X, Y, Z (invoer optioneel, andere assen mogelijk):
Bij palletnamen zijn de geprogrammeerde coördinaten gerelateerd
aan het machinenulpunt. Bij NC-programma's zijn de
geprogrammeerde coördinaten gerelateerd aan het palletnulpunt.
Deze ingevoerde gegevens overschrijven het laatste referentiepunt
dat in de werkstand Handbediening is ingesteld. Met de additionele
functie M104 kan het laatste ingestelde referentiepunt weer
worden geactiveerd. Met de toets "Actuele positie overnemen"
toont de TNC een venster waarmee verschillende punten van de
TNC als referentiepunt kunnen worden ingevoerd (zie volgende
tabel)
Positie
Betekenis
Actuele
Coördinaten van de actuele gereedschapspositie
waarden
gerelateerd aan het actieve coördinatensysteem
invoeren
Referentie-
Coördinaten van de actuele gereedschapspositie
waarden
gerelateerd aan het machinenulpunt invoeren
Meetwaarden
Coördinaten gerelateerd aan het actieve
ACTUEEL
coördinatensysteem van het laatste in de
werkstand Handbediening getaste referentiepunt
invoeren
Meetwaarden
Coördinaten gerelateerd aan het machinenulpunt
van het laatste in de werkstand Handbediening
REF
getaste referentiepunt invoeren
Met de pijltoetsen en ENT-toets kunt u de positie kiezen die moet
worden overgenomen. Daarna kiest u met de softkey ALLE
WAARDEN dat de TNC de desbetreffende coördinaten van alle
actieve assen in de pallettabel opslaat. Met de softkey ACTUELE
WAARDE slaat de TNC de coördinaten van de as op waarop de cursor
in de pallettabel op dat moment staat.
Wanneer voor een NC-programma geen pallet
gedefinieerd is, zijn de geprogrammeerde coördinaten
gerelateerd aan het machinenulpunt. Als er niets wordt
gedefinieerd, blijft het handmatig ingestelde
referentiepunt actief.
Bewerkingsfunctie
Begin van de tabel kiezen
Einde van de tabel kiezen
Vorige pagina van de tabel kiezen
Volgende pagina van de tabel kiezen
HEIDENHAIN iTNC 530
Softkey
179