UITPARKEERWAARSCHUWING
de uitparkeerwaarschuwing
automatisch gedeactiveerd en
verschijnt de volgende melding op het
instrumentenpaneel "Rijhulpsystemen
niet beschikbaar".
Wanneer het systeem een fout
3
opmerkt, verschijnt de melding
"Controleer zijsensoren" op het
instrumentenpaneel. Ga naar een
merkdealer.
Vanwege de sensoren
achter de bumper is het
raadzaam om
werkzaamheden aan de bumper
(reparatie, vervangen, lakwerk,
enz.) te laten uitvoeren door een
vakman.
2 7 6 - R i j d e n
Beperkingen voor de
werking van het
systeem
– De radarzone moet schoon
blijven en mag niet worden
gewijzigd, om de goede werking
van het systeem te waarborgen.
– Kleine objecten(motoren,
fietsen, voetgangers, enz.) die
naar de auto toe komen, worden
mogelijk niet herkend.
Uitschakelen van de functie
Schakel de functie uit indien:
– het radargebied A is
beschadigd (achterbumper);
– De auto is uitgerust met een
trekhaak die niet door het
systeem wordt herkend.
Deze functie is een extra
hulp tijdens het rijden.
Deze functie kan in geen
geval de waakzaamheid
en verantwoordelijkheid van de
bestuurder vervangen; deze moet
altijd de controle over zijn auto
behouden.
Het systeem mag in geen geval
worden vergeleken met een
hindernissensensor of een
antibotsingssysteem.
Werkzaamheden/reparaties van
het systeem
– Een botsing kan de positie (en
dus de werking) van de radars
verstoren. Schakel de functie uit
en neem contact op met een
erkende dealer.
– Alle werkzaamheden in de
buurt van de radars (reparatie,
vervanging, lakwerk, enz.)
moeten door een vakman worden
uitgevoerd.
Enkel een erkende dealer mag
aan het systeem werken.