Gebruikerslabels toevoegen
Er kunnen voor iedere gebruiker aangepaste labels worden geprogrammeerd, om ze makkelijker op het alarmsysteem te
identificeren. Labels kunnen maximaal 16 tekens lang zijn.
Met behulp van een lcd-toetsenpaneel:
1. Druk op [*][5] en selecteer vervolgens een gebruiker (02 -1000).
2. Druk op het scherm "Druk op [*] voor gebruikerslabels" op [*].
3. Toets het aangepaste gebruikersinterfacelabel in. Voor instructies voor het invoeren van labels, Zie "[000] Labels pro-
grammeren" op pagina 82
Proximitytags toewijzen
Deze sectie wordt gebruikt voor het toewijzen van proximitytags aan gebruikers.
Met behulp van een lcd-toetsenpaneel:
1. Selecteer in menu [*][5] een gebruiker of voer er een gebruikersnummer in.
2. Selecteer "Druk op [*] voor proximitytag", en stuur de geregistreerde tag door naar de taglezer op het toetsenpaneel. Een
proximitytag kan aan slechts één gebruiker tegelijk worden toegewezen.
Een proximitytag verwijderen:
1. Selecteer een gebruiker en selecteer Druk op [*] voor proximitytag, om een proximitytag te verwijderen.
2. Druk op de [*]-toets wanneer u wordt gevraagd om de proximitytag te verwijderen.
Om de authenticatieflexibiliteit te vergroten, kan gebruikerstoegang worden bereikt door een geldige gebruikerscode in te
voeren of door een proximitytag te swipen. Gebruikers kunnen daarnaast ook worden verplicht om een geldige toe-
gangscode in te voeren en een proximitytag te presenteren. Zie "[040] Gebruikersverificatie" op pagina 123.
Gebruikers toewijzen aan partities
Iedere gebruikerscode moet aan een of meer partities worden toegewezen, zodat de gebruiker door het alarmsysteem kan
worden herkend. Standaard heeft elke code de kenmerken van de code die is gebruikt om de code te programmeren.
Met behulp van een lcd-toetsenpaneel:
1. Druk op [*][5][Mastercode] en selecteer een gebruiker (0002-1000). Een "N" geeft aan dat deze nog niet aan een partitie
zijn toegewezen. Een "Y" geeft aan dat deze aan een partitie zijn toegewezen.
2. Ga naar het scherm partitietoewijzing en druk op [*].
3. Gebruik de cijfertoetsen om partities toe te wijzen.
4. Druk op [#] om af te sluiten.
Opmerking: De mastercode heeft toegang tot alle partities en kan niet worden gewijzigd.
Opties gebruikersverificatie
Het alarmpaneel kan worden geconfigureerd om een van de volgende twee verificatiemethoden voor gebruikers te accep-
teren:
1. Gebruikerscode of proximitytag - de gebruiker heeft toegang tot het systeem door het invoeren van een geldige code of
door het presenteren van een proximitytag.
2. Gebruikerscode en proximitytag - de gebruiker moet een geldige code invoeren en een proximitytag presenteren om toe-
gang tot het systeem te krijgen. De gebruikerscode en proximitytag moeten overeenkomen. Als bijvoorbeeld het label met
gebruiker 0004 wordt geassocieerd, dan moet na het presenteren van het label de gebruikerscode 0004 worden
ingevoerd. Enige andere gebruikerscode is ongeldig.
Zie "[040] Gebruikersverificatie" op pagina 123.
Opmerking: Er hoeft geen toegangscode te zijn geprogrammeerd om een proximitytag of draadloze sleutel actief te laten
zijn.
[*][6] Gebruikersfuncties
Het commando [*][6] voorziet in toegang tot functies zoals hieronder beschreven. Als sectie [023] optie 8 is ingeschakeld,
dan kan met elke gebruikerscode toegang tot dit menu worden verkregen. Als optie 7 uit is, dan biedt alleen de mastercode
of de supervisorcode toegang tot dit menu.
Sectie 4: Bediening van het systeem
- 72 -