel omvat. De tabel geeft ook aan welke instellingen patiëntstandaarden zijn en welke gebruikersstandaarden. Instelling Patiëntstan- Gebruikers- Commentaar daard standaard (indien beschikbaar) Dialoogvenster Schermweergaven (Druk op de functietoets Menu >...
Pagina 52
Bedieningsconcept Instelling Patiëntstan- Gebruikers- Commentaar daard standaard (indien beschikbaar) Dialoogvenster Alarminstellingen (Druk op de functietoets Menu > Systeeminstellingen > Alarm-instellingen > voer wachtwoord in > Alarm-instell. 2) Alarm patroon Transport-volume Profielinstellingen CO U kunt de CO -profielinstellingen configureren in de volgende dialoogvensters Dialoogvenster CO grenzen (Tip het CO...
Pagina 53
Bedieningsconcept Instelling Patiëntstan- Gebruikers- Commentaar daard standaard (indien beschikbaar) Dialoogvenster Aritmie grenzen (Tip het parametervak voor hartslag > Aritmie grenzen aan) Alarm-instelling (laag, medium, De beschikbaarheid van de parame- hoog of uit) ters is afhankelijk van de geselecteer- de aritmiemodus (zie pagina 129). Aantal en Freq.
Pagina 54
Bedieningsconcept Instelling Patiëntstan- Gebruikers- Commentaar daard standaard (indien beschikbaar) Profielinstellingen ST U kunt de ST-profielinstellingen configureren in de volgende dialoogvensters Dialoogvenster ST grenzen (Tip het ST-parametervak aan) Instelling Alarm aan/uit Deze instellingen kunnen voor alle ST-parameters worden gewijzigd Bovenste en onderste alarm- (STI, STII, STIII, STaVR, STaVL, grenzen STaVF, STV, STV+, STV1,...
Pagina 55
Bedieningsconcept Instelling Patiëntstan- Gebruikers- Commentaar daard standaard (indien beschikbaar) HR=RR Grootte van de curve Tip de RRi-curve aan om de schaal van de curve in te stellen (zie pagina 45). Profielinstellingen SpO (Masimo) U kunt de SpO -profielinstellingen configureren in de volgende dialoogvensters Dialoogvenster SpO grenzen (Tip het parametervak SpO...
Pagina 56
Bedieningsconcept Instelling Patiëntstan- Gebruikers- Commentaar daard standaard (indien beschikbaar) Profielinstellingen pulse CO-Ox (Masimo) U kunt de profielinstellingen voor pulse CO-Ox configureren in de volgende dialoogvensters Twee afzonderlijke dialoogvensters voor Pulse CO-Ox grenzen (Tip het parametervak Pulse Co-Ox aan) Instelling Alarm aan/uit Deze instellingen kunnen in twee af- zonderlijke dialoogvensters voor Bovenste en onderste alarm-...
Pagina 57
Bedieningsconcept Instelling Patiëntstan- Gebruikers- Commentaar daard standaard (indien beschikbaar) SatSeconds Alarminstelling voor desaturatie Deze instelling is alleen beschikbaar in de neonatale modus, zie pagina 89. Kleur van de curve en de parameter Grootte van de curve Tip de SpO -curve aan om de schaal van de curve in te stellen (zie pagina 45).
Pagina 58
Bedieningsconcept Instelling Patiëntstan- Gebruikers- Commentaar daard standaard (indien beschikbaar) Profielinstellingen invasieve bloeddruk U kunt de profielinstellingen voor invasieve bloeddruk configureren in de volgende dialoogvensters Dialoogvenster voor limieten voor invasieve bloeddruk (voorbeeld: CVD grenzen) (Tip het parametervak voor invasieve bloeddruk aan) Instelling Alarm aan/uit Deze instellingen kunnen afzonder- lijk worden geconfigureerd voor ART...
Pagina 59
Bedieningsconcept Instellingen die niet in een profiel zijn opgenomen De volgende instellingen zijn niet in een profiel Dialoogvenster Instelling opgenomen en moeten afzonderlijk worden Biomed-dialoogvensters geconfigureerd. (Druk op de functietoets Menu > Systeeminstellingen > Biomed > voer wachtwoord in > selecteer Dialoogvenster Instelling dialoogvenster)
Pagina 60
Bedieningsconcept Bewakingsinstellingen De volgende lijst bevat de bewakingsinstellingen – Brontoon (ECG en SpO die deel uitmaken van de profielinstellingen. Als – Toonvolume (ECG en SpO Profiel-instell. is ingesteld op Monitor, worden al- leen deze instellingen aangenomen wanneer de – Grootte [mV/cm] (ECG en SpO -curve) M540 is gekoppeld.
Pagina 61
Bedieningsconcept OPMERKING Als u een opgeslagen profiel tijdens een soft- ware-upgrade wilt opslaan, kunt u het profiel naar een USB-stick kopiëren met behulp van de im- port-/exportfunctie van een IACS-Cockpit. Na de upgrade kunt u het profiel weer vanaf de USB-stick importeren naar de M540.
Pagina 62
Bedieningsconcept Profiel overname De configuratie van de M500 bepaalt of de M540 de In de volgende tabel wordt geïllustreerd hoe de profielinstellingen die op de M500 zijn opgeslagen, profielen onder verschillende omstandigheden overneemt. worden beheerd. Actie Profiel laden-instel- M500 Profiel- Resultaat lingen van de M500: instell.:...
Pagina 63
Bedieningsconcept Use-case-scenario Het volgende scenario beschrijft hoe met profielen wordt omgegaan wanneer de patiënt naar een an- dere klinische locatie wordt verplaatst: Stap Actie Resultaat De M540 is gekoppeld aan de ICU M500, De M540 neemt de profielinstellingen over waarvan de Profiel laden-instellingen die voor de ICU zijn gedefinieerd en die op worden geconfigureerd naar Autom.
Pagina 64
Bedieningsconcept Stand-bymodus U kunt tijdelijk de patiëntbewaking onderbreken De M540 in de Stand-bymodus zetten door de M540 in de Stand-bymodus te plaatsen. Druk op de functietoets Standby (wanneer aan- De modus Stand-by heeft het volgende effect: wezig voor weergave, zie pagina 43). –...
Pagina 65
Bedieningsconcept De M540 in de modus Privacy zetten Druk op de functietoets Privé (wanneer aanwe- zig voor weergave, zie pagina 43). 1 Druk op de functietoets Menu. 2 Druk op de tab Hoofdmenu, als die nog niet ge- selecteerd is. 3 Druk op Privé...
Pagina 66
Deze pagina is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – M540 patiëntmonitor VG2...
Pagina 67
Montage en voorbereiding Montage en voorbereiding Overzicht ......68 Commercieel verkrijgbare M500 montage-oplossingen ....68 De M540 koppelen/ontkoppelen .
Pagina 68
Montage en voorbereiding Overzicht Commercieel verkrijgbare Dit onderdeel beschrijft de volgende basis montage taken: M500 montage-oplossingen – De M540 koppelen aan/loskoppelen Er zijn diverse montageoplossingen beschikbaar. van de M500 Het ziekenhuis is ervoor verantwoordelijk iedere – De M540 in de M500 montageoplossing te installeren, te testen en de vergrendelen/ontgrendelen veilige werking ervan te verzekeren.
Pagina 69
Montage en voorbereiding De M540 koppelen/ontkoppelen Het onderstaande diagram toont het zij- en voorpa- De M540 koppelen neel van de M500 die de M540 op zijn plaats houdt. 1 Plaats het gebogen gedeelte van de M540 te- genover het gebogen gedeelte van de M500. M500 vooraanzicht met M540 gekoppeld 2 Druk de M540 (B) in de M500 (C) totdat deze vastklikt.
Pagina 70
Montage en voorbereiding De M540 vergrendelen/ontgrendelen U kunt de M540 permanent vergrendelen in De M540 ontgrendelen de M500 om te voorkomen dat iemand anders 1 Steek de 2 mm inbussleutel (A) in de middelste deze ontkoppelt. opening (B) op de vergrendelingspal en draai deze linksom naar de ontgrendelde positie De M540 vergrendelen 2 Druk de vergrendeltab (D) om de...
Pagina 71
Montage en voorbereiding Aansluiten van de systeemkabels in een IACS-configuratie Voor nadere details met betrekking tot het aanslui- ten van de IACS-systeemkabels raadpleegt u de gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – Bewakingstoepassingen. De systeemkabel aansluiten in een standalone configuratie voor de M540 1 Koppel één uiteinde van de M540-systeemka- bel (MS20345) aan op de M500-connector van het systeem (A).
Pagina 72
Montage en voorbereiding De Infinity MCable – Masimo SET and Masimo rainbow SET/Nellcor OxiMax aansluiten In het volgende diagram ziet u hoe een Masimo MCable en een Nellcor OxiMax kunnen worden aangesloten op de M540. Zijaanzicht (connectoren) Onderaanzicht A M540 De MCable-aansluitadapter bevestigen B Klembladen van de MCable-aansluitadapter Voer deze stappen uit om de MCable te bevestigen...
Pagina 73
Montage en voorbereiding De MCable-aansluitadapter verwijderen 1 Steek een platte schroevendraaier (of een gelijksoortig gereedschap) tussen de inkepingen voor het vergrendelen van de MCable-behuizing (F). 2 Duw de behuizing voorzichtig omhoog om hem uit de inkepingen te halen. Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – M540 patiëntmonitor VG2...
Pagina 74
Deze pagina is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – M540 patiëntmonitor VG2...
Pagina 75
In bedrijf stellen In bedrijf stellen Overzicht van het bewaken van een patiënt ....... 76 De M540 in-/uitschakelen.
Pagina 76
In bedrijf stellen Overzicht van het bewaken van een patiënt In dit hoofdstuk worden de stappen beschreven die Deze sectie beschrijft specifiek hoe: vereist zijn om de patiënt te bewaken op het M540. – De M540 in-/uitschakelen – Een patiënt opnemen/ontslaan op de M540 –...
Pagina 77
In bedrijf stellen Patiënt opnemen U kunt een patiënt handmatig in de M540 opnemen 9 Druk op Opnamedatum, en druk vervolgens door de demografische gegevens in te voeren op op elk van de volgende opties: Dag, Maand en het tabblad Patiëntinstellingen. Jaar om de geschikte datum in te voeren.
Pagina 78
In bedrijf stellen Een patiënt opnemen met 'HIS ophalen' U kunt de pagina Patiëntinstellingen automatisch naar het systeem voor Opname, Ontslag, Over- invullen door de demografische gegevens van een dracht (OOO-systeem) van het ziekenhuis. Aan de patiënt via het netwerk op te halen. Voor de gege- hand van de patiënt-id, doorzoekt het Ziekenhuisin- vensoverdracht via een netwerk moet u toegang formatiesysteem (ZIS) de database op demografi-...
Pagina 79
In bedrijf stellen Een nieuwe patiëntcategorie selecteren Na het selecteren van de patiëntcategorie, ver- Om een nieuwe patiëntcategorie te selecteren schijnt het label van de nieuwe patiëntcategorie 1 Druk op de functietoets Menu. in de kopbalk (zie pagina 44). 2 Druk op de tab Patiëntinstellingen. Een patiëntcategoriewijziging heeft geen invloed op de volgende instellingen: de naam van de arts 3 Druk op Patiëntcategorie en selecteer vervol-...
Pagina 80
Deze pagina is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – M540 patiëntmonitor VG2...
Pagina 82
Alarmen Overzicht van alarmen De M540 produceert akoestische en visuele alarm- en bijbehorende alarmberichten worden signalen om u op de hoogte te brengen van alarm- gedetailleerd beschreven in het hoofdstuk condities zoals overschrijdingen van alarmgren- "Probleemoplossing", op pagina 245. zen, aritmie-oproepen en batterijproblemen. De kleur van een alarmbericht komt overeen met Aan elke alarmconditie wordt een van de drie de prioriteit van de bijbehorende alarmconditie...
Pagina 83
Alarmen Alarmverwerking De M540 levert akoestische en visuele alarmsigna- – Een vasthoudende alarmconditie van gemid- len voor alle parameters behalve voor de volgende: delde-prioriteit wordt gedowngrade naar een statusboodschap die in de hoofdbalk verschijnt. – Hartfunctie (C.O.) De alarmkop knippert niet, en er zijn geen –...
Pagina 84
Alarmen Alarmvalidatie activeren of deactiveren Wanneer alarmvalidatie is geactiveerd (zie ven het maximum komen van de 10 seconden pagina 232), moet een alarmconditie gedurende die wordt toegestaan door AAMI EC13 en een bepaalde periode hebben bestaan voordat er IEC 60601-2-27. akoestische en zichtbare alarmsignalen worden in- In de volgende tabel wordt vermeld voor welke pa- geschakeld.
Pagina 85
Alarmen Zichtbare alarmsignalen Elke alarmprioriteit heeft een eigen, uniek zichtbaar alarmsignaal. Het alarmbericht in de kopbalk is het enige alarm- signaal dat zichtbaar is als er geen alarmerende parameter is opgenomen in de huidige scherm- weergave en als de alarmbalk is gedeactiveerd. Voor meer informatie over alarmberichten, zie pagina 86.
Pagina 86
Alarmen Alarmbalk Zichtbare alarmindicatoren op de M540 De alarmbalk op de M540 geeft op visuele wijze alarmcondities van hoge en gemiddelde prioriteit aan (zie pagina 82). De alarmbalk is echter niet actief in de volgende gevallen: – Er is alleen sprake van alarmcondities met een lage prioriteit –...
Pagina 87
Alarmen Akoestische alarmsignalen Tijdens een alarm geeft de M540 naast zichtbare OPMERKING alarmsignalen ook verschillende akoestische Normaalgesproken, klinken in een IACS-configu- alarmsignalen weer voor elke alarmprioriteit (zie ratie alleen akoestische alarmsignalen bij de pagina 85). De specifieke kenmerken van deze Cockpit niet bij de M540.
Pagina 88
Alarmen De alarmtoon aanpassen Het alarmtoonvolume bijstellen 1 Druk op de functietoets Alarmen. U kunt het volume van de alarmtoon aanpassen. 2 Druk op de knop Luidspreker volume en Stel het volume van de alarmtoon zodanig in dat selecteer het gewenste volumeniveau de toon tijdens de meest luidruchtige situaties (Uit, 10 tot 100 % in stappen van 10 %).
Pagina 89
Alarmen – De modi Privé, ECC en OK (alleen beschikbaar veerd. Deze functie kan worden geactiveerd of ge- wanneer de M540 is gekoppeld in een deactiveerd (zie pagina 177). Bij gebruik van de In- IACS-configuratie) finity MCable – Nellcor OxiMax is deze functie al- leen beschikbaar als de functie SatSeconds is –...
Pagina 90
Alarmen Standby-modus Cardiale bypass-modus Wanneer de Standby-modus is geactiveerd, De cardiale bypass-modus is alleen beschikbaar gebeurt het volgende op de M540: wanneer de M540 is gekoppeld in een IACS-confi- guratie en de Cockpit in de OK-modus staat. Wan- – Alle patiëntgegevens van de patiënt worden neer de cardiale bypass-modus is geactiveerd, ge- verwijderd van het scherm beurt het volgende op de M540:...
Pagina 91
Alarmen Het geluid van alarmen vooraf onderdrukken Druk op de gele toets op de M540. Druk nogmaals op de toets, en annuleer de geluidsonderdrukkingsstatus. Akoestische alarmsignalen pauzeren U kunt akoestische alarmsignalen gedurende Als er tijdens de actieve geluidsonderdrukkingspe- 2 minuten onderdrukken. Het volgende gebeurt riode nieuwe alarmcondities optreden, gebeurt er wanneer u akoestische alarmsignalen pauzeert: het volgende in de M540:...
Pagina 92
Alarmen Het volgende gebeurt wanneer u alarmbewaking Alarmbewaking tijdelijk pauzeren pauzeert: 1 Druk op de functietoets Alarmen. – Akoestische en zichtbare alarmsignalen voor 2 Druk op Pauze alle alarmen. nieuwe alarmcondities worden voor alle para- Zodra de periode van de alarmpauze is beëindigd, meters onderdrukt totdat de bewaking opnieuw begint.
Pagina 93
Alarmen Alarmbewaking na deactiveren De M540 brengt opnieuw akoestische en zicht- opnieuw activeren bare alarmsignalen voort wanneer er een nieu- we alarmconditie wordt gedetecteerd. 1 Druk op de functietoets Alarmen. 2 Druk op Alle alarmen uit. Alarminstellingen van een patiënt configureren Het volgende deel beschrijft de alarmkenmerken De alarminstellingen van een individuele en beschikbare instellingen voor iedere patiënt.
Pagina 94
Alarmen De functietoets Auto inst. gebruiken Met de functie Auto inst. kunt u alarmgrenzen snel aanpassen op grond van de vooraf ingestelde per- centages die in de volgende tabel worden vermeld: Parameter Bovengrens Ondergrens ≤107 % van huidige waarde ≤ 93 % van huidige waarde Ta, Tb, T1a, T1b, Tbloed ΔT, ΔT1,...
Pagina 95
Alarmen Alarmen activeren/deactiveren Archieffunctie Met uitzondering van de volgende parameters, kunt De archiveerfunctie instelling bepaald wat er ge- u de alarmfunctie voor afzonderlijke parameters beurt in reactie naar een alarmgrensovertreding. activeren of deactiveren: De beschikbare instellingen zijn: – Asystolie en ventriculaire fibrillatie (voor deze –...
Pagina 96
Alarmen Oproepen event Het dialoogvenster Event oproepen is een elektro- – Als u op de functietoets Registr. (zie pagina 43) nische opname van alarmen en events. In het dia- van de M540 drukt, terwijl de M540 ontkoppeld loogvenster Event oproepen wordt onder de vol- of draadloos op transport is.
Pagina 97
Alarmen Een momentopname van één event weergeven 20 seconden aan curve- en parametergegevens Events met opgeslagen curve en parametergege- wordt automatisch in het dialoogvenster Event op- vens worden geïdentificeerd in het dialoogvenster roepen opgeslagen onder de volgende omstandig- Event oproepen aan de hand van het label Bed heden: getimed voor handmatig opgeslagen events of de alarmstring (bijvoorbeeld, HR >...
Pagina 98
Alarmen Instelling alarmbeheer (beschermd met wachtwoord) De met wachtwoord beschermde alarminstelling is alleen toegankelijk voor geautoriseerd personeel. Voor details over beschikbare instelfuncties, zie pagina 242. De functietoets Code Als de M540 is aangesloten op de IACS kunt u een gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – reeks bewakingsfuncties activeren op de IACS Bewakingstoepassingen voor specifieke tijdens spoedeisende zorg door het selecteren van...
Pagina 99
Alarmen Alarmbereiken en standaardwaarden Parameter Alarmgrensbereik Stan- Standaardwaar- Archief stan- daardwaarden den voor onder- daard voor bovengrens grens HR volwassene Bovenste: 25 tot 300 bpm – 120 (volwassene) – 45 (volwassene) – Opsl/Reg (volwas- Stap: 5 bpm Onderste: 20 tot 295 bpm –...
Pagina 100
Alarmen Parameter Alarmgrensbereik Stan- Standaardwaar- Archief stan- daardwaarden den voor onder- daard voor bovengrens grens Bovenste: 21 tot 100 % – 100 % (volwas- 85 % sen, pedia- Stap: 1 % Onderste: 20 tot 99 % trisch) – 95 % (neona- taal) Bovenste: 1 tot 100 Stap: 1...
Pagina 101
Alarmen Parameter Alarmgrensbereik Stan- Standaardwaar- Archief stan- daardwaarden den voor onder- daard voor bovengrens grens NIBP S neonataal Bovenste: 80 mmHg 50 mmHg 11 tot 130 mmHg (10,7 kPa) (6,7 kPa) Stap: 1 mmHg 1,4 tot 17,3 kPa of 0,1 kPa Onderste: 10 tot 129 mmHg 1,3 tot 17,2 kPa...
Pagina 102
Alarmen Parameter Alarmgrensbereik Stan- Standaardwaar- Archief stan- daardwaarden den voor onder- daard voor bovengrens grens NIBP M pediatrisch Bovenste: 85 mmHg 40 mmHg 11 tot 170 mmHg (11,3 kPa) (5,3 kPa) Stap: 1 mmHg 1,4 tot 22,7 kPa of 0,1 kPa Onderste: 10 tot 169 mmHg 1,3 tot 22,6 kPa...
Pagina 103
Alarmen Parameter Alarmgrensbereik Stan- Standaardwaar- Archief stan- daardwaarden den voor onder- daard voor bovengrens grens IBP S pedia- Bovenste: – 120 mmHg – 50 mmHg trisch/neonataal –24 tot +300 mmHg (16,0 kPa) voor (6,7 kPa) voor GD1 tot 4, GD1 tot 4, Stap: –3,2 tot +40,0 kPa ART, LV...
Pagina 104
Alarmen Parameter Alarmgrensbereik Stan- Standaardwaar- Archief stan- daardwaarden den voor onder- daard voor bovengrens grens IBP M volwassene Bovenste: – 125 mmHg – 60 mmHg –24 tot +300 mmHg (16,7 kPa) voor (8,0 kPa) voor Stap: GD1 tot 4, ART GD1 tot 4, 1 mmHg –3,2 tot +40,0 kPa...
Pagina 105
Alarmen Parameter Alarmgrensbereik Stan- Standaardwaar- Archief stan- daardwaarden den voor onder- daard voor bovengrens grens IBP M neonataal Bovenste: – 85 mmHg – 40 mmHg –24 tot +300 mmHg (11,3 kPa) voor (5,3 kPa) voor Stap: GD1 tot 4, GD1 tot 4, 1 mmHg –3,2 tot +40,0 kPa ART,...
Pagina 106
Alarmen Parameter Alarmgrensbereik Stan- Standaardwaar- Archief stan- daardwaarden den voor onder- daard voor bovengrens grens etCO Bovenste: 6 tot 100 mmHg 50 mmHg 30 mmHg (6,7 kPa, 6,6 %) (4,0 kPa, 3,9 %) Stap 0,8 tot 13,3 kPa van 1 mmHg, 0,1 k 0,8 tot 13,2 % Pa of 0,1 % Onderste: 5 tot 99 mmHg...
Pagina 107
Alarmen Bereiken en standaardinstellingen voor aritmie Parameter Standaardwaarde Frequentie Telling (standaard) Fabriekswaar- alarmklasse (standaard) de alarmar- chief Hoog Niet instelbaar Niet instelbaar Opsl/Reg Hoog Niet instelbaar Niet instelbaar Opsl/Reg ≥100 tot 200 (≥120) ≥5 tot 15 (≥ 0) VTACH Hoog Opsl/Reg Stappen van 10 Stappen van 1...
Pagina 108
Deze pagina is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – M540 patiëntmonitor VG2...
Pagina 109
ECG, aritmie en ST-segment ECG, aritmie en ST-segment Overzicht van ECG- en Bewaking met 12 afleidingen ... . 120 hartslagbewaking ..... . 111 Toegang tot het dialoogvenster ECG .
Pagina 110
ECG, aritmie en ST-segment ST-meetpunten ......137 Bijstellen van ST-meetpunten ... . . 137 ST-referentie .
Pagina 111
ECG, aritmie en ST-segment Overzicht van ECG- en hartslagbewaking De M540 berekent de hartslag en geeft deze weer, Tijdens dual-channel-verwerking wordt er aan elk identificeert pacemaker-hartslagen, meldt aritmie- kanaal een waarde toegewezen op grond van het condities en meet ST-afwijkingen. ECG- en hart- artefactniveau van het kanaal.
Pagina 112
ECG, aritmie en ST-segment Voorzorgsmaatregelen voor ECG Raadpleeg de volgende paragrafen voor alge- WAARSCHUWING mene voorzorgsmaatregelen: Om letsel bij de patiënt te voorkomen, moet – ’Veilige aansluiting op andere elektrische appa- u ook de timing van de QRS-synchronisatie- ratuur’ op pagina 8 puls controleren voordat u een cardioversie probeert met de Infinity MCable –...
Pagina 113
ECG, aritmie en ST-segment De leadset aansluiten voor ECG-bewaking met 12 afleidingen 1 Plaats de 6-afleiding kabelset (B) en de 4-aflei- OPMERKING ding kabelset (C) in de verzonken ECG-connec- Bij gebruik van een 12-afleiding ECG-kabelset tor (A) op de zijkant van de M540. waarbij de leadkabels zijn gehaspeld, wordt u aangeraden de 6-afleiding kabelset in dezelfde richting te laten draaien als de 4-afleiding kabel-...
Pagina 114
ECG, aritmie en ST-segment De leadkabels voor neonatale ECG-bewaking aansluiten 1 Plaats de ECG-adapterkabel (B) in de 2 Breng de spacer (C) aan om de ongebruikte verzonken aangebrachte ECG-connector (A) ECG-afleiding-pennen op de M540 op de zijkant van de M540. te beschermen.
Pagina 115
ECG, aritmie en ST-segment Voorbereiding van de patiënt op ECG-bewaking Elektrochirurgie De volgende tips zorgen voor optimale resultaten van de ECG-bewaking, maar mogen niet worden gebruikt ter vervanging van door het ziekenhuis Geïntegreerde ESU-onderdrukking verbetert de goedgekeurde praktijken of aanbevelingen van prestaties van de monitor tijdens elektrochirurgie, de fabrikant.
Pagina 116
ECG, aritmie en ST-segment ECG-weergave De M540-weergave op de ECG bestaat uit: ECG-curven – ECG-parameter box De ECG-curve bevat de volgende elementen: – ECG-curven – Dialoogvenster Alle afleidingen tonen met maximaal 12 afleidingen Het ECG-parameterveld ziet er anders uit wanneer u aritmiebewaking activeert.
Pagina 117
ECG, aritmie en ST-segment ECG-elektrodekleuren Elektroden zijn gelabeld en met kleuren gecodeerd conform IEC en AHA, zoals vermeld in de volgende tabel. AHA/US Geel Zwart Groen Rood Rood C/C2 Wit/wit en geel V/V2 Bruin/bruin en geel Zwart Groen C+/C5 Grijs en wit/wit en zwart V+/V5 Grijs en bruin/bruin en oranje Wit en paars...
Pagina 118
ECG, aritmie en ST-segment Standaardconfiguratie, vijf elektroden (IEC/AHA) Pacemakerconfiguratie, vijf elektroden (IEC/AHA) Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – M540 patiëntmonitor VG2...
Pagina 119
ECG, aritmie en ST-segment Standaardconfiguratie, zes elektroden (IEC/AHA) 12-afleidingenconfiguratie, tien elektroden voor 12-afleidingen Rust-ECG-bewaking (AHA) Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – M540 patiëntmonitor VG2...
