NOODPREVENTIE VERLATEN RIJSTROOK
hoorbaar signaal. Display 5 verschijnt
op het instrumentenpaneel aan de
zijkant van de interventie;
en
– Er wordt een corrigerende actie
uitgevoerd op het stuursysteem.
3
Tijdelijk niet beschikbaar/niet-
activering van het systeem
Het systeem is tijdelijk niet
beschikbaar of uitgeschakeld wanneer:
– de streep wordt zeer snel
overschreden;
– er wordt continu over een streep
gereden;
– ongeveer vier seconden na het
wisselen van baan;
– scherpe bochten;
– slecht zicht;
– activering van het
richtingaanwijzerlicht (alleen wanneer
een tegenligger op een aangrenzende
rijstrook wordt gedetecteerd);
– de alarmknipperlichten inschakelen:
– sterke acceleratie;
– de rijstrookbreedte verandert;
– werking van het elektronische
stabiliteitscontrolesysteem;
– werking van het
antiblokkeersysteem van de wielen;
– actief noodremsysteem bedienen;
– ...
2 0 0 - R i j d e n
Het systeem kan niet worden
ingeschakeld wanneer:
– de camera detecteert geen streep
(ononderbroken of onderbroken) aan
de betreffende zijde;
– de camera detecteert niet
tegelijkertijd de twee begrenzingen van
de rijstrook waarin uw auto rijdt;
– de achteruitversnelling is
ingeschakeld;
– het gezichtsveld van de camera is
belemmerd;
– De voorste radar is afgedekt;
– afhankelijk van de auto, als een van
de radars aan de achterkant bedekt is;
– ...
Als een van de radars is afgedekt is,
verschijnt, afhankelijk van de auto, de
melding "Zijsensoren geen zicht".
Als de radar aan de voorkant is
afgedekt, verschijnt de melding "Radar
voor geen zicht" op het
instrumentenpaneel.
Als de camera aan de voorkant is
afgedekt, verschijnt de melding
"Camera voor geen zicht" op het
instrumentenpaneel.
Reinig het gebied waar de sensoren
zich bevinden.
De functie automatisch
deactiveren
Het systeem wordt automatisch
gedeactiveerd wanneer:
– Het voertuigdynamische
controlesysteem is gedeactiveerd;
– Het elektronische stabiliteitssysteem
werkt niet goed;
– Het antiblokkeersysteem werkt niet
goed;
– Een trekhaak is elektrisch
verbonden met de trekhaakaansluiting;
– het controlelampje
weergegeven.
Als de auto is uitgerust met een
trekhaak die door het systeem wordt
herkend, verschijnt de melding
"Aanhanger: zijradars niet
beschikbaar" om te melden dat de
noodfunctie Preventie verlaten rijstrook
niet actief is.
Als het voertuig een aanhanger of
caravan trekt, kunnen onverwachte of
onnodige correcties optreden. U kunt
het systeem uitschakelen om
onverwachte of onnodige correcties te
voorkomen.
Storingen
Als de functie een storing signaleert,
kunnen de volgende meldingen
wordt