Download Print deze pagina

Mercedes-Benz C-Klasse Cabriolet 2020 Handleiding pagina 57

Advertenties

54
Veiligheid voor inzittenden
nemen. De schoudergordelband moet
vanaf de gordeldoorvoeropening naar
voren en omlaag verlopen. De passa‐
giersstoel indien nodig overeenkomstig
instellen.
Beslist de montagehandleiding van de
#
fabrikant van het kinderzitjesbevesti‐
gingssysteem in acht nemen.
Bij de montage van een kinderzitjesbevestigings‐
systeem op de passagiersstoel de voertuigspeci‐
fieke aanwijzingen in acht nemen
(
pagina 74).
/
Er zit een persoon op de passagiersstoel:
PASSENGER AIR BAG OFF kan continu branden
of gedoofd zijn, afhankelijk van het postuur van
de persoon.
Een persoon op de passagiersstoel moet altijd
de volgende aanwijzingen in acht nemen:
Wanneer de passagiersstoel bezet is door
R
een volwassene of een persoon met overeen‐
komstig postuur, moet het controlelampje
PASSENGER AIR BAG OFF gedoofd zijn. Hier‐
mee wordt aangegeven dat de passagiersair‐
bag geactiveerd is.
Als het controlelampje PASSENGER AIR BAG
OFF continu brandt, mag een volwassene of
een persoon met overeenkomstig postuur de
passagiersstoel niet gebruiken.
In plaats daarvan een zitplaats achterin
gebruiken.
Wanneer de passagiersstoel bezet is door
R
een persoon met een klein postuur (bijvoor‐
beeld een tiener of een kleine volwassene),
brandt het controlelampje PASSENGER AIR
BAG OFF afhankelijk van het classificatiere‐
sultaat continu of is het gedoofd.
PASSENGER AIR BAG OFF is gedoofd: De
-
passagiersstoel zo ver mogelijk naar ach‐
teren zetten of voor de persoon met klein
postuur een zitplaats achterin gebruiken.
PASSENGER AIR BAG OFF brandt continu:
-
De persoon met klein postuur mag de
passagiersstoel niet gebruiken.
& WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of
levensgevaar bij brandend PASSENGER
AIR BAG OFF-controlelampje
Als het controlelampje PASSENGER AIR BAG
OFF na de zelfdiagnose nog steeds brandt, is
de passagiersairbag uitgeschakeld.
Bij bezette passagiersstoel altijd het vol‐
gende controleren:
De classificatie van de persoon op de
R
passagiersstoel moet correct zijn en de
passagiersairbag moet overeenkomstig
de persoon op de passagiersstoel in- of
uitgeschakeld zijn.
De persoon moet correct zitten en de vei‐
R
ligheidsgordel correct hebben omge‐
gespt.
De passagiersstoel moet zo ver mogelijk
R
naar achteren staan.
Ook de volgende aanvullende informatie in acht
nemen:
Kinderzitjesbevestigingssysteem op de pas‐
R
sagiersstoel (
pagina 74)
/

Advertenties

loading