156 Rijden en parkeren
Weer te geven situaties op de route
De segmenten van de weergave van de afstand
2
geven de afstand tot de komende situatie als
volgt weer:
Weinig segmenten branden: De komende
R
situatie is dichtbij.
Veel segmenten branden: De komende situ‐
R
atie is verder weg.
Wanneer de auto de situatie nadert, berekent de
ECO-assistent op basis van afstand, snelheid en
helling de optimale snelheid voor een maximale
brandstofbesparing en recuperatie-energie. Op
het multifunctioneel display verschijnt de mel‐
ding
Voet van het gas
vóór de auto kleuren groen. De resterende seg‐
menten blijven in eerste instantie wit. Wanneer
de voet tijdig van het gas wordt genomen, kleu‐
ren de resterende segmenten op het scherm een
voor een groen, tot de weergegeven situatie is
bereikt. De aandrijflijn wordt ingesteld op maxi‐
male brandstofbesparing. De accu wordt door de
recuperatie opgeladen. De recuperatie wordt
aangepast aan het geselecteerde rijprogramma.
Wanneer de situatie is gepasseerd, wordt deze
1
nog korte tijd weergegeven. Als niet op het ver‐
zoek
Voet van het gas
de segmenten wit.
Bij de situatie voorligger worden alle segmenten
onmiddellijk groen weergegeven, zodra op het
verzoek
Voet van het gas
Bij geactiveerde ECO-assistent worden in het rij‐
programma ; op het multifunctioneel display
en op het head-up-display behalve de transmis‐
siestand h ook het symbool
symbool
3
weergave niet is geselecteerd.
3. De eerste segmenten
wordt gereageerd, blijven
wordt gereageerd.
3
getoond. Dit
verschijnt ook als de assistentie‐
Wanneer het systeem niet op de komende situ‐
atie reageert, vindt er geen indicatie plaats. Het
systeem is passief.
De ECO-assistent is uitsluitend actief in de rij‐
programma's ; en A.
Systeemgrenzen
De ECO-assistent kan bij actieve routebegelei‐
ding nog nauwkeuriger werken wanneer de route
wordt gehandhaafd. De basisfunctie functioneert
ook zonder actieve routebegeleiding. Niet op alle
verkeerstekens en verkeerssituaties kan worden
geanticipeerd. De kwaliteit is afhankelijk van het
kaartmateriaal.
De ECO-assistent is slechts een hulpmiddel. De
bestuurder is zelf verantwoordelijk voor de vei‐
lige afstand, de snelheid en het tijdig remmen.
De bestuurder moet altijd klaar zijn om direct te
kunnen remmen, ongeacht of het systeem wel of
niet reageert.
Het systeem kan in de volgende situaties moge‐
lijk niet correct werken of buiten werking zijn:
Bij slecht zicht, bijvoorbeeld door onvol‐
R
doende verlichting van de weg, bij sterk wis‐