SP-X, SP-Y, SP-Z (invoer optioneel, andere assen mogelijk):
Voor de assen kunnen veiligheidsposities worden opgegeven die
met SYSREAD FN18 ID510 NR 6 door NC-macro's kunnen worden
uitgelezen. Met SYSREAD FN18 ID510 NR 5 kan worden
vastgesteld of er in de kolom een waarde is geprogrammeerd. De
opgegeven posities worden alleen benaderd wanneer deze
waarden in de NC-macro's worden gelezen en dienovereenkomstig
worden geprogrammeerd.
CTID (invoer geschiedt door de TNC):
het context-identificatienummer wordt door de TNC toegekend en
bevat informatie over de voortgang van de bewerking. Als de invoer
wordt gewist of gewijzigd, kan de bewerking niet opnieuw worden
geactiveerd
Bewerkingsfunctie in de tabelmodus
Begin van de tabel kiezen
Einde van de tabel kiezen
Vorige pagina van de tabel kiezen
Volgende pagina van de tabel kiezen
Regel aan einde van de tabel toevoegen
Regel aan het einde van de tabel wissen
Begin volgende regel kiezen
In te voeren aantal regels aan het einde van de
tabel toevoegen
Tabelformaat bewerken
Bewerkingsfunctie in de formuliermodus
Vorige pallet selecteren
Volgende pallet selecteren
Vorige opspanning selecteren
Volgende opspanning selecteren
184
Softkey
Softkey
4 Programmeren: basisbegrippen, bestandsbeheer, programmeeronder-steuning, palletbeheer