Pagina 120
ECG, aritmie en ST-segment 12-afleidingenconfiguratie, tien elektroden voor 12-afleidingen Rust-ECG-bewaking (IEC) Bewaking met 12 afleidingen Standaardbewaking met 12 afleidingen is leerd. TruST is beschikbaar in de modus voor vol- alleen beschikbaar wanneer u een leadset wassen en pediatrische patiënten, maar niet in de met 6 afleidingen en een leadset met 4 afleidingen modus voor neonatale patiënten.
Pagina 121
ECG, aritmie en ST-segment Instelfuncties voor ECG-parameters Alle instelfuncties voor ECG-parameters zijn te vin- Het dialoogvenster Limieten bevat de knoppen den in het ECG-dialoogvenster (zie pagina 120). Auto inst. en Alarm voor het configureren van de alarmfuncties. Zie "Alarminstellingen van een pa- tiënt configureren"...
Pagina 122
ECG, aritmie en ST-segment Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving HR bron – ECG (standaard) – hiermee wordt de hartslag Hiermee wordt een andere afgeleid van het ECG-signaal. bron voor de hartfrequentie ge- selecteerd wanneer het – ART – hiermee wordt de hartfrequentie ECG-kanaal niet beschikbaar afgeleid van het slagaderdruksignaal.
Pagina 123
ECG, aritmie en ST-segment Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Instellingen – pagina ECG 2 Pacemaker – Aan (standaard) Hiermee wordt ingesteld of detectie pacemakerimpulsen worden – Uit – het bericht Pacemaker uit wordt weer- gedetecteerd. Zie "Modus Pa- gegeven in het curvekanaal cerfusie"...
Pagina 124
ECG, aritmie en ST-segment Gepacete patiënten bewaken Wanneer pacemakerdetectie is geactiveerd, Wanneer pacemaker-detectie wordt gedeacti- worden op de M540 de volgende specificaties veerd, verschijnt het bericht Pacemaker uit in gebruikt om een puls te identificeren als een het bovenste ECG-kanaal. pacemakerpuls: Volg de richtlijnen op pagina 127 om de pacema- ): ±2 tot ±...
Pagina 125
ECG, aritmie en ST-segment Voorzorgsmaatregelen bij pacemakers De M540 is getest op de detectie van pacemaker- WAARSCHUWING pulsen. Het is echter onmogelijk alle klinisch moge- Houd pacemakerpatiënten altijd onder bewa- lijke curvekenmerken te anticiperen. Voor een ge- king en bewaak hun vitale tekens zorgvuldig. pacete patiënt, kan het daarom gebeuren dat de –...
Pagina 126
ECG, aritmie en ST-segment dient u de elektroden te verplaatsen totdat de LET OP blauwe spikes in de curve verdwijnen omdat deze Pacemakerdetectie in de modus Fusie is niet be- niet zijn gerelateerd aan reële pacemakerimpulsen. doeld voor gebruik met breedsignaal-, unipolaire pacemakers.
Pagina 127
ECG, aritmie en ST-segment Pacemakerverwerking optimaliseren U kunt interferentie minimaliseren en het verkrijgen 3 Druk op ECG-filter tot het schakelt naar van ECG-signalen en verwerken voor patiënten Monitor of Uit en bepaal welke instelling met een pacemaker optimaliseren. het duidelijkste signaal levert. 4 Druk op X om het dialoogvenster te sluiten.
Pagina 128
ECG, aritmie en ST-segment Aritmie-afleidingen selecteren Aritmie-afleidingen selecteren Voor een precieze aritmiebewaking is het essenti- eel de juiste afleiding te selecteren. Het is ideaal 1 Tip het parametervak voor hartfrequentie om de twee beste ECG-afleidingen toe te wijzen als aan om het dialoogvenster ECG direct te afleidingen om aritmie te bewaken.
Pagina 129
ECG, aritmie en ST-segment Aritmiemodi Als aritmiebewaking is geactiveerd, bepaalt de ge- In de volgende tabel wordt vermeld welke aritmie- selecteerde aritmiemodus (elementair of geavan- events met elke bewakingsmodus worden gemeld. ceerd) hoeveel events er worden bewaakt. Wan- neer de alarminstelling ASY/VF is ingesteld op Altijd aan worden asystolie- en ventriculaire fibril- latie-events nog steeds gerapporteerd, zelfs wan- neer aritmiebewaking is gedeactiveerd.
Pagina 130
ECG, aritmie en ST-segment Geavanceerde aritmiebewakingsmodus (de volgende extra events worden gedetecteerd) Ventriculaire Sequentie van hartslag met het patroon: normaal, PVC, normaal, PVC, bigeminie normaal. TACH Tachycardie N of meer opeenvolgende normale hartslagen, met een beat-to-beat 2) 4) frequentie ≥ TACH-frequentie-instelling. PAUSE Pauze Sequentie van twee of meer hartslagen geklasseerd als normaal...
Pagina 131
ECG, aritmie en ST-segment Aritmieweergave Basisparameterveld aritmie Wanneer aritmiebewaking is geactiveerd, verschij- nen er aritmie events in de hartfrequentie parame- terbox. Als het parametervak voor hartfrequentie wordt weergegeven en aritmiebewaking is ingeschakeld, Wanneer aritmiebewaking is uitgeschakeld (zie verschijnen alle aritmiewaarden en labels in het pa- pagina 130) en ten minste één ECG-curve wordt rametervak voor hartfrequentie.
Pagina 132
ECG, aritmie en ST-segment Toegang verkrijgen tot het dialoogvenster Aritmie 1 Tip het parametervak voor hartfrequentie aan. of, als de parameter wordt niet weergegeven 2 Druk op de tab Instellingen. 1 Druk op een willekeurig parametervak > tab Instellingen > Parameter wijzigen. 3 Druk op de tab ARR.
Pagina 133
ECG, aritmie en ST-segment Bewaken van ST, overzicht Met ST-analyse worden normale QRS-complexen A Vast punt van maximaal 12 ECG-afleidingen onderzocht. De B ST-niveau M540 "leert" elke ST-afleiding, combineert de me- tingen in een gemiddeld QRS-complex en leidt de C ST-meetpunt ST-segmentafwijking af.
Pagina 134
ECG, aritmie en ST-segment TruST-bewaking met 12 afleidingen Deze functie biedt real-time evaluatie TruST-bewaking is geactiveerd, is de V-afleiding van 12 ST-segmentafwijkingen met slechts zes standaard gelijk aan V2 en de V+-afleidingen stan- elektroden, die acht gemeten ECG-afleidingen daard gelijk aan V5. Hoewel u afgeleide afleidingen en vier afgeleide borstwand-afleidingen opleveren.
Pagina 135
ECG, aritmie en ST-segment ST-weergave Wanneer de ST-alarmen zijn ingeschakeld, alar- Het ST-parameterveld bevat de volgende meert de M540 voor alle ST-afleidingen, ongeacht elementen: of deze worden weergegeven. In beide gevallen knippert het ST-parameterveld en wordt de aflei- ding die alarm slaat in de kopbalk geïdentificeerd. Wanneer ST-bewaking is geactiveerd, worden de huidige ST-waarden in een apart parameterveld weergegeven.
Pagina 136
ECG, aritmie en ST-segment Dialoogvensters ST-complex Inzoomen op een enkel ST-complex Het aantal weergegeven ST-complexen hangt af van de aangesloten leadset. U kunt alle ST-complexen bekijken of inzoomen op een enkel In het volgende diagram ziet u één ST-complex ST-complex om het in groter detail weer te geven. wanneer u inzoomt op één ST-complex.
Pagina 137
ECG, aritmie en ST-segment ST-meetpunten U kunt de ST-meetpunten en het iso-elektrisch De ST-meetpunten wijzigen punt veranderen vanuit het enkele dialoogvenster 1 Druk op het ST-parametervak om direct toe- ST-complex. De instellingsknoppen voor het veran- gang te krijgen tot het ST-dialoogvenster. deren van de meetpunten zijn geplaatst aan de lin- kerkant van het scherm.
Pagina 138
ECG, aritmie en ST-segment Toegang tot het ST-dialoogvenster 1 Druk op het ST-parametervak. of, als de parameter wordt niet weergegeven 2 Druk op de tab Instellingen. 1 Druk op een willekeurig parametervak > tab Instellingen > Parameter wijzigen. 2 Druk op het gewenste parameterlabel om dit weer te geven op het hoofdscherm.
Pagina 139
ECG, aritmie en ST-segment Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving ST afleiding 1 – Drie elektroden STI, STII, STIII Hiermee wordt een ST-afleiding geselecteerd voor analyse en ST afleiding 2 – Vijf elektroden STI, STII, STIII, STaVR, weergave. STaVL, STaVF, STV – Zes elektroden STI, STII, STIII, STaVR, STaVL, STaVF, STV, STV+ –...
Pagina 140
ECG, aritmie en ST-segment Leren/herleren QRS-patroon Handmatig herleren De M540 maakt een referentiesjabloon door het dominante QRS-patroon van een patiënt te leren. De referentiesjabloon wordt opgeslagen. Alle vol- Herleer het QRS-patroon van een patiënt wanneer: gende hartslagen en ritmes worden hiermee verge- –...
Pagina 141
Impedantierespiratie (RRi) Impedantierespiratie (RRi) Overzicht van respiratiebewaking ..142 Ondersteunde parameters ....142 RRi voorzorgsmaatregelen ....142 Aansluiten van de 3-, 5-, 6-afleiding kabelsets voor respiratiebewaking.
Pagina 142
Impedantierespiratie (RRi) Overzicht van respiratiebewaking De M540 meet impedantierespiratie door onscha- De bewakingsfuncties voor de ademhaling zijn con- delijke hogefrequentiestroom tussen twee figureerbaar in het parameterspecifieke dialoog- ECG-elektroden over de borst van de patiënt te la- venster (zie pagina 148). ten lopen.
Pagina 143
Impedantierespiratie (RRi) Aansluiten van de 3-, 5-, 6-afleiding kabelsets voor respiratiebewaking 1 Plaats de leadset met 3, 5 of 6 afleidingen (B) OPMERKING in de verzonken ECG-connector (A) op de zij- Een ECG-leadset kan zich in de ECG-connector kant van de M540. van de M540 bevinden zonder daadwerkelijk te zijn aangesloten.
Pagina 144
Impedantierespiratie (RRi) De leadset aansluiten voor respiratiebewaking met 12 afleidingen 1 Plaats de 6-afleiding kabelset (B) en OPMERKING de 4-lafleiding kabelset (C) in de verzonken Bij gebruik van een 12-afleiding ECG-kabelset, ECG-connector (A) op de zijkant van de M540. waarbij de leadkabels zijn gehaspeld, wordt u aangeraden de 6-afleiding kabelset in dezelfde richting te laten draaien als de 4-afleiding kabel- set, om artefacten te voorkomen.
Pagina 145
Impedantierespiratie (RRi) De afleiding-kabels voor neonatale respiratiebewaking aansluiten 1 Plaats de ECG-adapterkabel in de verzonken OPMERKING aangebrachte ECG-connector (A) aan de zij- Een ECG-leadset kan zich in de ECG-connector kant van de M540. van de M540 bevinden zonder daadwerkelijk te zijn aangesloten.
Pagina 146
Impedantierespiratie (RRi) – Voor volwassen en pediatrische patiënten – Voor neonaten plaatst u de (A)- en LA-elektro- plaatst u de elektroden zodanig dat ze de maxi- den bij de lijn halverwege de oksel. Plaats de male uitzetting en samentrekking van de longen LL-elektrode onder het diafragma en de navel.
Pagina 147
Impedantierespiratie (RRi) Respiratiedisplay respiratie markeringen De ademhalingsweergave op de M540 bestaat uit: – Parametervak voor ademhaling In het volgende diagram ziet u hoe met witte, – Ademhalingscurve verticale markeringen in de ademhalingscurve elke gedetecteerde ademhaling kan worden geëdentificeerd. Parametervak voor respiratie Het ademhalingsparametervak bevat de volgende elementen: Als een M540 zich in een IACS-configuratie be-...
Pagina 148
Impedantierespiratie (RRi) Modi voor meting van respiratie De volgende modi voor ademhalingsmeting zijn be- Zie pagina 149 om de gewenste ademhalingsmo- schikbaar: dus te selecteren. – Auto (standaard) – geschikt voor patiënten met WAARSCHUWING regelmatige ademhalingspatronen. Hiervoor Als u de grootte van de ademhalingscurve in wordt de optimale waarde voor ademhalingsde- de modus Handmatig te laag instelt, worden tectie gebruikt zoals berekend aan het begin...
Pagina 149
Impedantierespiratie (RRi) Instelfuncties voor respiratie parameters Alle instelfuncties voor ademhalingsparameters Het dialoogvenster Limieten bevat de knoppen zijn te vinden in het dialoogvenster Ademhaling Auto inst. en Alarm voor het configureren van de (zie "Toegang verkrijgen tot het dialoogvenster alarmfuncties. Zie "Alarminstellingen van een pa- respiratie"...
Pagina 150
Impedantierespiratie (RRi) Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving HR=RR Aan, Uit (standaard) Bepaalt of u wordt gealarmeerd wanneer de ademhalingssnel- heid binnen 20 % valt van de hartslag, wat een indicatie is dat de M540 hartslagen telt als ademhaling. Kleur Rood, Wit, Geel, Groen, Licht blauw Bepaalt de kleur van de curven, (standaard), Blauw, Paars, Oranje de parameterlabels en waarden.
Pagina 151
- en Pulse CO-Ox-bewaking Masimo SET MCable - en Pulse CO-Ox-bewaking Masimo SET MCable Overzicht van SpO -bewaking ... 152 Ondersteunde parameters ....152 Voorzorgsmaatregelen voor SpO Pulse CO-Ox .
Pagina 152
- en Pulse CO-Ox-bewaking Masimo SET MCable Overzicht van SpO -bewaking - en Pulse CO-Ox-bewaking is alleen mogelijk - en Pulse CO-Ox-metingen zijn voor volwas- met de overeenkomstige SpO MCable. De volgen- sen, pediatrische en neonatale patiënten (met de de hardware is verkrijgbaar voor de bewaking van volgende uitzonderingen).
Pagina 153
- en Pulse CO-Ox-bewaking Masimo SET MCable Standaardparameterset Er zijn drie typen sensoren beschikbaar voor de Masimo Rainbow SET MCable. De beschikbaar- De Infinity MCable – Masimo SET en de Infinity heid van de parameters is afhankelijk van het gese- MCable –...
Pagina 154
- en Pulse CO-Ox-bewaking Masimo SET MCable Voorzorgsmaatregelen voor SpO en Pulse CO-Ox Hinderlijke substanties: carboxyhemoglobine kan WAARSCHUWING de meetwaarden ten onrechte verhogen. De om- Verhoogde methemoglobineniveaus (MetHb) vang van de toename is ongeveer gelijk aan de kunnen leiden tot onnauwkeurige SpO - en hoeveelheid aanwezig carboxyhemoglobine.
Pagina 155
- en Pulse CO-Ox-bewaking Masimo SET MCable LET OP OPMERKING Bij gebruik van de maximale gevoeligheidsinstel- Aankoop van dit apparaat verleent geen uitdruk- ling, kunnen de prestaties van de 'sensor uit'-de- kelijke of stilzwijgende licentie in het kader van tectie nadelig worden beïnvloed. Als het apparaat een Masimo patent voor het gebruik van dit instru- op deze manier is ingesteld en de sensor raakt los ment met een oxymetriesensor die niet is gefabri-...
Pagina 156
- en Pulse CO-Ox-bewaking Masimo SET MCable De Masimo SET MCable aansluiten De Masimo SET MCable wordt direct aangesloten op de M540. Het logo op de MCable geeft aan of u een Masimo rainbow SET of een Masimo SET MCable gebruikt. De Masimo SET MCable aansluiten 1 Sluit de Masimo SET MCable (B) aan op de blauwe SpO...
Pagina 157
- en Pulse CO-Ox-bewaking Masimo SET MCable De Masimo Rainbow SET MCable aansluiten De Masimo Rainbow SET MCable wordt direct aangesloten op de M540. Het logo op de MCable geeft aan of u een Masimo rainbow SET of een Ma- simo SET MCable gebruikt.
Pagina 158
- en Pulse CO-Ox-bewaking Masimo SET MCable Patiëntvoorbereiding De volgende tips leiden tot optimale worden bewaakt, zoals gewone ziekenzalen. Het is -bewakingsresultaten. Volg echter primair ontworpen gegevens op de meetplek te interprete- de ziekenhuisrichtlijnen en/of aanbevelingen van ren en weer te geven als het signaal zwak is we- de fabrikant.
Pagina 159
- en Pulse CO-Ox-bewaking Masimo SET MCable De sensor aanbrengen 1 Selecteer de grootte en het type sensor dat het best geschikt is voor uw patiënt. Volg de aanbe- velingen van de fabrikant. 2 Positioneer de sensor op de juiste plaats en be- vestig deze op de patiënt.
Pagina 160
- en Pulse CO-Ox-bewaking Masimo SET MCable -parametervak (Masimo SET MCable) Pulse CO-Ox-parametervak (Masimo Rainbow SET MCable) Het SpO -parametervak bevat de volgende ele- menten: Het Pulse CO-Ox-parametervak verschijnt in aan- vulling op het normale SpO -parametervak als er een Masimo Rainbow SET MCable is aangesloten die parameters ondersteunt naast de standaardpa- rameterset (SpO , PLS, PI).
Pagina 161
- en Pulse CO-Ox-bewaking Masimo SET MCable Het Pulse CO-Ox-parametervak bevat de volgende A Parameter 1 Pulse CO-Ox-label elementen: B Meeteenheid parameter 1 C Bovenste/onderste alarmgrenzen of doorge- kruiste driehoeksymbolen wanneer alarmen zijn gedeactiveerd (voor de parameters SpOC zijn er geen alarmgrenzen) D Parameter 2 Pulse CO-Ox-label E Parameter 2 Pulse CO-Ox-waarde F Parameter 3 Pulse CO-Ox-waarde...
Pagina 162
- en Pulse CO-Ox-bewaking Masimo SET MCable Instelfuncties voor SpO -parameters Alle instelfuncties voor SpO -parameters zijn te vin- Het dialoogvenster Limieten bevat de knoppen den in het SpO -dialoogvenster (zie "Toegang tot Auto inst. en Alarm voor het configureren van de het SpO2-dialoogvenster"...
Pagina 163
- en Pulse CO-Ox-bewaking Masimo SET MCable Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Sensitivity – Normaal (standaard) – standaardmodus Hiermee wordt het niveau van de modus detectiegevoeligheid ingesteld. – APOD (adaptive probe off detection) – de minst gevoelige modus om een aflezing te detecteren bij patiënten met een lage perfu- sie.
Pagina 164
- en Pulse CO-Ox-bewaking Masimo SET MCable Toegang tot het Pulse CO-Ox-dialoogvenster General Masimo rainbow SET-instelfuncties vin- 1 Druk op een willekeurig parametervak > tab den plaats in het SpO - en Pulse CO-Ox-dialoog- Instellingen > Parameter wijzigen. venster. 2 Druk op het gewenste parameterlabel om dit Ga als volgt te werk als u toegang wilt krijgen tot het weer te geven op het hoofdscherm.
Pagina 165
- en Pulse CO-Ox-bewaking Masimo SET MCable Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Pulse CO-Ox 1 SpHb (standaard), SpOC, SpMet, Hiermee wordt de parameter geselec- SpCO, PVI teerd voor de parameter 1-locatie in het Pulse CO-Ox-parametervak. De gekoppelde parameterlabel en -waar- de hebben het grootste lettertype. Met een Hb-sensor is de standaard- parameter SpHb.
Pagina 166
- en Pulse CO-Ox-bewaking Masimo SET MCable Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Pulse CO-Ox 3 SpHb , SpOC, SpMet, SpCO, PVI (stan- Hiermee wordt de parameter geselec- daard) teerd voor de parameter 3-locatie in het Pulse CO-Ox-parametervak. PVI is de standaardparameter voor de parameter 3-locatie in het parameter- vak voor CO- en Hb-sensoren.
Pagina 167
- en Pulse CO-Ox-bewaking Masimo SET MCable Met een wachtwoord beveiligde Masimo rainbow SET-instelfuncties Aanvullende Masimo rainbow SET-instelfuncties vinden plaats op de pagina Instellingen 2, die is beveiligd met een klinisch wachtwoord. Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving SpHb Kal Arterieel (standaard), Veneus Hiermee selecteert u de bloed- afnamebron die wordt gebruikt voor het berekenen van de...
Pagina 168
Deze pagina is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – M540 patiëntmonitor VG2...
Pagina 169
Bewaking van SpO en pulsfrequentie met Nellcor OxiMax MCable Bewaking van SpO en pulsfrequentie met Nellcor OxiMax MCable Overzicht van SpO -bewaking ... 170 Ondersteunde parameters ....170 voorzorgsmaatregelen .
Pagina 170
Bewaking van SpO en pulsfrequentie met Nellcor OxiMax MCable Overzicht van SpO -bewaking -bewaking is alleen mogelijk met een SpO De SpO -bewakingsfuncties zijn configureerbaar MCable. De M540 gebruikt de Infinity MCable – in het parameterspecifieke dialoogvenster Nellcor OxiMax (Nellcor OxiMax MCable) om het (zie pagina 176).
Pagina 171
Bewaking van SpO en pulsfrequentie met Nellcor OxiMax MCable voorzorgsmaatregelen Storende substanties: carboxyhemoglobine kan de LET OP meetwaarden ten onrechte verhogen. De omvang Dompel de sensor of patiëntkabel niet onder van de toename is ongeveer gelijk aan de hoeveel- in vloeistoffen. Vocht kan een veiligheidsrisico heid aanwezig carboxyhemoglobine.
Pagina 172
Bewaking van SpO en pulsfrequentie met Nellcor OxiMax MCable De Nellcor OxiMax MCable aansluiten De Nellcor OxiMax MCable wordt direct aangeslo- ten op de M540. De Nellcor OxiMax MCable aansluiten Sluit de Nellcor OxiMax MCable (B) aan op de blau- we SpO -connector (A) van de M540.
Pagina 173
Bewaking van SpO en pulsfrequentie met Nellcor OxiMax MCable Voorbereiding van de patiënt op SpO -bewaking De sensor aanbrengen De volgende tips leiden tot optimale -bewakingsresultaten. Volg echter primair de ziekenhuisrichtlijnen en/of aanbevelingen van Als u een herbruikbare sensor gebruikt, moet u er- de fabrikant.
Pagina 174
Bewaking van SpO en pulsfrequentie met Nellcor OxiMax MCable -display De SpO -weergave op de M540 bestaat uit: Het SpO -parametervak bevat de volgende ele- menten: – SpO -parametervak – SpO pols plethysmografie golfvorm OPMERKING De curve van het pulsplethysmogram is direct evenredig met de sterkte van de pulsamplitude.
Pagina 175
Bewaking van SpO en pulsfrequentie met Nellcor OxiMax MCable Toegang tot het SpO -dialoogvenster 1 Druk op het SpO -parametervak. of, als de parameter wordt niet weergegeven 2 Druk op de tab Instellingen. 1 Druk op een willekeurig parametervak > tab Instellingen >...
Pagina 176
Bewaking van SpO en pulsfrequentie met Nellcor OxiMax MCable Instelfuncties voor SpO -parameters Alle instelfuncties voor SpO -parameters zijn te vin- Het dialoogvenster Limieten bevat de knoppen den in het SpO -dialoogvenster (zie "Toegang tot Auto inst. en Alarm voor het configureren van het SpO2-dialoogvenster"...
Pagina 177
Bewaking van SpO en pulsfrequentie met Nellcor OxiMax MCable Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving SatSeconds Uit (standaard), 10, 25, 50, 100 Met deze functie worden desatu- ratieevents geanalyseerd door de duur ervan (in seconden) te vermenigvuldigen met het aantal percentagepunten waarmee de patiënt de alarmgrens over- schrijdt.
Pagina 178
Deze pagina is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – M540 patiëntmonitor VG2...
Pagina 179
Temperatuur Temperatuur Overzicht van temperatuurbewaking ..180 Ondersteunde parameters ....180 De temperatuursondes aansluiten ..180 De temperatuursondes aansluiten op de M540.
Pagina 180
Temperatuur Overzicht van temperatuurbewaking De M540 meet en toont de volgende temperatuur- De temperatuurbewakingsfuncties zijn configureer- waarden: baar in het parameter-specifiek dialoogvenster (zie pagina 184). – Temperatuur van lichaamsoppervlak Raadpleeg de paragraaf "Voor de veiligheid van – Inwendige temperatuur u en uw patiënten" op pagina 5 voordat u bewa- Temperatuurbewaking is bedoeld voor volwassen, kingsfuncties uitvoert.
Pagina 181
Temperatuur De temperatuursondes aansluiten op de M540 U kunt één sonde of twee sondes rechtstreeks op de M540 aansluiten via de dubbele tempera- tuuradapterkabel. Met de dubbele temperatuurson- dekabel worden twee temperaturen tegelijkertijd bewaakt. Twee temperatuursondes aansluiten 1 Sluit de temperatuursondes (D) aan op de con- nectors en (C) van de dubbele temperatuur- adapterkabel.
Pagina 182
Temperatuur De temperatuursondes aansluiten op de hemodynamische pods U kunt één temperatuursonde aansluiten op de vol- Temperatuurkabels aansluiten op de gende apparaten: Hemo2-pod en de Hemo4-pod – Hemo4-pod 1 Sluit de temperatuursondeconnectors (E) aan op de Temp A-connector (H) en/of op de Temp –...
Pagina 183
Temperatuur Temperatuurweergave Temperatuurparameterbox Op de M540 bestaat de temperatuurweergave uit een parametervak. U kunt selecteren welke tempe- ratuurwaarden in het parametervak worden weer- Het onderstaande diagram toont een temperatuur- gegeven (zie pagina 184). parametervak. Wanneer de dubbele temperatuurkabel is aange- sloten, worden in het parametervak de overeen- komstige temperatuurwaarden (bijvoorbeeld Ta en Tb) of één directe en één berekende deltawaar-...
Pagina 184
Temperatuur Toegang verkrijgen tot het dialoogvenster Temperatuur 1 Druk op het parametervak voor temperatuur. of, als de parameter wordt niet weergegeven 2 Druk op de tab Instellingen. 1 Druk op een willekeurig parametervak > tab Instellingen > Parameter wijzigen. 2 Druk op het gewenste parameterlabel om dit weer te geven op het hoofdscherm.
Pagina 185
Niet-invasieve bloeddruk (NIBP) Niet-invasieve bloeddruk (NIBP) Overzicht van niet-invasieve bloeddrukbewaking ....186 Ondersteunde parameters ....186 Voorzorgsmaatregelen bij niet-invasieve bloeddruk .
Pagina 186
Niet-invasieve bloeddruk (NIBP) Overzicht van niet-invasieve bloeddrukbewaking De M540 gebruikt de oscillometrische methode om De niet-invasieve bloeddrukbewakingsfuncties niet-invasieve bloeddruk (NIBP)-signalen te verkrij- kunnen worden geconfigureerd op de pagina voor gen en te verwerken. parameterspecifieke instellingen (zie pagina 194). Niet-invasieve bloeddrukmetingen zijn bedoeld Raadpleeg de paragraaf "Voor de veiligheid van voor volwassen, pediatrische en neonatale u en uw patiënten"...
