FN 26: TABOPEN: Vrij definieerbare tabel openen
Met de functie FN 26: TABOPEN kan een willekeurige, vrij definieerbare
tabel worden geopend, om hierin met FN27 te schrijven of hieruit met
FN28te lezen.
In een NC-programma kan altijd maar één tabel geopend
zijn. De laatst geopende tabel wordt automatisch gesloten
door een nieuwe regel met TABOPEN.
De tabel die wordt geopend, moet de extensie .TAB
hebben.
Voorbeeld: tabel TAB1.TAB openen, die in de directory TNC:\DIR1
is opgeslagen
56 FN 26: TABOPEN TNC:\DIR1\TAB1.TAB
FN 27: TABWRITE: Vrij definieerbare tabel
beschrijven
Met de functie FN 27: TABWRITE schrijft u in de tabel die eerder met
FN 26: TABOPEN is geopend.
In een TABWRITE-regel kunt u maximaal 8 kolomnamen definiëren,
d.w.z. in deze kolommen schrijven. De kolomnamen moeten tussen
aanhalingstekens staan en door een komma van elkaar worden
gescheiden. In Q-parameters legt u de waarde vast die de TNC in de
desbetreffende kolom moet schrijven.
U kunt alleen in numerieke tabelvelden schrijven.
Wilt u in meerdere kolommen in een regel schrijven, dan
moet u de in te voeren waarden in opeenvolgende Q-
parameternummers opslaan.
Voorbeeld:
in regel 5 van de op dat moment geopende tabel in de kolommen
Radius, Diepte en D schrijven. De waarden die in de tabel moeten
worden ingevoerd, moeten in Q-parameters Q5, Q6 en Q7 zijn
vastgelegd
53 FN0: Q5 = 3,75
54 FN0: Q6 = -5
55 FN0: Q7 = 7,5
56 FN 27: TABWRITE 5/"RADIUS,DIEPTE,D" = Q5
HEIDENHAIN iTNC 530
633