Uur
Geldige waarden zijn 00-23 uur. Dit is het tijdstip van de dag waarop de klok vooruit of terug wordt gezet.
Toename
Geldige waarden zijn 1 of 2 uur. Dit is het aantal uur dat de klok vooruit of terug wordt gezet.
Toegangscodes
Deze sectie wordt gebruikt door installateurs om de installateurscode, de mastercode en de onderhoudscode te pro-
grammeren. Voor informatie over het programmeren van andere toegangscodes, zie "[*][5] Toegangscodes programmeren"
op pagina 69.
[006] Door installateur gedefinieerde toegangscodes
Dit is het basismenu dat door installateurs wordt gebruikt om de installateurscode [001], de mastercode [002] en de onder-
houdscode [003] te programmeren. Zie hieronder voor bijzonderheden.
[001] – Installateurscode
Deze code wordt door de installateur gebruikt om toegang te krijgen tot de Installateursprogrammering [*][8]. Gebruikers met
deze toegangscode hebben toegang tot alle systeemprogrammeringsniveaus.
EN
Opmerking: Voor EN50131-1 goedgekeurde installaties kan de installateurscode de mastercode of andere niveau 2-codes
niet wijzigen.
[002] – Mastercode
Deze code wordt gebruikt door de hoofdgebruiker, iemand die aangewezen is om operationele taken uit te voeren die ver-
der gaan dan die van de standaardgebruiker. De mastercode geeft toegang tot functies in de [*][5]- en [*][6]-menu's.
[003] – Onderhoudscode
Deze code wordt doorgaans tijdelijk toegewezen aan onderhoudspersoneel dat het alarm moet uitschakelen om het pand
te kunnen betreden. De onderhoudscode kan alleen worden gebruikt om het systeem in- en uit te schakelen, maar geeft
geen toegang tot andere functies.
UK
[005] – Codeversie
Een programmeerbare 3-cijferige pincode is vereist om de 5-cijferige code voor resetten op afstand te calculeren. Het bereik
van de pincode is 000-255 in
decimalen. De standaardwaarde van de pincode is 000.
[007]-[008] PGM-timer
Deze sectie beschrijft hoe programmeerbare uitgangen kunnen worden geïnstalleerd en geprogrammeerd.
PGM's worden gebruikt om elektrische stroom te sturen naar externe apparaten, zoals lampen en sirenes, meestal wanneer
er een alarmgebeurtenis plaatsvindt. De alarmcontroller voorziet maximaal twee PGM's van 100 mA en twee PGM's van 300
mA van stroom. PGM-uitgangen kunnen worden uitgebreid met de optionele uitbreiding met 8 uitgangen (HSM2208), de uit-
breiding met 4 uitgangen met hoge stroomuitvoer (HSM2204) en de Corbus-repeater (HSM304CX) met 4 PGM-relaisuit-
gangen.
Het programmeren van een uitgang is een proces in vier stappen:
1. De PGM programmeren
2. De PGM aan een partitie toewijzen.
3. Een uitgangskenmerk toewijzen.
4. Een uitgangsoptie toevoegen.
Zie "[011] PGM-configuratieopties" op pagina 109 voor PGM-sleufbezetting.
[007] PGM-programmering
Dit is het basismenu dat door de installateur wordt gebruikt om PGM's aan de hoofdbel en een partitie toe te wijzen.
[000] Toewijzing partitie hoofdbel
Deze programmeringssectie wordt gebruikt om te bepalen welke partities de hoofdbel activeren als deze een alarm gene-
reren. Standaard zijn alle partities geselecteerd.
Sectie 5: Programmering
- 95 -