ATTENTIE
De centrale vergrendeling werkt ook bij uitgeschakeld contact. Omdat echter
bij vergrendelde portieren in geval van nood hulpverlening van buitenaf wordt
bemoeilijkt, moeten kinderen nooit zonder toezicht in de wagen worden ach-
tergelaten. Vergrendelde portieren maken het hulpverleners in geval van
nood moeilijk om in de wagen te komen - levensgevaar!
Let op
Als de safebeveiliging is geactiveerd
voor de centrale vergrendeling buiten werking.
Noodvergrendeling van de portieren
Aan de kopse kant van de portieren die geen slotcilinder hebben, bevindt zich een
noodslotmechanisme; dit is pas zichtbaar na het openen van het portier.
Vergrendeling
›
Afdekking
verwijderen
» Afbeelding
A
›
De sleutel in de gleuf
steken en in pijlrichting in de horizontale stand draai-
B
en (bij de rechterportieren tegengesteld).
›
De afdekking weer aanbrengen.
Na het sluiten van het portier kan dit niet meer van buitenaf worden geopend.
Het portier kan door eenmaal aan de slotgreep te trekken van binnenuit worden
ontgrendeld en vervolgens van buitenaf worden geopend.
36
Bediening
» pagina
34, zijn de slotgrepen en de toetsen
Afbeelding 13
Achterportier: Noodvergrende-
ling van het portier
13.
Afstandsbediening
Inleidende informatie
Met de sleutel met radiografische afstandsbediening kunt u:
›
de wagen ontgrendelen en vergrendelen,
›
de achterklep ontgrendelen of openen,
›
de ruiten openen en sluiten.
De zender met de batterij is ondergebracht in de sleutel met radiografische af-
standsbediening. De ontvanger bevindt zich in het interieur. Het bereik van de
sleutel met radiografische afstandsbediening bedraagt circa 10 m. Als de batterij
bijna leeg is, neemt het bereik van de afstandsbediening af.
De sleutel heeft een uitklapbare sleutelbaard, die wordt gebruikt voor het hand-
matig ont- en vergrendelen van de wagen en voor het starten van de motor.
Bij vervanging van een verloren sleutel en na reparatie of vervanging van de ont-
vanger moet het systeem door een ŠKODA Servicepartner worden geïnitialiseerd.
Pas daarna kunt u de sleutel met radiografische afstandsbediening weer gebrui-
ken.
Let op
Bij ingeschakeld contact wordt de afstandsbediening automatisch gedeacti-
■
veerd.
De werking van de afstandsbediening kan door interferentie van zenders in de
■
buurt van de wagen die op dezelfde frequentie werken (bijvoorbeeld mobiele te-
lefoons, tv-zenders) tijdelijk worden gestoord.
Als de centrale vergrendeling resp. het alarmsysteem alleen vanaf een afstand
■
van minder dan 3 m op de afstandsbediening reageert, moet de batterij worden
vervangen
» pagina
32.
Als het bestuurdersportier geopend is, kan de wagen niet met de afstandsbe-
■
diening worden vergrendeld.