AANVULLENDE VEILIGHEIDSVOORZIENINGEN VOORIN
Krachtbegrenzer
Vanaf een bepaalde hevigheid van de
schok van de aanrijding komt dit
mechanisme in werking om de kracht
die de gordel op het lichaam uitoefent
te begrenzen tot een draaglijk niveau.
Frontale airbags voor
bestuurder en passagier
Deze bevinden zich bij de linker en
rechter voorstoel.
Een symbool onder op de voorruit
geeft aan of dit systeem aanwezig is
(afhankelijk van de auto).
Elk airbagsysteem bestaat uit:
– een airbag en een gaspatroon in het
stuurwiel voor de bestuurder en in het
dashboard voor de passagier;
– een rekeneenheid voor bewaken
van het die de elektrische ontsteking
van de gaspatroon regelt;
– draadloze sensoren;
– controlelampjes op de dakconsole
3 :
–
aan: airbag passagiers
geactiveerd;
–
aan: airbag passagiers
gedeactiveerd;
Bij het afgaan van de
airbag vindt een explosie
plaats. Dit verklaart
waarom bij het
ontplooien van de airbag er
warmte en rook vrijkomt (zonder
enig brandgevaar) wat klinkt als
een luide knal. In een situatie
waarin een uitklappen van de
airbag vereist is, zal deze
onmiddellijk geactiveerd worden
en dit kan ongevaarlijke, lichte
schaafwonden of andere
problemen veroorzaken.
Werkzaamheden
Het systeem werkt alleen als het
contact aan staat.
Bij een zware frontale aanrijding,
worden de airbags snel opgeblazen
om de klap van het hoofd en de
borstkas van de bestuurder tegen het
stuurwiel en van de passagier tegen
het dashboard op te vangen. Daarna
lopen de airbags direct weer leeg om
het verlaten van de auto niet te
bemoeilijken.
Storingen
Dit controlelampje verschijnt als
de motor wordt gestart; het verdwijnt
weer na ongeveer 65 seconden.
K e n u w a u t o - 7 9
2