Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Elektronische Wegrijbeveiliging (Wegrijblokkering) - Skoda Yeti 2012 Instructieboekje

Inhoudsopgave

Advertenties

Let op
De motor kan alleen met een correct gecodeerde en originele ŠKODA-sleutel
worden gestart.
Na het starten van een koude motor kan er korte tijd meer motorgeluid te ho-
ren zijn. Dat is een normaal verschijnsel en geen reden om u zorgen te maken.
Nadat het contact is uitgeschakeld, kan de koelluchtventilator ook bij uitge-
schakeld contact nog circa 10 minuten verder draaien.
Als de motor ook bij de tweede startpoging niet aanslaat, kan de zekering van
de brandstofpomp resp. van het voorgloeisysteem (dieselmotoren) defect zijn. De
zekering controleren en zo nodig vervangen
specialist inroepen.
Wij adviseren om bij het verlaten van de wagen altijd de stuurinrichting te ver-
grendelen. Zo wordt een eventuele poging tot diefstal van uw wagen bemoeilijkt.
Stand van het stuurwiel instellen
Afbeelding 93 Verstelbaar stuurwiel: Hendel naast de stuurkolom / veilige
afstand tot het stuurwiel
ä
Lees eerst de informatie in de inleiding en de veiligheidsaanwijzingen
op pagina 99 en volg deze op.
De stand van het stuurwiel kan in hoogte en in lengterichting worden versteld.
Eerst de bestuurdersstoel instellen
De hendel onder het stuurwiel naar beneden zwenken
Het stuurwiel in de gewenste stand (in hoogte en lengterichting) zetten.
De hendel tot de aanslag naar boven drukken.
100
Bediening
» pagina 212
resp. de hulp van een
» pagina
63.
» Afbeelding 93
Elektromechanische stuurbekrachtiging
ä
Lees eerst de informatie in de inleiding en de veiligheidsaanwijzingen
op pagina 99 en volg deze op.
Door de stuurbekrachtiging is voor het sturen minder kracht nodig.
Bij de elektromechanische stuurbekrachtiging wordt de mate van bekrachtiging
automatisch aangepast aan de rijsnelheid en de stuurinslag.
Bij het uitvallen van de stuurbekrachtiging of als de motor niet draait (afslepen),
blijft de wagen volledig bestuurbaar. Voor het sturen moet echter meer kracht
worden uitgeoefend.
Bij een storing van de stuurbekrachtiging gaat het controlelampje
het instrumentenpaneel

Elektronische wegrijbeveiliging (wegrijblokkering)

ä
Lees eerst de informatie in de inleiding en de veiligheidsaanwijzingen
op pagina 99 en volg deze op.
In de greep van de sleutel bevindt zich een elektronische chip. Met behulp hier-
van wordt de wegrijblokkering uitgeschakeld als de sleutel in het contactslot
wordt gestoken. Als de sleutel uit het contactslot wordt verwijderd, wordt de
elektronische wegrijblokkering automatisch geactiveerd.
Als bij het starten een niet toegestane sleutel wordt gebruikt, slaat de motor niet
aan.
Op het informatiedisplay wordt het volgende weergegeven:
Immobilizer active. (Wegrijblokkering actief.)
- .
» pagina 25
branden.
resp.
in

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave