STOP & GO ADAPTIEVE SNELHEIDSREGELAAR
– Omlaag: kruissnelheid inschakelen
en verlagen of de huidige snelheid
opslaan (SET/-).
7 Submenuknop (afhankelijk van de
auto): de ingestelde snelheid
aanpassen aan waargenomen
3
snelheidsbeperkingen
8 De volgafstand instellen.
Afhankelijk van uw auto
kunt u de snelheidsregelaar
koppelen aan de functie
"Detectie van verkeersborden"
223 door te drukken op de
schakelaar 7 .
Het gebied rond de radar
en camera moet schoon
worden gehouden en in
dit gebied mogen geen
manipulaties worden uitgevoerd
om de goede werking van het
systeem te waarborgen.
2 3 4 - R i j d e n
Weergaven
223
10. Controlelampje van de Stop and
Go snelheidsregelaar.
11. Opgeslagen kruissnelheid.
12. Voorligger.
13. Opgeslagen veilige afstand
Belangrijk: houd uw
voeten altijd vlakbij de
pedalen om voorbereid
te zijn op alle mogelijke
situaties.
Inschakelen
Knop A
Druk zo vaak als nodig op schakelaar
3 om de adaptieve snelheidsregelaar
te selecteren. Het
waarschuwingslampje 10 wordt grijs.
De melding "Adaptieve regelaar
beschikbaar SET om activeren"
verschijnt op het instrumentenpaneel,
samen met streepjes die aangeven dat
de snelheidsregelaar actief is en klaar
voor het opslaan van een ingestelde
snelheid.
Deze functie kan niet worden
ingeschakeld als:
– de parkeerrem is ingeschakeld;