CAMERABEELD ACHTER
Elke keer dat het voertuig
wordt gestart, keert de
2
functie terug naar de
instellingen die zijn opgeslagen bij
de laatste motorstop.
Het display en de camera
afstellen
Druk één keer op de knop 5 voor
"Menu" voor toegang tot het menu
Instellingen.
Druk herhaaldelijk op de knoppen 6 en
7 om door de instellingen te bladeren.
Druk op de knop "OK" button 8 om
naar de gewenste instelling te gaan.
11 6 - K e n u w a u t o
Gebruik de knoppen 6 en 7 " om de
gewenste instelling aan te passen of
in/uit te schakelen.
U kunt deze instellingen selecteren:
a) de helderheid aanpassen;
b) de verticale kijkhoek afstellen;
c) de horizontale kijkhoek afstellen;
d) de draaihoek aanpassen;
e) activeren/deactiveren van het
instellingenmenu op de
achteruitkijkspiegel;
f) taalkeuze;
g) achtergrondverlichting van de
knoppen activeren/deactiveren.
Het instellingenmenu wordt
automatisch na ongeveer vijf
seconden afgesloten als er geen knop
wordt ingedrukt.
Voer deze
aanpassingen
uitsluitend uit als de
auto stilstaat.
Pas het gezichtsveld van het
systeem en de buitenspiegels aan
voordat u gaat rijden. Zorg ervoor
dat u de centrale
achteruitkijkspiegel afstelt voordat
u overschakelt naar de "scherm"-
modus.
Bijzonderheden van de
achteruitversnelling