VENTILATIEROOSTERS
Ventilatieroosters
bestuurderskant 1
4
Richting
Om de luchtstroom te richten, draait u
de ventilatieroosters 1 met behulp van
de lipjes 9 .
Sluiten: schuif het lipje 10 weg van
het stuur voorbij het weerstandspunt.
Openen: beweeg het lipje 10 naar het
stuur toe.
3 0 6 - U w c o m f o r t
Ventilatieroosters
passagierskant 3
Richting
Om de luchtstroom te richten, draait u
de ventilatieroosters met behulp van
de lipjes 11 .
Sluiten: schuif het lipje 11 naar de
buitenkant van het frontpaneel, voorbij
het weerstandspunt.
Openen: schuif het lipje 11 naar de
binnenkant van het frontpaneel.
Bevestig geen voorwerpen
op de ventilatieroosters
(bijv. telefoonhouder).
Risico van beschadiging.
Luchtstroom
Om de luchtstroom van de
ventilatieopeningen 1 en 3 te regelen,
drukt u op of verhoogt u de regelaar
12 tot het gewenste niveau.
Gebruik, om vieze geuren in uw auto
tegen te gaan, alleen speciaal hiervoor
bestemde systemen. Ga naar een
merkdealer.