Pagina 187
Niet-invasieve bloeddruk (NIBP) Voorzorgsmaatregelen bij niet-invasieve bloeddruk WAARSCHUWING WAARSCHUWING Snelle, langdurige cycling van niet-invasieve Sluit nooit pneumatische connectoren aan op drukmetingen zijn soms in verband gebracht een intravasculair systeem om de kans op het met petechia, ischemie, purpura of neuropa- pompen van lucht in de bloedvaten van de pa- thie.
Pagina 188
Niet-invasieve bloeddruk (NIBP) De niet-invasieve bloeddrukslang en -manchet aansluiten Het onderstaande diagram toont waar de niet-inva- sieve bloeddrukslang is aangesloten op de NIBP-slangconnector (A) aan de kant van de M540. De niet-invasieve bloeddrukslang en -manchet aansluiten 1 Kies een maat voor een niet-invasieve bloed- drukmanchet (D) die geschikt is voor de patiënt.
Pagina 189
Niet-invasieve bloeddruk (NIBP) Voorbereiding van de patiënt op niet-invasieve bloeddrukbewaking De volgende tips leiden tot optimale resultaten van Het onderstaande diagram verbeeldt een typische de niet-invasieve bloeddrukbewaking, maar mogen Dräger-manchet. niet worden gebruikt ter vervanging van door het ziekenhuis goedgekeurde praktijken of aanbevelin- gen van de fabrikant.
Pagina 190
Niet-invasieve bloeddruk (NIBP) Niet-invasieve bloeddrukweergave Het parameterveld voor niet-invasieve bloeddruk Het parametervak voor niet-invasieve bloeddruk geeft de laatste aflezingen voor gemiddelde, systo- bevat de volgende elementen: lische en diastolische druk (in mmHg of kPa) weer. De weergave van de parametervakken voor niet-in- vasieve bloeddruk hangt af van de geselecteerde niet-invasieve bloeddrukmodus (zie pagina 191).
Pagina 191
Niet-invasieve bloeddruk (NIBP) Meetmodi niet-invasieve bloeddruk Modus Enkele meting WAARSCHUWING Druk op de vaste NIBP-start/stop-toets om de In de modus Enkele meting kunt u op elk gewenst manchet snel te laten leeglopen als er zich bij moment een meting starten. U kunt een enkele me- de patiënt een probleem voordoet.
Pagina 192
Niet-invasieve bloeddruk (NIBP) Intervalmetingen zijn niet mogelijk in de: Een 10 seconde (±1 seconde) minimale interval tussen het einde van één meting en de start – Veneuze stagnatie modus - de metingen starten van een andere levert minimale perfusie van het meteen nadat de manchet zich leegt.
Pagina 193
Niet-invasieve bloeddruk (NIBP) Veneuze stase Veneuze stase activeren of deactiveren Door een constante manchetdruk te handhaven, onderbreekt de M540 de bloedcirculatie naar het onderste uiteinde van het ledemaat met de man- OPMERKING chet lang genoeg om de patiënt te cannuleren. In Zorg ervoor dat de continue modus is uitgescha- deze modus sluit de manchet een ledemaat af voor keld (zie pagina 194) omdat u anders de modus...
Pagina 194
Niet-invasieve bloeddruk (NIBP) Toegang krijgen tot het dialoogvenster voor niet-invasieve bloeddruk 1 Druk op het NIBP-parametervak. of, als de parameter wordt niet weergegeven 2 Druk op de tab Instellingen. 1 Druk op een willekeurig parametervak > tab Instellingen > Parameter wijzigen. 2 Druk op het gewenste parameterlabel om dit weer te geven op het hoofdscherm.
Pagina 195
Niet-invasieve bloeddruk (NIBP) Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Kleur Rood, Wit (standaard), Geel, Groen, Licht Hiermee wordt de kleur van blauw, Blauw, Paars, Oranje de parameterlabels en waarden ingesteld. Parameter wijzigen Een lijst van op dit moment verkrijgbare Verandert het parametervak naar parameters.
Pagina 196
Deze pagina is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – M540 patiëntmonitor VG2...
Pagina 197
Invasieve bloeddruk (IBP) Invasieve bloeddruk (IBP) Overzicht van invasieve Pulmonale wedgedruk ....209 bloeddrukbewaking ....198 Toegang krijgen tot het dialoogvenster Ondersteunde parameters .
Pagina 198
Invasieve bloeddruk (IBP) Overzicht van invasieve bloeddrukbewaking De M540 verzamelt, verwerkt en geeft invasieve – Infinity MPod – Quad Hemo bloeddruksignalen weer. Er zijn diverse pods (MPod – QuadHemo) beschikbaar om invasieve druk te bewaken. – Infinity MCable – Dual Hemo Als u meer dan twee drukken wilt meten, hebt (Dual Hemo MCable) u de optie Multi-IBP nodig.
Pagina 199
Invasieve bloeddruk (IBP) Hemo2-pod MPod – QuadHemo Met deze pod worden maximaal twee drukwaar- Met deze pod worden vier drukwaarden, de hart- den, de hartfunctie en de temperatuur gemeten. functie en de temperatuur gemeten. F SmartZero-toets voor het tegelijkertijd op nul in- A SmartZero-toets voor het tegelijkertijd op nul in- stellen van alle drukwaarden (zie pagina 207) stellen van alle drukwaarden (zie pagina 207)
Pagina 200
Invasieve bloeddruk (IBP) Dual Hemo MCable A Dual Hemo MCable-connector die direct aan- sluit op de M540. Deze Dual Hemo MCable meet maximaal twee drukwaarden. B Verbindingskabels voor het aansluiten van de transducers. Voorzorgsmaatregelen bij invasieve bloeddruk WAARSCHUWING Gebruik een transducer voor eenmalig gebruik nooit opnieuw om patiëntletsel te voorkomen.
Pagina 201
Invasieve bloeddruk (IBP) De Hemo4- en Hemo2-pods aansluiten De Hemo4 en Hemo2-pods worden direct aange- De Hemo4- en Hemo2-pod aansluiten sloten op de M540. In het volgende diagram wordt 1 Sluit de adapter voor invasieve getoond waar de grijze hemo-connector (A) zich op bloeddruk (G) aan op de onderkant de zijkant van de M540 bevindt.
Pagina 202
Invasieve bloeddruk (IBP) De MPod – QuadHemo aansluiten De MPod – QuadHemo wordt direct aangesloten op de M540. De MPod – QuadHemo aansluiten 1 Sluit één uiteinde van de verbindingskabel (C) aan op de connector aan de rechterkant van de MPod – QuadHemo (B). 2 Sluit het andere uiteinde van de verbindingska- bel (E) aan op de grijze Hemo-connector van de M540 (A).
Pagina 203
Invasieve bloeddruk (IBP) De Dual Hemo MCable aansluiten Het binnendringen van vloeistof De Dual Hemo MCable wordt direct aangesloten op de M540. voorkomen In de volgende afbeelding zie u hoe de Dual Hemo De Dual Hemo MCable aansluiten MCable moet worden geplaatst om te voorkomen 1 Sluit de transducers (D) aan op de transduce- dat er vloeistof komt in de poorten waarop de trans- radapterkabels (C).
Pagina 204
Invasieve bloeddruk (IBP) Voorbereiding van de patiënt op invasieve bloeddrukbewaking – Let tijdens de voorbereiding van de patiënt OPMERKING goed op dat er geen luchtbelletjes in de Als er luchtbelletjes in het slangensysteem ver- sensor of de plugkraan voorkomen. schijnen, moet u het systeem nogmaals met de infuusoplossing doorspoelen.
Pagina 205
Invasieve bloeddruk (IBP) F Waarde van mean druk G Doorgekruist driehoeksymbool wanneer het systolische invasieve bloeddrukalarm is uitge- schakeld. Labelen drukkanalen voor de invasieve bloeddruk Het druklabel voor invasieve bloeddruk bepaalt hoe Een druklabel handmatig toewijzen een signaal wordt geanalyseerd en gerapporteerd. 1 Tip het parameterveld voor invasieve De M540 neemt de druklabels van de aangesloten bloeddruk aan.
Pagina 206
Invasieve bloeddruk (IBP) Standaarddruklabels De M540 detecteert labels van de hemodynami- sche pod automatisch, op voorwaarde dat er een transducer is aangesloten. U kunt de druklabels ook handmatig labelen. In de volgende tabel worden de beschikbare inva- sieve bloeddruklabels nader toegelicht. Invasieve bloeddruklabels Label Druktype...
Pagina 207
Invasieve bloeddruk (IBP) Alle invasieve bloeddruktransducers op nul instellen Een specifieke transducer op nul Als u nauwkeurige invasieve bloeddrukwaarden wilt vaststellen, moet u de transducer minstens instellen eenmaal per dag volgens het ziekenhuisprotocol op nul stellen. Voer onder de volgende omstandig- Met deze procedure kunt u een specifieke transdu- heden een extra nulstelling uit: cer voor nulstelling selecteren.
Pagina 208
Invasieve bloeddruk (IBP) Alle druktransducers nullen (SmartZero) Met deze procedure worden alle druktransducers Hemo4-pod tegelijkertijd op nul ingesteld. U kunt een SmartZero uitvoeren vanaf de Hemo4 pod, de Hemo2 pod en de MPod – QuadHemo, waardoor u alle transducers die openstaan aan lucht, tegelijk nullen.
Pagina 209
Invasieve bloeddruk (IBP) Pulmonale wedgedruk U kunt geen pulmonaire wiggedruk rechtstreeks het M540 deel uitmaakt van het IACS, raadpleegt van de M540 aanvragen. Voor meer informatie over u de gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System het aanvragen van pulmonaire wiggedruk, wanneer –...
Pagina 210
Invasieve bloeddruk (IBP) Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Label bewerken ART, PA, CVD, LA, LV, RV, RA, ICP, Hiermee kunt u een label toewijzen GD1 tot GD4 aan elk drukkanaal. De standaardinstellingen zijn als volgt: – Kanaal 1: GD1 – Kanaal 2: GD2 –...
Pagina 211
Hartminuutvolume (C.O.) Hartminuutvolume (C.O.) Overzicht van de cardiac output bewaking ..... . . 212 Meetmethode cardiac output ....212 Ondersteunde parameters .
Pagina 212
Hartminuutvolume (C.O.) Overzicht van de cardiac output bewaking De M540 berekent met behulp van de thermodilu- keerd evenredig aan de cardiac output van de tiemethode de cardiac output (C.O.) voor volwas- patiënt. Hoe lager de cardiac output waarde, sen en pediatrische patiënten. Cardiac output is hoe meer het injectaat het bloed afkoelt.
Pagina 213
Hartminuutvolume (C.O.) De hardware voor de cardiac output aansluiten U kunt de hemodynamische kabel aansluiten op een van de volgende apparaten: – MPod – QuadHemo – Hemo4-pod – Hemo2-pod De verbindingskabels van alle bovenstaande appa- raten sluiten rechtstreeks aan op de M540. De hardware voor de hartfunctie aansluiten op de MPod –...
Pagina 214
Hartminuutvolume (C.O.) De hardware voor de cardiac output aansluiten op de Hemo4 en de Hemo2-pods 1 Sluit de hemodynamische tussenliggende ka- belconnector (B) aan op de hemoconnector (A) van de M540. 2 Sluit het andere uiteinde van de hemodynami- sche verbindingskabel (C) aan op de Hemo4/Hemo2-connector (D).
Pagina 215
Hartminuutvolume (C.O.) Voorbereiding van de patiënt op cardiac output bewaking De volgende tips leiden tot optimale resultaten van – Gebruik een inlijninjectaatsysteem waarbij de de cardiac output bewaking, maar mogen niet wor- injectaattemperatuur wordt gemeten in het ijs- den gebruikt ter vervanging van door het zieken- bad, kunnen fouten introduceren.
Pagina 216
Deze pagina is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – M540 patiëntmonitor VG2...
Pagina 217
Kooldioxideconcentraties (CO Kooldioxideconcentraties (CO Overzicht van CO -bewaking ... . 218 Ondersteunde parameters ....218 Voorzorgsmaatregelen voor CO .
Pagina 218
Kooldioxideconcentraties (CO Overzicht van CO -bewaking De M540 biedt snelle, continue mainstream Wanneer ademhalingsgassen door de luchtweg- metingen van kooldioxideconcentraties (CO adapter stromen, analyseert de sensor de uitge- in de luchtwegen van geïntubeerde patiënten. ademde en ingeademde lucht van de patiënt door De M540 verwerft signalen van een CO -sensor het zenden van een straal infrarood licht door trans-...
Pagina 219
Kooldioxideconcentraties (CO Voorzorgsmaatregelen voor CO WAARSCHUWING LET OP RRc-apneualarmen worden NIET gemeld Lekkage in het ademhalingscircuit (bijvoorbeeld als de instelling RRc apnoe-tijd is ingesteld door een losgeraakte tracheacanule of een be- op Uit op de instelpagina CO en de schadigde luchtwegadapter) kan een significante RRc-alarmfunctie is gedeactiveerd.
Pagina 220
Kooldioxideconcentraties (CO De CO -sensor aansluiten Voordat u enige CO -hardware aansluit, moet u controleren of de luchtwegadapter die wordt ge- bruikt, overeenkomt met de luchtwegadapterinstel- ling van de M540 (zie pagina 237). U dient bijvoor- beeld geen wegwerpbare luchtwegadapter gebrui- ken als de M540 is geconfigureerd voor een her- bruikbare luchtwegadapter (en omgekeerd).
