VERSNELLINGSSCHAKELAAR, ELEKTRONISCHE HENDEL
Controleer of het
controlelampje P
verschijnt op het
instrumentenpaneel,
voordat u de auto verlaat.
Risico dat de auto wegrolt.
Stand P uitschakelen
Druk met stilstaande auto en lopende
motor op het rempedaal en zet de
keuzehendel 1 omhoog of omlaag in
de gewenste stand.
Als het rempedaal niet wordt
ingedrukt, wordt de melding
"Rempedaal indrukken" en de
weergegeven op het
instrumentenpaneel.
Om de auto in neutraal te
zetten
Met stilstaande auto en draaiende
motor stand N inschakelen: druk op
het rempedaal en zet daarna de
keuzehendel 1 een klik omhoog of
omlaag.
Stand automatisch
Zet, met stilstaande auto en het
rempedaal ingedrukt, de keuzehendel
1 twee klikken omlaag om stand D in
te schakelen.
Opmerking: als stand D, R of,
afhankelijk van de auto, als u bij
stilstaande auto de stand B inschakelt,
gaat de auto rijden zodra u het
rempedaal loslaat (zonder het
gaspedaal in te trappen).
Als aan een van de voorwaarden niet
wordt voldaan, knippert de huidige
stand gedurende ongeveer 5
seconden en verschijnt de melding
"Rempedaal indrukken" gedurende
ongeveer vijf seconden op het
instrumentenpaneel.
In de meeste verkeerssituaties hoeft u
de selectiehendel niet meer te
verplaatsen.
Opmerking: met de motor
ingeschakeld en het voertuig tussen 0
en 8 km/h beweegt, positie N of R, het
is noodzakelijk om het rempedaal in te
drukken om de positie Din te
schakelen.
Rijden in de modus B
(afhankelijk van de auto)
Met deze modus kunt u rijden in een
meer dynamische regeneratieve
modus. Bij loslaten van het gaspedaal
gebruikt de auto regeneratief remmen
om de auto af te remmen. Zo
genereert de motor meer stroom
waarmee de tractieaccu wordt
opgeladen.
Opmerking: stand D, R of, afhankelijk
van de auto, als u bij stilstaande auto
de stand B inschakelt, gaat de auto
rijden zodra u het rempedaal loslaat
(zonder het gaspedaal in te trappen).
In de modus B werkt regeneratief
remmen minder als de accu koud of
volledig opgeladen is.
Vanuit de stand D in B of B in D
zetten
(afhankelijk van de auto)
Kantel om van een stand naar de
andere te schakelen de hendel een of
twee klikken naar achteren.
De ingeschakelde stand van de
versnellingspook verschijnt op het
display op het instrumentenpaneel.
Om de achteruitversnelling in te
schakelen
Zet de keuzehendel 1 met stilstaande
auto en lopende motor twee klikken
omhoog om de stand in te schakelen.
R.
Opmerking: als stand D, R of,
afhankelijk van de auto, als u bij
stilstaande auto de stand B inschakelt,
gaat de auto rijden zodra u het
3
R i j d e n - 1 5 9