11.10 Stringparameters
Functies van de stringverwerking
De stringverwerking (Engels: string = tekenreeks) via QS-parameters
kan worden gebruikt om variabele tekenreeksen te maken. Deze
strings kunnen bijvoorbeeld via de functie FN 16:F-PRINT worden
uitgegeven om variabele protocollen te maken.
Aan een stringparameter kunt u een string (letters, cijfers, speciale
tekens, stuurtekens en spaties) toewijzen. De toegewezen resp.
ingelezen waarden kunnen verder met de hieronder beschreven
functies worden verwerkt en gecontroleerd.
Bij de Q-parameterfuncties STRINGFORMULE en FORMULE
omvatten verschillende functies voor de verwerking van
stringparameters.
Functies van de STRINGFORMULE
Stringparameters toewijzen
Stringparameters koppelen
Numerieke waarde naar een
stringparameter converteren
Deelstring uit een stringparameter
kopiëren
Systeemgegevens naar een
stringparameter kopiëren
Stringfuncties in de FORMULE-
functie
Stringparameter naar een numerieke
waarde converteren
Stringparameter controleren
Lengte van een stringparameter
bepalen
Alfabetische volgorde vergelijken
Als u de functie STRINGFORMULE gebruikt, is het
resultaat van de uitgevoerde rekenkundige bewerking
altijd een string. Als u de functie FORMULE gebruikt, is
het resultaat van de uitgevoerde rekenkundige bewerking
altijd een numerieke waarde.
HEIDENHAIN iTNC 530
Softkey
Bladzijde
Bladzijde 640
Bladzijde 640
Bladzijde 642
Bladzijde 643
Bladzijde 643
Softkey
Bladzijde
Bladzijde 646
Bladzijde 647
Bladzijde 648
Bladzijde 649
639