Pagina 221
Kooldioxideconcentraties (CO 3 Breng de luchtwegadapter (E) aan tussen de LET OP tracheacanuleadapter (F) en het Y-stuk van Plaats de sensorvensters van de de ventilator (D). luchtwegadapter altijd verticaal om te voorkomen dat afscheidingen van de patiënt de adaptervensters blokkeren. 4 Klik de CO mainstream-sensor (A) stevig vast in de luchtwegadapter en zorg ervoor dat de ka-...
Pagina 222
Kooldioxideconcentraties (CO -weergave -curve (capnograaf) De CO -weergave op de M540 bestaat uit: – CO -parametervak De M540 geeft ook een prompte CO curve of cap- – CO -curve (capnograaf) nograaf weer. -parametervak Het CO -parametervak bevat de volgende elementen: A Uitademingsplateau of alveolair plateau (het ni- veau CO in de longen neemt significant toe).
Pagina 223
Kooldioxideconcentraties (CO Probleemoplossing Behalve voor de evaluatie van de klinische status van een patiënt kunnen capnogrammen ook nuttig zijn bij het oplossen van problemen met appara- tuur. In de volgende tabel wordt aangegeven hoe u met capnogrammen veelvoorkomende proble- men kunt identificeren. Beschrijving Oorzaak Capnogram...
Pagina 224
Kooldioxideconcentraties (CO Wijziging in de helling van Obstructie veroorzaakt door een en stijgende tak. Mogelijke van de volgende problemen: afwezigheid van een alve- – Gedeeltelijke obstructie in een olair plateau. uitademingstak van het adem- halingscircuit – Lichaamsvreemd voorwerp in de bovenste luchtweg –...
Pagina 225
Kooldioxideconcentraties (CO Instelfuncties voor CO -parameters Alle instelfuncties voor CO -parameters zijn te vin- Het dialoogvenster Limieten bevat de knoppen den in het CO -dialoogvenster (zie ‘Toegang tot het Auto inst. en Alarm voor het configureren van CO2-dialoogvenster‘ op pagina 224). de alarmfuncties.
Pagina 226
Deze pagina is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – M540 patiëntmonitor VG2...
Pagina 227
Systeemconfiguratie Systeemconfiguratie Overzicht systeemconfiguratie ... 228 Algemene instellingen configureren ..229 De patiëntinstellingen configureren ..230 De systeeminstellingen configureren..231 Het dialoogvenster Algemeen openen .
Pagina 228
Systeemconfiguratie Overzicht systeemconfiguratie Dit hoofdstuk bevat een beschrijving van de dia- Het dialoogvenster Menu bestaat uit de volgende loogvensters Menu en Alarminstellingen. Het di- dialoogvensters: aloogvenster Menu bestaat uit verschillende dia- – Hoofdmenu (zie pagina 229) loogvensters voor het configureren van de M540. Enkele van deze dialoogvensters zijn beschermd –...
Pagina 229
Systeemconfiguratie Algemene instellingen configureren In deze sectie worden de instelfuncties van het dialoogvenster Hoofdmenu beschreven. Het dialoogvenster Hoofdmenu openen 1 Druk op de functietoets Menu. 2 Druk op de tab Hoofdmenu. Het dialoogvenster Hoofdmenu Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Pauze alle Niet van toepassing Wanneer de knop Pauze alle alarmen wordt alarmen...
Pagina 230
Systeemconfiguratie De patiëntinstellingen configureren In deze sectie worden de instelfuncties van het dialoogvenster Patiëntinstellingen beschreven. Het dialoogvenster configureert de M540 voor de patiënt. Het dialoogvenster Patiëntinstellingen openen 1 Druk op de functietoets Menu. 2 Druk op de tab Patiëntinstellingen. Het dialoogvenster Patiëntinstellingen Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving...
Pagina 231
Systeemconfiguratie De systeeminstellingen configureren In deze paragraaf worden de instelfuncties in het Het dialoogvenster Algemeen openen dialoogvenster Systeeminstellingen beschreven. 1 Druk op de functietoets Menu. Dit venster biedt toegang tot biomed- en service-in- stellingen en systeeminformatie. Het tabblad 2 Tip het tabblad Systeeminstellingen aan. Alarm-instellingen biedt bovendien toegang tot 3 Tip het tabblad Biomed aan om het dialoogven- diverse alarminstellingen.
Pagina 232
Systeemconfiguratie Het dialoogvenster Alarm-instellingen openen Het dialoogvenster Alarm-instellingen biedt Het dialoogvenster Alarm-instellingen openen toegang tot diverse alarminstellingen met wacht- 1 Druk op de functietoets Menu. woordbeveiliging. 2 Tip het tabblad Systeeminstellingen aan. 3 Druk op de tab Alarm-instellingen. 4 Voer het juiste wachtwoord in en tip OK aan. 5 Tip het tabblad Alarm-instell.
Pagina 233
Systeemconfiguratie Vertraging SpO Aan (standaard), Uit Wanneer geactiveerd, moet een overschrijding alarm van de SpO lagere alarmgrens aanhouden gedurende 10 seconden voordat akoestische en visuele alarmsignalen worden geactiveerd. Deze functie is niet mogelijk als de Nell- cor-functie SatSeconds is ingesteld op een andere waarde dan Uit (zie pagina 177).
Pagina 234
Systeemconfiguratie Alarm balk Aan (standaard), Uit Hiermee wordt bepaald of de alarmbalk tijdens een alarm knippert. Tabblad Alarm-instell. 2 (wachtwoord vereist) Alarm patroon IEC traag, IEC snel, Bepaalt het type alarmtoonpatroon in gebruik Infinity (standaard) (zie voor meer informatie "Akoestische alarm- signalen"...
Pagina 235
Systeemconfiguratie Dialoogvenster Beschikbare informatie Naam service IP-adres Subnet-masker Gateway Bedlabel Afdeling Ziekenhuis Mon. groep Mon. groep-ID Docking-station DS revisie MAC-adres Draadloos WLAN MAC-adres Signaalsterkte BSSID SSID Encryptie Kanaalnummer Regulatory domain Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – M540 patiëntmonitor VG2...
Pagina 236
Systeemconfiguratie De biomed-instellingen configureren In deze sectie worden de instelfuncties van de Biomed-dialoogvensters beschreven. Het dialoogvenster Biomed openen 1 Druk op de functietoets Menu. 2 Druk op de tab Systeeminstellingen. 3 Druk op de Biomed-knop. 4 Voer het wachtwoord in en druk op OK. 5 Druk op de knoppen Instellingen 1 of Instellingen 2.
Pagina 237
Systeemconfiguratie Biomed-dialoogvensters Dialoogvenster Biomed > Instellingen 1 Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Profiel herstellen Annuleer, OK Herstelt de opgeslagen profielinstellingen en maximaal vijf beschikbare weergaven op de M540. In standalone modus: indien gekoppeld aan een M500 die een opgeslagen profiel heeft, wordt door het selecteren van deze toets de fabriekswaarde van de M500 hersteld.
Pagina 238
Systeemconfiguratie Instellingen draadloos netwerk configureren Het dialoogvenster Biomed openen 4 Voer het wachtwoord in en druk op OK. 1 Druk op de functietoets Menu. 5 Druk op de tab Draadloos netwerk. 2 Druk op de tab Systeeminstellingen. OPMERKING 3 Druk op de Biomed-knop. Wanneer de draadloze optie niet is geïnstalleerd, is het tabblad Draadloos netwerk gedimd en is de informatie niet beschikbaar.
Pagina 239
Systeemconfiguratie De instellingen van de M500 configureren De volgende instellingsfuncties zijn beschikbaar Het dialoogvenster Biomed openen voor een bedrade M500. Deze instellingen worden 1 Druk op de functietoets Menu. opgeslagen op de M500 en worden aangenomen door een M540 wanneer deze wordt gekoppeld. 2 Druk op de tab Systeeminstellingen.
Pagina 240
Systeemconfiguratie Menuselectie Beschikbare instellingen Beschrijving Dialoogvenster Overige Profiel-instell. – Alle Patiënt- en monitorinstellingen worden gedownload naar de M540. – Bewaking (standaard) Alleen patiënt- en monitorinstellingen worden gedownload naar de M540. Profiel laden – Uit (standaard) Na het koppelen neemt de M540 het profiel van de M500 niet aan, maar gebruikt in plaats OPMERKING daarvan zijn eigen instellingen.
Pagina 241
Systeemconfiguratie De scherminstellingen configureren In deze sectie worden de instelfuncties van het di- aloogvenster Scherminstellingen beschreven. Het dialoogvenster Scherminstellingen openen 1 Druk op de functietoets Menu. 2 Druk op de tab Scherminstellingen. Het dialoogvenster Scherminstellingen Menuselectie Beschikbare instellingen Beschrijving Dialoogvenster Instellingen Scherm Niet van toepassing Kalibreert het aanraakscherm.
Pagina 242
Systeemconfiguratie Configureren alarminstellingen In deze sectie worden de instelfuncties van het di- aloogvenster Alarmen beschreven. Het dialoogvenster Alarminstellingen openen 1 Druk op de functietoets Alarmen. 2 Druk op de tab Alarminstellingen. Het dialoogvenster Alarmen Menuselectie Beschikbare instellingen Beschrijving Alarminstellingen Luidspreker Uit, 10, 20, 30, 40, 50, 60, 70, Stelt het algehele monitorvolume en neemt de volume...
Pagina 243
Systeemconfiguratie Opties De optie voor draadloos vergrendelen De M540 ondersteunt de volgende opties, die auto- matisch worden ontgrendeld: 1 Druk op de functietoets Menu. – Optie Volledige aritmie 2 Druk op de tab Systeeminstellingen. – Optie 12-afleiding-bewaking 3 Tip de toets Service aan. –...
Pagina 244
Deze pagina is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – M540 patiëntmonitor VG2...
Pagina 245
Probleemoplossing Probleemoplossing Overzicht ......246 Berichten voor apparaatcommunicatie/algemene apparaatberichten ..... 246 M540-batterijberichten .
Pagina 246
Probleemoplossing Overzicht Meerdere alarmberichten worden beurtelings Als er geen prioriteitsniveau is toegewezen, is het weergegeven in het alarmberichtveld van de bericht informatief van aard en hoeft er niet te wor- hoofdbalk. den ingegrepen. Als er bijvoorbeeld twee storingen tegelijkertijd wor- In de volgende tabel worden de berichten op alfabe- den gedetecteerd, wordt de urgentste van de twee tische volgorde vermeld.
Pagina 247
Probleemoplossing Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing Geen Niet door de centrale De communicatie tussen – Breng de M540 terug binnen bewaakt het ICS en de M540 is on- het bereik van het draadloze derbroken. toegangspunt. Een draadloze M540 be- – Controleer de netwerkver- vindt zich buiten het bereik bindingen.
Pagina 248
Probleemoplossing M540-batterijberichten Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing Accuspanning laag De M540 is ontkoppeld en Sluit de M540 weer aan op de de resterende acculading M500 om de batterij op te laden. bedraagt nog slechts 10 %. Er klinkt elke 20 seconden een adviestoon.
Pagina 249
Probleemoplossing Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing ECG-elektroden los Afleiding los-conditie – Vervang de defecte gedetecteerd ten kabel(s). gevolge van: – Breng opnieuw gel – Gebroken aan op de disposable kabel(s) elektroden. – Losgekoppelde – Selecteer een andere ECG-afleiding-ka ECG-afleiding voor bels verwerking.
Pagina 250
Probleemoplossing Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing Kan ST niet analyseren Het algoritme kan – Voer een herlering uit de ST-waarden niet (zie pagina 140). bepalen ten gevolge – Controleer de elektrodes. Breng van een artefact, de af- ze zo nodig opnieuw aan wezigheid van normale pulsaties of ongeldige –...
Pagina 251
Probleemoplossing Aritmie Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing De aangegeven aritmie – Controleer de patiënt en is gedetecteerd. behandel deze zo nodig. AIVR – Sommige berichten ver- ARR artefact schijnen alleen wanneer de volledige aritmie-optie Brady is geïnstalleerd. Pauze TACH VTACH Geen Kan ARR niet leren Na 100 pulsaties kan –...
Pagina 252
Probleemoplossing Respiratie (RRi) Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing RRi > (alarmgrens) De parameterwaarde valt – Controleer de patiënt en be- boven/onder de ingestelde handel deze zo nodig. RRi < (alarmgrens) bovenste/onderste – Controleer de alarmgrenzen. alarmgrenzen. RRi apnoe Er is een neonatale –...
Pagina 253
Probleemoplossing Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing RRi buiten bereik, De ademhalingsfrequentie is – Controleer de patiënt en be- hoog hoger dan 150 ademhalingen handel deze zo nodig. per minuut. – Controleer de plaatsing van De M540 telt mogelijk arte- de elektroden. Wijzig zo nodig facten mee als geldige adem- de positie ervan.
Pagina 254
Probleemoplossing De volgende berichten zijn afkomstig van drie ver- schillende apparaten (Masimo SET, Masimo rain- bow SET en Nellcor OxiMax). Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing Geen Leren Pulse CO-Ox De Masimo rainbow Wacht totdat de Masi- SET-specifieke parameters mo rainbow SET-para- alleen Masi- worden berekend (alleen de meters zijn berekend.
Pagina 255
Probleemoplossing Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing SpHb > (alarmgrens) De parameterwaarde valt – Controleer de pa- boven/onder de ingestelde tiënt en behandel SpHbv < (alarmgrens) bovenste/onderste deze zo nodig. PVI > (alarmgrens) alarmgrenzen. – Wijzig de PVI < (alarmgrens) alarmgrenzen. SpCO > (alarmgrens) SpCO <...
Pagina 256
Probleemoplossing Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing Geen -sensor kalibreren De sensor wordt gecontro- – Wacht tot het be- leerd op een juiste werking. richt verdwijnt. alleen Masi- mo rainbow Dit bericht verschijnt vlak voor het bericht zoeken. H/W-fout Masimo SET MCable of Nell- –...
Pagina 257
Probleemoplossing Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing MCable ontkoppeld De SpO MCable is losge- Controleer de verbin- koppeld van de M540. dingen met de M540 Willekeuri- ge SpO MCable OPMERKING In het parametervak is de pa- rameterwaarde vervangen door spaties voor de para- meter PI van de Masimo rainbow SET.
Pagina 258
Probleemoplossing Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing -sensor los van De Masimo MCable heeft Breng de SpO -sensor patiënt gedetecteerd dat de opnieuw aan. Willekeuri- -sensor niet langer op ge Masimo MCable de patiënt is aangesloten. sensor ontkoppeld De SpO verbindingskabel of –...
Pagina 259
Probleemoplossing Niet-invasieve bloeddruk Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing NIBP D > (alarmgrens) De parameterwaarde – Controleer de patiënt en be- valt boven/onder de in- handel deze zo nodig. NIBP D < (alarmgrens) gestelde bovenste/on- – Wijzig de alarmgrenzen. NIBP M > (alarmgrens) derste alarmgrenzen.
Pagina 260
Probleemoplossing Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing NIBP H/W-fout – Fout in het niet-in- – Controleer alle hardware, vasieve bloeddruk- neem contact op met de meetcircuit technische ondersteuning van Dräger. – Nulstellingen niet-invasieve – Zet de M540 uit en weer aan bloeddruk buiten om dit bericht te wissen.
Pagina 261
Probleemoplossing Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing NIBP overdruk De manchetdruk heeft – Controleer de patiënt en be- de overdrukdrempel handel deze zo nodig. overschreden. – Controleer het manchet op blokkeringen. – Herhaal de meting. Geen NIBP: pneum. kenmerk Fout in de niet-invasie- Neem contact op met uw techni- nodig ve bloeddrukhardware...
Pagina 262
Probleemoplossing Temperatuur Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing Δ T niet Eén van de kabels is ont- – Controleer de apparatuur 3) 4) berekenen koppeld of defect, of de en vervang deze zo nodig. waarde is buiten bereik. Δ T1 niet berekenen –...
Pagina 263
Probleemoplossing Invasieve bloeddruk Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing CPP > (alarmgrens) De parameterwaarde valt – Controleer de patiënt boven/onder de ingestel- en behandel deze CPP < (alarmgrens) de bovenste/onderste zo nodig. alarmgrenzen. – Wijzig de alarmgrenzen. CCP buiten bereik, hoog Het pulsfrequentiesignaal –...
Pagina 264
Probleemoplossing Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing Geen <IBP> Nullen niet mogelijk De nulstelling van de om- – Houd alle slangen on- vormer is mislukt ten ge- beweeglijk, voer vervol- volge van: gens opnieuw een nul- stelling uit. – excessieve sig- naalruis –...
Pagina 265
Probleemoplossing Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing etCO > (alarmgrens) De parameterwaarde valt – Controleer de patiënt en boven/onder de ingestelde behandel deze zo nodig. etCO < (alarmgrens) bovenste/onderste alarm- (behalve in CO – Wijzig de alarmgrenzen. grenzen. -luchtweg adapt. – De mainstream sensor –...
Pagina 266
Probleemoplossing Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing buiten bereik Het parametersignaal valt – Controleer de patiënt en buiten het meetbereik van behandel deze zo nodig. de monitor. – Controleer de apparatuur en vervang deze zo nodig. Geen nullen a.u.b. Instructiebericht dat alleen Zet de mainstream voor de mainstream sensor sensor op nul.
Pagina 267
Probleemoplossing Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing Geen opwarmen De mainstream sensor – Wacht totdat de main- doorloopt de opwarmcyclus. stream sensor is opge- warmd. Tijdens het opwar- men is de nauwkeurigheid minder groot. – Als het bericht langer dan 15 min blijft nadat de sensor is opgewarmd en de omgevingstemperatuur boven 10 °C (50 °F) be-...
Pagina 268
Deze pagina is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – M540 patiëntmonitor VG2...
Pagina 269
Onderhoud Onderhoud Overzicht ......270 Onderhoud van de IACS-componenten ..271 Veiligheidscontroles.
Pagina 270
Onderhoud Overzicht In dit hoofdstuk wordt beschreven welke onder- LET OP houdsstappen uw technische personeel moet uit- Wanneer u service verricht aan apparaten van voeren om het apparaat juist te laten functioneren. Dräger, moet u altijd vervangingsonderdelen ge- Volledige instructies over de uitvoering van het ver- bruiken die voldoen aan de normen van Dräger.
Pagina 271
Onderhoud Onderhoud van de IACS-componenten OPMERKING LET OP De onderstaande tabel geeft een overzicht van de Het apparaat moet regelmatig worden geïnspec- aanbevolen onderhoudsintervallen voor de M540. teerd en onderhouden. Er moet een dossier wor- den bijgehouden over dit preventieve onderhoud. We raden aan om via uw leverancier een service- contract af te sluiten met DrägerService.
Pagina 272
Onderhoud Veiligheidscontroles Bereik van de veiligheidscontroles voor de M540 Veiligheidscontroles zijn niet bedoeld ter vervan- 5 Controleer of het apparaat voldoet aan de vei- ging van de preventieve onderhoudsmaatregelen ligheidsvoorschriften voor elektrische appara- (waaronder de preventieve vervanging van slijten- ten van IEC62353. Controleer de veiligheids- de onderdelen) die worden voorgeschreven door functies: de fabrikant.
Pagina 273
Reiniging en desinfectie Reiniging en desinfectie Overzicht van het schoonmaken en Mainstream CO -sensoren en desinfecteren van de M540 luchtwegadapters schoonmaken en de bijbehorende accessoires ..274 en desinfecteren ..... . 281 Voorzorgsmaatregelen bij Voorzorgsmaatregel voor schoonmaken en desinfecteren .
Pagina 274
Reiniging en desinfectie Overzicht van het schoonmaken en desinfecteren van de M540 en de bijbehorende accessoires Reinig en desinfecteer het apparaat of apparaaton- Voorzorgsmaatregelen bij schoonmaken derdelen vóór iedere onderhoudsstap (en ook wan- en desinfecteren neer u het apparaat voor onderhoud retourneert). Continu blootstelling aan vochtigheid kan de M540 WAARSCHUWING en de bijbehorende randapparatuur beschadigen.
Pagina 275
Reiniging en desinfectie Aanbevolen schoonmaakmiddelen Maak schoon en desinfecteer het instrument of in- Dräger doet geen claims over de doelmatigheid strumentonderdelen volgens het door het zieken- van de genoemde chemicaliën, het gebruik ervan huis goedgekeurde protocol. Middelen die zijn ge- als desinfecteermiddel, de capaciteit van de midde- test door Dräger en die op het moment van de tests len om infecties te controleren, de gevolgen ervan...
Pagina 276
Reiniging en desinfectie De M540, M500 en PS50 schoonmaken en desinfecteren Gebruik alleen de toegestane schoonmaakmidde- De M540 en M500 desinfecteren len die worden beschreven op pagina 275, tenzij 1 Desinfecteer de M540/M500 met een gaasje anders gespecificeerd. bevochtigd met verdunde alcohol. 2 Veeg alles grondig droog met een Voorzorgsmaatregel voor M540, pluisvrije doek.
Pagina 277
Reiniging en desinfectie De MCable en de MPod schoonmaken en desinfecteren Gebruik alleen de toegestane schoonmaakmidde- De MCable en de MPod desinfecteren len die worden beschreven op pagina 275, tenzij 1 Ontkoppel de MCable van de M540. anders gespecificeerd. 2 Desinfecteer de MCable met een gaasje be- vochtigd met verdunde alcohol.
Pagina 278
Reiniging en desinfectie Patiëntkabels schoonmaken en desinfecteren Gebruik alleen de toegestane schoonmaakmidde- Patiëntkabels schoonmaken len die worden beschreven op pagina 275, tenzij 1 Ontkoppel de patiëntkabel van de M540. anders gespecificeerd. De volgende procedures zijn van toepassing op alle patiëntkabels. 2 Maak de patiëntkabels schoon met een gaasje bevochtigd met zeepwater of met een toege- staan schoonmaakmiddel.
Pagina 279
Reiniging en desinfectie Temperatuursensoren en kabels schoonmaken en desinfecteren Gebruik alleen de toegestane schoonmaakmidde- Temperatuurkabels schoonmaken len die worden beschreven op pagina 275, tenzij 1 Ontkoppel de temperatuurkabel van de M540. anders gespecificeerd. 2 Maak de temperatuurkabels schoon met een gaasje bevochtigd met zeepwater of met een Voorzorgsmaatregelen voor toegestaan schoonmaakmiddel.
Pagina 280
Reiniging en desinfectie Niet-invasieve bloeddrukmanchetten reinigen Voorzorgsmaatregel bij niet-invasieve Niet-invasieve bloeddrukmanchetten reinigen bloeddruk 1 Ontkoppel de niet-invasieve bloeddrukslang van de M540. LET OP 2 Veeg de niet-invasieve bloeddrukmanchet af De niet-invasieve bloeddrukmanchet kan worden met een doek bevochtigd in zeepwater of een ondergedompeld in een schoonmaakoplossing, natriumhypochlorietoplossing (1:10), alcohol maar zorg dat er geen oplossing in de niet-inva-...
Pagina 281
Reiniging en desinfectie Mainstream CO -sensoren en luchtwegadapters schoonmaken en desinfecteren Gebruik alleen de toegestane schoonmaakmidde- Mainstreamsensoren desinfecteren len die worden beschreven op pagina 275, tenzij 1 Ontkoppel de luchtwegadapterkabel anders gespecificeerd. van de M540 en ontkoppel vervolgens de sensor van de sensorkabel. Voorzorgsmaatregel voor 2 Veeg de sensor met een wattenstaafje bevoch- tigd met verdunde alcohol af.
Pagina 282
Deze pagina is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – M540 patiëntmonitor VG2...
Pagina 283
Afvoeren Afvoeren EU-richtlijn 2002/96/EG (AEEA) ... . 284 M540, M500 en gebruiksaanwijzing ..284 Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – M540 patiëntmonitor VG2...
Pagina 284
Afvoeren EU-richtlijn 2002/96/EG (AEEA) Dit apparaat voldoet aan de eisen die zijn vastge- legd in EU-richtlijn 2002/96/EG (WEEE). Het is niet geregistreerd voor gebruik in particuliere huishou- dens en mag niet worden ingeleverd bij een ge- meentelijk inzamelpunt voor afgedankte elektri- sche en elektronische apparatuur.
Pagina 286
Technische gegevens Overzicht Dit hoofdstuk bevat de technische gegevens voor de volgende apparaten van de Infinity Acute Care System – M540 patiëntmonitor – M540-patiënt- monitor: – M540 – Infinity M500 MDock – PS50-stroomtoevoer – MPod en MCable – Parameterspecificaties Systeemcompatibiliteit Een M540 is compatibel met de volgende appara- ten en toepassingen.
Pagina 287
Technische gegevens Infinity M540 Fysieke specificaties Dimensies (B x H x D) 259 x 89 x 43 mm (10,2 x 3,5 x 1,7 in) Gewicht 916 g (2,0 lbs) Koeling Conductie (gekoppeld), Convectie (ontkoppeld) Materialen Behuizing: PC-ABS/TPU Lenzen: polyamide Intern plastic: polyamide (PA)
Pagina 288
Technische gegevens Connectoren Input/output poorten – ECG – NIBP – Temperatuur/Aux – SpO – Hemo CO – CO Schermkenmerken Schermtype Color Liquid Crystial Display (LCD), Advanced Touch Screen Schermformaat 158,2 mm (6,2 in) diagonaal Maat weergave 148,8 x 53,8 mm (5,9 x 2,1 in) Resolutie (pixels) 640 x 240 (1/2 VGA) Helderheid...
Pagina 289
Technische gegevens Batterij oplaadtijd 100 % capaciteit: ongeveer 6,5 uur voor een volledig lege batterij 70 % capaciteit: ongeveer 4 uur voor volledig lege batterij Bedrijfsmodus Continu (met voedingskoppeling via de M500) Omgevingsspecificaties Vochtigheid (niet condenserend) Gebruik: 20 tot 95 % Opslag: 20 tot 95 % Temperatuur Gebruik: 0 tot 40 °C (32 tot 104 °F)
Pagina 290
Technische gegevens Infinity M500 Fysieke specificaties Dimensies (B x H x D) 102 x 195 x 107 mm (4,0 x 7,7 x 4,2 in) Gewicht 1200 g (2,6 lbs) Koeling Convectie Materialen Behuizing: polyamide (PA) en ABS Montage VESA 75 Connectoren Input/output poorten –...
Pagina 291
Technische gegevens Voeding (PS50) Fysieke specificaties Dimensies (B x H x D) 76 x 146 x 43 mm (2,99 x 5,75 x 1,69 in) Gewicht 400 tot 550 g (0,88 tot 1,2 lbs) Kabellengte 1,82 m (71,7 in) (van voedingsbron tot DC output connector) Schermkernmerken Stroom (groen) Vochtigheid (niet-condenserend)
Pagina 292
Technische gegevens Infinity MCable – Mainstream CO Fysieke specificaties Maat (B x H x D) 30 x 50 x 20 mm (1,18 x 1,97 x 0,79 in) Gewicht (zonder kabel) 30 g of minder (0,066 lb of minder) Kabellengte 2,5 m (98,4 in) Aansluitingen Enkele kabel sluit aan op de M540 Omgevingsspecificaties...
