346 Onderhoud en verzorging
Ruitensproeierinstallatie bijvullen
& WAARSCHUWING Gevaar voor brand‐
wonden door hete onderdelen in de
motorruimte
Bepaalde onderdelen in de motorruimte kun‐
nen zeer heet zijn, bijvoorbeeld de motor, de
radiateur en onderdelen van het uitlaatsys‐
teem.
De motor laten afkoelen en alleen de
#
hierna beschreven onderdelen aanra‐
ken.
& WAARSCHUWING Gevaar voor brand‑
en letsel door ruitensproeiervloeistofcon‐
centraat
Ruitensproeiervloeistofconcentraat is licht
ontvlambaar. Wanneer het op hete onderde‐
len in de motorruimte of onderdelen van het
uitlaatsysteem terechtkomt, kan het ontste‐
ken.
Ervoor zorgen dat er geen ruitensproei‐
#
ervloeistofconcentraat naast de vulope‐
ning terecht komt.
De afsluitdop
1
aan de lip lostrekken.
#
Ruitensproeiervloeistof bijvullen.
#
%
Meer informatie over ruitreinigingsmiddelen
(
pagina 411)
/
Lucht-waterkanaal vrijhouden
Het gebied tussen de motorkap en de voor‐
#
ruit vrijhouden van afzettingen, bijvoorbeeld
ijs, sneeuw of bladeren.
Reiniging en verzorging
Aanwijzingen met betrekking tot het auto
wassen in een wasstraat
& WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐
len door verminderde remwerking na het
auto wassen
Nadat de auto is gewassen, hebben de rem‐
men een verminderde remwerking.
Nadat de auto is gewassen, rekening
#
houdend met de verkeerssituatie, voor‐
zichtig afremmen tot de volledige rem‐
werking weer aanwezig is.