Pagina 293
Technische gegevens Infinity MCable – Masimo SET en Infinity MCable – Masimo rainbow SET Fysieke specificaties Maat (B x H x D) 61 x 20 x 130 mm (2,4 x 0,8 x 5,1 in) Gewicht 0,12 kg (0,26 lb) Kabellengte 300 mm (11,8 in) Aansluitingen Enkele kabel sluit aan op de M540...
Pagina 294
Technische gegevens Infinity MCable – Nellcor OxiMax Fysieke specificaties Maat (B x H x D) 61 x 21 x 130 mm (2,4 x 0,8 x 5,1 in) Gewicht 0,12 kg (0,26 lbs) Kabellengte 300 mm (11,8 in) Aansluitingen Enkele kabel sluit aan op de M540 Nellcor kabel connector voor sensorkabel Omgevingsspecificaties Vochtigheid (niet-condenserend)
Pagina 295
Technische gegevens Infinity Hemo2- en Hemo4-pods Fysieke specificaties Maat (B x H x D) 205 x 140 x 60 mm (8,1 x 5,5 x 2,3 in) Gewicht Hemo2: 0,7 kg (1,6 lbs) Hemo4: 0,9 kg (1,9 lbs) OPMERKING Gewicht is inclusief één (Hemo2) of twee (Hemo4) trans- ducer adapterblok(ken) en is exclusief montageklem.
Pagina 296
Technische gegevens Infinity MPod – Quad Hemo Fysieke specificaties Maat (B x H x D) 205 x 110 x 80 mm (8,1 x 4,3 x 3,2 in) Gewicht 0,48 kg (1,1 lbs) OPMERKING Gewicht is inclusief vier transducerkabels maar is exclusief de montageklem en draad.
Pagina 297
Technische gegevens Infinity MCable – Dual Hemo Fysieke specificaties Maat (B x H x D) 61 x 25 x 125 mm (2,4 x 1,0 x 5,0 in) Gewicht 0,20 kg (0,44 lb) Kabellengte 2500 mm (98,4 in) Aansluitingen Twee invasieve drukkanalen Enkele kabel sluit aan op de M540 Omgevingsspecificaties Vochtigheid (niet-condenserend)
Pagina 298
Technische gegevens Infinity MCable – Analoog/sync. Fysieke specificaties Maat (B x H x D) 66 x 31 x 110 mm (2,6 x 1,3 x 4,4 in) Gewicht 0,19 kg (0,42 lb) Kabellengte 500 mm (19,7 in) Aansluitingen Twee connectoren; één voor analoge uitvoer en één voor QRS-synchronisatiepulskabels Enkele kabel sluit aan op de M540 Omgevingsspecificaties...
Pagina 299
Technische gegevens QRS-synchronisatiepulsuitvoer ≤35 ms Vertraging Amplitude: 10 V ±5 % Uitvoer hoog (QRS waargenomen): Duur: 50 ms Output impedantie: 5000 Ω <0,8 V Uitvoer laag (geen QRS) Pacemaker pulses Niet inclusief Elektrische specificaties Voedingsbron Voeding direct van de M540 Ingangsspanning 5 V nominaal ≤325 mW bij foutconditie...
Pagina 300
Technische gegevens Infinity MCable – Nurse Call Fysieke specificaties Maat (B x H x D) 65 x 32 x 161 mm (2,6 x 1,36 x 6,3 in) Kabellengte 4500 mm (177,2 in) Aansluitingen Enkele kabelaansluiting op de M500 Kabelsignalen tijdens niet-alarmstatus Kabel 1 (NO normally open): wit Kabel 2 (COM common): bruin Kabel 3 (NC normally closed): groen...
Pagina 301
Technische gegevens Parameterbewakingsspecificaties OPMERKING De volgende parameters worden niet bewaakt in neonatale modus: Aritmie, Cardiac Output, en ST-segmentanalyse. Display Tot 12 afleidingen Beschikbare afleidingen 3-leadsset: I, II, III (door de gebruiker selecteerbaar) 5-leadsset: I, II, III, aVR, aVL, aVF, V 6-leadsset: I, II, III, aVR, aVL, aVF, V, V+ Optionele 12-afleidingen monitoring met 6-leadsset en 4-leadsset: I, II, III, aVR, aVL, aVF, V1 tot en met V6...
Pagina 302
Technische gegevens Eenheid zal pacers met de volgende kenmerken herkennen: ): ±2 tot ±900 mV Pacemakerdetectie Amplitude (a (alleen volwassen/pediatrisch) Breedte (d ): 0,2 tot 2,0 ms Stijg-/valtijden (min) 0,1 d , ≤100 μs , <2 mV Doorschieten (min) 0,025 tot 0,25 a Herlaad tijd constant 4 tot 100 ms ECG/Aritmie/ST extra informatie vereist door ANSI/AAMI EC13:2002...
Pagina 303
Technische gegevens Aritmie ( Basis aritmie waarneming Asystolie, ventriculaire fibrillatie, artefact, ventriculaire tachy- cardie Volledige aritmie waarneming Voegt de volgende oproepen toe aan basis aritmie: ventricu- laire serie, versneld idioventriculair ritme, supra-ventriculaire tachycardie, couplet, bigeminie, sinus tachycardie, sinus bra- dycardie, pauze en PVC/min PVC/min-metingsbereik 0 tot 300 bpm PVC/min-schermresolutie...
Pagina 304
Technische gegevens Ademhaling (RRi) Waarneemafleidingen I of II (door de gebruiker selecteerbaar) Meetmethode Impedantie pneumografie <10 μA voor een actieve elektrode Stroom hulpapparatuur Vierkant golfsignaal, 50 μA, 39,896 KHz Ademhalings prikkelcurve Bandbreedte (–3dB) 0,25 tot 3,5 Hz Handmatige modus: 0,15 tot 2,0 Ω Waarnemingsdrempel Auto modus: 0,2 tot 1,5 Ω...
Pagina 305
Technische gegevens Niet-invasieve bloeddruk (NIBP) Parameterscherm Systolisch, diastolisch, gemiddelde waarden Meetmethode Oscillometrisch door stap-deflatie Werkingsmodi Handmatige (enkele meting), interval, continu of veneuze stase Intervaltijden Uit, 1, 2, 2,5, 3, 5, 10, 15, 20, 25, 30, 45, 60, 120, en 240 min Metingsbereik volwassene Hartslag: 30 tot 240 bpm Systolisch: 30 tot 250 mmHg (4 tot 33,3 kPa)
Pagina 306
Technische gegevens Maximale meettijd inclusief nogmaals Volwassene: 3 min proberen Pediatrisch: 2 min Neonataal: 90 s Software veiligheidsafsluiting Volwassene (SWh): 265, tot 290 mmHg (35,3, tot 38,6 kPa) SWh = waarde in gespecificeerd bereik Pediatrisch (SWh): 185 tot 215 mmHg die ten minste 15 s duurt (24,6 tot 28,6 kPa) SWi = ogenblikkelijke limietwaarde...
Pagina 307
Technische gegevens Hartfunctie (C.O.) Parameterscherm Cardiac Output (C.O.), bloedtemperatuur (Tbloed) Injectaattemperatuur (Tinj) Meetmethode Thermoverdunning Meetbereik Hartfunctie: 0,5 tot 20 L/min Bloedtemperatuur: 25 tot 43 °C (77 tot 109 °F) Temperatuur injectaat: –5 tot +35 °C (23 tot +95 °F) Nauwkeurigheid Cardiac Output: ±5 % Bloedtemperatuur: ±0,15 °C (±0,3 °F) (exclusief sondefouten)
Pagina 308
Technische gegevens Meetbereik : 1 tot 100 % PLS: 26 tot 239 bpm (Infinity MCable – Masimo SET) PI: 0,00 tot 20 % Meetbereik SpHb/SpHbv: 0,0 tot 25,0 g/dL (0,0 tot 15,5 mmol/L) SpOC: 0 tot 35 mL/dL (Infinity MCable – Masimo SET Rainbow) PVI: 0 tot 100 % SpCO: 0 tot 99 % SpMet: 0 tot 99,9 %...
Pagina 311
Technische gegevens -meetnauwkeurigheid 0 tot 60 % niet gespecificeerd 1) 2) 3) neonataal 60 tot 80 % niet gespecificeerd: SoftCare SC-PR, SoftCare SC-NEO, OxiCliq N, D-YS, Oxi-A/N 60 tot 80 %, ±3 % voor: OxiMax MaxN 70 tot 100 % ±2 % voor: OxiMax MaxN, SoftCare SC-PR, SoftCare SC-NEO ±3,5 % voor: OxiCliq N...
Pagina 312
Technische gegevens Kooldioxideconcentraties (CO Meetbereik etCO en inCO : 0 tot 100 mmHg (0 tot 13,3 kPa of 0 tot 13,2 vol % op zeeniveau) RRc: 0 tot 150 bpm Meetnauwkeurigheid Rapportagebereik –5 tot 120 mmHg (–0,6 tot +16 kPa) Bias ±2 mmHg (0,26 kPa) absolute of 5 % van aflezing, welke groter is Resolutie...
Pagina 313
Technische gegevens Hoe interfererende gassen en vervliegin- O 100 vol.%: aflezing 0,00 vol.% CO gen van invloed zijn op de prestatie Halothaan 5 vol.%: aflezing 0,02 vol.% CO Enfluraan 5 vol.%: aflezing 0,03 vol.% CO Isofluraan 5 vol.%: aflezing 0,02 vol.% CO Sevofluraan 5 vol.%: aflezing 0,02 vol.% CO Desfluraan 20 vol.%: aflezing 0,00 vol.% CO Ethanol 4 vol.%: aflezing 0,00 vol.% CO...
Pagina 314
Technische gegevens Elektromagnetische compatibiliteit De scheidingsafstanden zijn geschreven voor Draagbare en mobiele RF-communicatieappara- de M540. De verschafte cijfers staan niet garant tuur kan medische, elektrische apparatuur beïn- voor een foutloze werking, maar dienen te worden vloeden. beschouwd als een redelijke waarborg daarvoor. Het wordt niet aangeraden kabels en accessoires Deze informatie is wellicht niet van toepassing te gebruiken die niet in deze gebruiksaanwijzing...
Pagina 315
Technische gegevens Elektromagnetische emissie Emissie In overeenstemming met... Elektromagnetische omgeving CISPR emissies classificatie Klasse B De apparatuur is geschikt voor ge- bruik in alle gebouwen, met inbegrip Harmonische emissies Klasse A van woongebouwen en gebouwen (IEC 61000-3-2) die direct zijn aangesloten op het Netspanningsvariaties/flikkere- Voldoet openbare laagspanningsnetwerk...
Pagina 316
Technische gegevens Elektromagnetische immuniteit Immuniteit tegen... IEC 60601-1-2 testni Overeenstem- Elektromagnetische omgeving veau mingsniveau Geleide RF 150 kHz tot 80 MHz: 3 Vrms Draagbare en mobiele RF-commu- rf gekoppeld in lijnen nicatieapparatuur mag niet dichter 80 MHz tot 2,5 GHz 3 V/m (IEC 61000-4-6) in de buurt van apparaatonder-...
Pagina 317
Technische gegevens Elektromagnetische immuniteit Immuniteit tegen... IEC 60601-1-2 testni Overeenstem- Elektromagnetische omgeving veau mingsniveau OPMERKING Veldsterkten van vaststaande zenders, zoals basisstations voor radio (mobiel/draadloos) telefoons en landmobiele radio's, amateur radio, AM- en FM-radiouitzending en TV-uitzending kan theoretisch niet met juistheid worden voorspeld. Als u de elektromagnetische omgeving van vaste RF-zenders wilt evalueren, moet u een elektromagnetisch locatieonderzoek overwegen.
Pagina 318
Deze pagina is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – M540 patiëntmonitor VG2...
Pagina 319
Index Index Getallen voorval aan/uit ..... 150 voorzorgsmaatregelen ....143 12-afleiding kabelset voor RFi, wijzigen parameter .
Pagina 320
Index Alarmgroepen Beeld op afstand beschrijving ......98 over ....... 41 configureren .
Pagina 321
Index Continumodus (NIBP) aan/uit ... . . 194 signaalkwaliteit ..... 126 CO-Ox-bewaking polsslag .
Pagina 322
Index Herleren ademhalingssignaal ....149 Lay-outweergaven, selecteren ... . 241 QRS-sjabloon ....132, 138 Luchtwegadapter, type selecteren .
Pagina 323
Index Netwerk fusie, modus ..... . . 125 communicatie ......38 Infusiepompen .
Pagina 324
Index opslaan (systeeminstelling) ... . 236 kooldioxideconcentraties ... . . 312 over ....... 50 M500 .
Pagina 325
Index specificaties ......303 ST-bewaking met 12 afleidingen ..133 Veiligheid ST-bewaking met 6 afleidingen .
Pagina 326
Deze gebruiksaanwijzing geldt alleen voor Infinity Acute Care System SW VG2 met het serienummer: Wanneer geen serienr. is ingevuld door Dräger Medical, wordt deze gebruiksaanwijzing alleen voor algemene informatie bijgeleverd en is deze niet bedoeld voor gebruik met een specifieke machine of een specifiek apparaat.